ECLI:NL:RBARN:2009:BJ4418
Rechtbank Arnhem
- Kort geding
- N.W. Huijgen
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van voorschot op schadevergoeding afgewezen wegens gebrek aan bewijs van non-conformiteit
In deze zaak vorderde eiser, een koper van een benedenwoning met bedrijfsruimte, een voorschot op schadevergoeding van € 12.500,- van gedaagde, de verkoper, op basis van non-conformiteit. Eiser stelde dat de woning bij de eigendomsoverdracht niet voldeed aan de eigenschappen die nodig zijn voor normaal gebruik, zoals vastgelegd in de koopovereenkomst. De levering vond plaats op 23 oktober 2007, en in de daaropvolgende periode constateerde eiser roestvorming aan een stalen balk in het souterrain, wat volgens hem leidde tot een gevaarzettende situatie. Eiser voerde aan dat hij niet in staat was de kosten voor de noodzakelijke werkzaamheden voor te financieren en dat er spoedeisend belang was bij zijn vordering.
De rechtbank oordeelde dat in kort geding niet kan worden vastgesteld of er daadwerkelijk sprake was van een gebrek dat het normaal gebruik van de woning in de weg staat. De voorzieningenrechter merkte op dat er nader feitenonderzoek nodig was, inclusief destructief onderzoek door een deskundige, om de staat van de balk vast te stellen. De rechtbank concludeerde dat de vordering van eiser niet voldoende onderbouwd was en dat de non-conformiteit niet aanstonds kon worden vastgesteld. Daarom werd de vordering afgewezen en werd eiser veroordeeld in de proceskosten van gedaagde, die op € 1.078,00 werden begroot.
Dit vonnis is uitgesproken door mr. N.W. Huijgen op 12 juni 2009, en de proceskostenveroordeling werd aan eiser opgelegd.