ECLI:NL:RBARN:2007:BA5680
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.J.B. Boonekamp
- A.E.H. Sutorius-Joekes
- C. Lely-Van Goch
- Rechtspraak.nl
Wraking van de voorzitter van de meervoudige strafkamer in een strafzaak
In deze zaak verzoekt de verdachte, die eerder als zodanig is gehoord door de meervoudige strafkamer, om wraking van de voorzitter, mr. M. Jurgens, op basis van vermeende partijdigheid. De wrakingskamer oordeelt dat de beschuldigingen van partijdigheid niet objectief gerechtvaardigd zijn. De verzoeker stelt dat een citaat van de voorzitter in het proces-verbaal van een eerdere zitting een indicatie van vooringenomenheid zou zijn. De wrakingskamer legt echter uit dat dit citaat in de context van het gehele verhoor moet worden gelezen en dat er geen bewijs is voor een vrees dat de voorzitter vooringenomen zou zijn. De wrakingskamer concludeert dat de feiten en omstandigheden niet de conclusie wettigen dat de rechterlijke onpartijdigheid in het geding is. Het verzoek tot wraking wordt afgewezen, omdat er geen schending is van het recht op een onpartijdige rechter. De beslissing wordt openbaar uitgesproken op 10 mei 2007, met de motivering die later schriftelijk wordt vastgelegd.