ECLI:NL:RBARN:2009:BK3238

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
21 oktober 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
184164
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot nakoming van duurovereenkomsten met betrekking tot opzegtermijnen en schadevergoeding

In deze zaak vordert TSB B.V. nakoming van duurovereenkomsten van Reparco Nederland B.V. en Reparco Renkum B.V., met betrekking tot het in acht nemen van een opzegtermijn van zes maanden. TSB, een schoonmaakbedrijf, heeft een langdurige contractuele relatie met beide Reparco-vennootschappen, die zich bezighouden met de verwerking van oud papier en karton. De rechtszaak is ontstaan na een interne fraude bij Reparco Nijmegen, waarbij een werknemer van TSB geld heeft ontvreemd. Reparco Nederland heeft de overeenkomst met TSB per direct ontbonden, wat TSB betwist. De rechtbank oordeelt dat Reparco Nijmegen de overeenkomst terecht heeft ontbonden, omdat de diefstal een tekortkoming van TSB vormt. TSB vordert echter ook nakoming van de overeenkomst met Reparco Renkum, die stelt dat TSB ook in de nakoming tekortgeschoten is. De rechtbank oordeelt dat de ontbinding door Reparco Renkum niet rechtsgeldig is, omdat er onvoldoende bewijs is dat TSB tekortgeschoten is in de nakoming van de overeenkomst. De rechtbank wijst de vordering van TSB tot betaling van facturen voor de maanden januari en februari 2009 en een deel van maart 2009 toe, en veroordeelt Reparco Renkum tot betaling van EUR 8.397,18, vermeerderd met wettelijke rente. Daarnaast worden de proceskosten aan beide zijden vastgesteld en veroordeeld. Het vonnis is uitgesproken door mr. drs. J.M. Klep op 21 oktober 2009.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK ARNHEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 184164 / HA ZA 09-752
Vonnis van 21 oktober 2009
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
TSB B.V.,
gevestigd te Tiel,
eiseres,
advocaat mr. L.C.F. Kroes te Tiel,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
REPARCO NEDERLAND B.V.,
gevestigd te Renkum,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
REPARCO RENKUM B.V.,
gevestigd te Renkum,
gedaagden,
advocaat mr. M. Westphal te Nuenen.
Partijen zullen hierna TSB, Reparco Nederland en Reparco Renkum genoemd worden. Reparco Nederland zal ook Reparco Nijmegen genoemd worden. Reparco Nederland en Reparco Renkum zullen samen Reparco genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 24 juni 2009
- het proces-verbaal van comparitie van 9 september 2009.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. TSB is een schoonmaakbedrijf. Reparco houdt zich bezig met het verwerken van oud papier en karton. Tussen TSB en Reparco Renkum bestaat sinds ruim vijftien jaar een contractuele relatie. TSB voert in opdracht van Reparco Renkum op werkdagen schoonmaakwerkzaamheden uit in de kantoren en de kantine van Reparco Renkum. Op 25 augustus 2004 is een overeenkomst gesloten tussen TSB en Reparco Nederland, eveneens betreffende schoonmaakwerkzaamheden, voor de vestiging in Nijmegen. Blijkens bijlage 4 bij de offerte van 9 april 2004 zijn op deze laatste overeenkomst de algemene voorwaarden van TSB van toepassing verklaard.
2.2. Maandelijks brengt TSB aan Reparco Renkum een vast bedrag van EUR 3.358,87 in rekening voor haar diensten. Aan Reparco Nederland brengt TSB maandelijks een vast bedrag van EUR 1.869,49 in rekening.
2.3. In juli 2008 heeft een werknemer van TSB geld ontvreemd bij Reparco Nijmegen. Het gaat in totaal om een bedrag van EUR 450,00.
2.4. Bij brief van 17 september 2008 heeft Reparco Nederland voor zover relevant het volgende meegedeeld aan TSB.
“Het vertrouwen in uw organisatie geeft ons aanleiding, mede gezien de recente gebeurtenissen, de schoonmaakwerkzaamheden bij Reparco Nijmegen B.V. per onmiddellijk stil te leggen. Het stilleggen van de schoonmaakwerkzaamheden in Renkum zullen op een later tijdstip, maar voor het einde van 2008, volgen. Bijgaand bevinden zich de facturen behorend bij het onderzoek welke aanleiding heeft gegeven tot bovenstaande conclusie. Wij verzoeken u deze te verrekenen met de laatste facturen”.
