ECLI:NL:RBARN:2009:BI7052
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Voorlopige machtiging tot opname in psychiatrisch ziekenhuis op basis van Wet Bopz
In deze zaak heeft de rechtbank Arnhem op 20 maart 2009 uitspraak gedaan in een verzoek tot het verlenen van een voorlopige machtiging voor opname in een psychiatrisch ziekenhuis op basis van de Wet Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen (Wet Bopz). De betrokkene, die al geruime tijd vrijwillig in een psychiatrisch ziekenhuis verblijft, vertoont gedrag dat gevaarlijk is voor zichzelf en anderen. De officier van justitie heeft op 23 februari 2009 een verzoekschrift ingediend om een voorlopige machtiging te verlenen, waarbij de noodzakelijke documenten zijn overgelegd.
Tijdens de zitting op 12 maart 2009 zijn de betrokkene, zijn advocaat mr. W.A. van der Plas-Slot, en de behandelend psycholoog gehoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een geestelijke stoornis, namelijk schizofrenie, en dat deze stoornis leidt tot gevaarlijk gedrag. Ondanks de bereidheid van de betrokkene om in het ziekenhuis te blijven, is de rechtbank van oordeel dat dit niet voldoende is om het gevaar te mitigeren. De betrokkene weigert medicatie en vertoont zelfverwaarlozing en agressief gedrag.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat het te duchten gevaar niet kan worden weggenomen door het vrijwillige verblijf van de betrokkene in het ziekenhuis. De rechtbank heeft daarom besloten om de voorlopige machtiging te verlenen voor een periode van zes maanden, zodat de betrokkene kan worden opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis. Deze beslissing is openbaar uitgesproken en is gebaseerd op de relevante wetgeving en jurisprudentie.