ECLI:NL:RBARN:2008:BL7586
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- G.D. van Norden
- Rechtspraak.nl
Parkeerbelasting en voldoening van parkeerbelastingschuld bij aankoop parkeerkaartje op ander terrein
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 8 oktober 2008 uitspraak gedaan in een geschil over een naheffingsaanslag parkeerbelasting. Eiser, wonende te [Z], had op 17 november 2007 een parkeerkaart gekocht voor een parkeerterrein dat aan de [A-straat 1] grensde, maar deze kaart was niet geldig voor de specifieke parkeerlocatie waar zijn auto stond geparkeerd. De gemeente Nijmegen, vertegenwoordigd door de heffingsambtenaar, legde een naheffingsaanslag op van € 49,20, welke door eiser werd betwist. Eiser stelde dat hij met de aankoop van de parkeerkaart in redelijkheid had voldaan aan zijn onderzoeksplicht en verplichtingen jegens de gemeente.
De rechtbank oordeelde dat de in dezen op eiser rustende onderzoeksplicht niet tot gevolg kan hebben dat bij elke onjuiste interpretatie van de gegevens naheffing aan de orde is. De rechtbank volgde de opvatting van verweerder niet, die stelde dat betaling bij een andere parkeerautomaat betekent dat geen belasting is voldaan voor de betreffende parkeerlocatie. De rechtbank vond geen aanwijzingen dat de verschuldigde belasting bij een bepaalde parkeerautomaat moest worden voldaan. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraak op bezwaar en de naheffingsaanslagen, en gelastte de gemeente Nijmegen het door eiser betaalde griffierecht van € 39 te vergoeden.
De uitspraak benadrukt dat de omstandigheden van het geval en de redelijkheid van de handelingen van de belastingplichtige van belang zijn bij de beoordeling van naheffingsaanslagen. De rechtbank concludeerde dat eiser op het moment van controle niet in gebreke was, en dat de naheffingsaanslag derhalve niet terecht was opgelegd. De uitspraak is openbaar uitgesproken door rechter G.D. van Norden, in aanwezigheid van griffier L.L. van Benthem.