2.5. Bij brief van 24 september 2008 heeft TSB voor zover relevant het volgende geantwoord.
“Met verbijstering hebben wij kennis genomen van uw schrijven d.d. 17 september 2008.
In alle jaren, in Renkum meer als 15 jaar, hebben zich nooit incidenten voorgedaan. Uiteraard betreuren wij het voorval in Nijmegen en zullen natuurlijk de geleden schade vergoeden.
Echter de manier waarop nu ook ons contract in Renkum wordt opgezegd is buiten elke redelijkheid. (…) TSB B.V. gaat ook niet akkoord en zal u houden aan uw contractuele verplichting van een half jaar opzegtermijn ingaande op 17 september 2008. Derhalve zal TSB B.V. de werkzaamheden op 17 maart 2009 beëindigen. Wij horen van u wanneer TSB B.V. de werkzaamheden in Nijmegen kan hervatten. De factuur gaat vanaf heden lopen.”
2.6. Bij brief van 31 december 2008 heeft Reparco Renkum het volgende meegedeeld aan TSB.
“Met referte aan ons schrijven van 17-9-2008 bevestig ik bij deze de beëindiging van de schoonmaak werkzaamheden bij Reparco Renkum B.V. per 01 januari 2009.”
2.7. Bij brief van 7 januari 2009 heeft TSB het volgende geantwoord.
“Bij deze bevestigen wij u dat wij uw brief van 31 december 2008 in goede orde hebben ontvangen.
Bij deze delen wij u mede dat wij volgens onze leveringsvoorwaarden een opzegtermijn van 6 maanden hanteren. De opzegtermijn gaat in op 17 september 2008 en eindigt op 16 maart 2009.
Indien u hiervan afziet willen wij u wijzen op de financiële consequenties die haar aan verbonden zijn.
In het vertrouwen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd, verblijven wij” (…)
2.8. In de periode van 13 juni 2008 tot en met 3 september 2009 heeft TSB zeven facturen verzonden aan Reparco Nederland, voor een totaalbedrag van EUR 12.583,15. Van 22 januari 2009 tot en met 3 september 2009 heeft TSB zes facturen verzonden aan Reparco Renkum, voor een totaalbedrag van EUR 20.153,22.
2.9. Bij brief van 29 augustus 2008 heeft Reparco Nederland een bedrag van
EUR 1.084,86 inclusief B.T.W. bij TSB in rekening gebracht, betreffende de kosten van het verrichte interne fraudeonderzoek.
3. Het geschil
3.1. TSB vordert na wijziging van eis dat het de rechtbank behage bij vonnis voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
Ten aanzien van Reparco Nederland
Reparco Nederland te veroordelen om aan TSB te voldoen:
I. een bedrag van EUR 11.498,29, te vermeerderen met de wettelijke rente, telkens te rekenen vanaf de verstreken betalingstermijn van elke factuur, tot aan de dag der algehele voldoening, dan wel vanaf zodanige datum als de rechtbank in goede justitie zal vermenen te behoren,
Ten aanzien van Reparco Renkum
Reparco Renkum te veroordelen om aan TSB te voldoen:
II. een bedrag ad EUR 2.313,67 + EUR 20.153,22 = totaal EUR 22.466,89, te vermeerderen met de wettelijke rente, telkens te rekenen vanaf de verstreken betalingstermijn van elke factuur, en voor wat betreft de loonschade betreffende mevrouw [betrokkene] vanaf de dag der dagvaarding, tot aan de dag der algehele voldoening, dan wel vanaf zodanige datum als de rechtbank in goede justitie zal vermenen te behoren,
Ten aanzien van Reparco Nederland en Reparco Renkum
Reparco Nederland en Reparco Renkum hoofdelijk te veroordelen, met dien verstande dat en indien en voorzover de één betaalt, ook de ander daardoor zal zijn bevrijd, om aan TSB te voldoen:
III. de buitengerechtelijke kosten, zijnde vijftien procent van het bedrag van de hoofdsom onder I en II, derhalve EUR 5.094,78, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening, dan wel vanaf zodanige datum als de rechtbank in goede justitie zal vermenen te behoren,
IV. de kosten van deze procedure, waaronder (na)salaris advocaat.
3.2. Reparco voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
4.1. TSB vordert in deze procedure nakoming door Reparco Nederland en Reparco Renkum van de gesloten overeenkomsten, bestaande uit het in acht nemen van de opzegtermijn van zes maanden. Voor Reparco Nijmegen komt dit volgens TSB neer op een bedrag van EUR 12.583,15, bestaande uit de facturen voor de maanden november 2008 tot en met 16 maart 2009 en de nog openstaande facturen voor de maanden juni 2008 en oktober 2008. Bij akte eiswijziging heeft TSB gesteld dit bedrag te willen verrekenen met de factuur die zij van Reparco Nijmegen heeft ontvangen voor de kosten van het verrichte interne fraudeonderzoek. Er resteert een bedrag van EUR 11.498,29 dat TSB in deze procedure vordert.
