ECLI:NL:RBARN:2009:BK0431
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om gezamenlijk gezag over minderjarige door moeder en pleegmoeder
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 1 september 2009 een beschikking gegeven inzake het gezag over een minderjarige, geboren uit de relatie tussen de moeder en de vader. De moeder, die alleen met het gezag is belast, heeft verzocht om de pleegmoeder, die al jarenlang de dagelijkse zorg voor de minderjarige op zich neemt, mede met het gezag te belasten. De vader is niet verschenen op de zitting en heeft geen verweer gevoerd.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de minderjarige sinds medio 2000 deel uitmaakt van het gezin van de pleegmoeder, die tevens de tante van de minderjarige is. De moeder heeft de dagelijkse zorg over de minderjarige in 2000 aan de pleegmoeder toevertrouwd. De rechtbank heeft de voorwaarden van artikel 1:253t BW beoordeeld en geconcludeerd dat de moeder en de pleegmoeder gedurende een aaneengesloten periode van meer dan een jaar gezamenlijk de zorg voor de minderjarige hebben gehad. Dit is in overeenstemming met de parlementaire geschiedenis en de wetgeving, die beogen te waarborgen dat er sprake is van een bestendige relatie tussen de ouder met gezag en de persoon die verzoekt om mede met het gezag belast te worden.
De rechtbank heeft ook overwogen dat er geen gegronde vrees bestaat dat de belangen van de minderjarige worden verwaarloosd bij inwilliging van het verzoek. De moeder en de pleegmoeder hebben in de afgelopen jaren gezamenlijk beslissingen genomen over de minderjarige, wat de feitelijke situatie in overeenstemming brengt met de juridische situatie. De rechtbank heeft daarom het verzoek van de moeder en de pleegmoeder toegewezen en hen gezamenlijk belast met het gezag over de minderjarige, met de beslissing dat deze beschikking uitvoerbaar is bij voorraad.