4.2. Van Reparco Renkum vordert TSB een bedrag van EUR 22.466,89, bestaande uit de facturen voor de maanden januari tot en met juni 2009, vermeerderd met de schade die zij heeft geleden doordat haar vaste medewerkster mevrouw [betrokkene] geen schoonmaakwerkzaamheden meer kon verrichten, terwijl TSB haar wel loon verschuldigd was.
4.3. Reparco verweert zich en stelt dat zij de overeenkomsten met TSB rechtsgeldig heeft ontbonden, omdat TSB in de nakoming is tekortgeschoten. De diefstal door een medewerker van TSB bij Reparco Nijmegen is een tekortkoming die de ontbinding van de overeenkomst rechtvaardigt, zowel voor wat betreft Reparco Nijmegen als voor Reparco Renkum. Nu Reparco rechtsgeldig heeft ontbonden, is zij TSB geen enkel bedrag meer verschuldigd.
Ten aanzien van de vordering op Reparco Nijmegen
4.4. Op of omstreeks 21 juli 2008 is door een medewerker van TSB geld gestolen bij Reparco Nijmegen. Ter comparitie heeft Reparco toegelicht dat er al eerder geld gestolen was en dat zij op advies van een bedrijfsrecherchebureau een camera had geïnstalleerd. Op camerabeelden heeft zij vervolgens de tweede diefstal gezien. In totaal is een bedrag van EUR 450,00 gestolen. Omdat het vertrouwen in TSB door de diefstal onherstelbaar was geschaad, heeft Reparco Nijmegen de overeenkomst met TSB met onmiddellijke ingang ontbonden.
4.5. Artikel 6:265 lid 1 BW bepaalt dat iedere tekortkoming van een partij in de nakoming van een van haar verbintenissen aan de wederpartij de bevoegdheid geeft om de overeenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden, tenzij de tekortkoming, gezien haar bijzondere aard of geringe betekenis, deze ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt. Eén van de op TSB als schoonmaakbedrijf rustende verbintenissen is, naast het verrichten van het overeengekomen schoonmaakwerk, dat de medewerkers bij het verrichten van hun werkzaamheden geen geld of goederen van hun opdrachtgever vervreemden. Dit vloeit voort uit het beginsel van goed opdrachtnemerschap, zoals opgenomen in artikel 7:401 BW. Er is bij het verrichten van schoonmaakwerkzaamheden in dat opzicht sprake van een vertrouwensrelatie. Hieruit volgt dat TSB door de diefstal van geld uit het kantoor van Reparco Nijmegen is tekortgeschoten in de nakoming van haar overeenkomst met Reparco Nijmegen.
4.6. Uitgangspunt van de wet is vervolgens dat iedere tekortkoming de bevoegdheid tot ontbinding van de overeenkomst met zich brengt. In beginsel heeft Reparco Nijmegen dus de bevoegdheid de overeenkomst met TSB te ontbinden. Uit de wet volgt dat een uitzondering op de bevoegdheid tot ontbinding slechts aan de orde is, indien de tekortkoming, gezien haar bijzondere aard of geringe betekenis, deze ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt. Bij de beantwoording van de vraag of de tekortkoming gezien de bijzondere aard of de geringe betekenis ervan de ontbinding niet rechtvaardigt, zal de rechter rekening dienen te houden met alle omstandigheden van het geval (zie HR 22 oktober 1999, LJN ZC2993). Reparco Nijmegen heeft onweersproken gesteld dat er door de diefstal onrust onder het personeel is ontstaan en dat zij iets moest doen om deze onrust weg te nemen. Bovendien stelt zij dat vertrouwen in een opdrachtnemer bij schoonmaakwerkzaamheden essentieel is, omdat, zoals zij ter comparitie ook heeft toegelicht, de werkzaamheden worden uitgevoerd als de werknemers van het bedrijf weg zijn. Deze omstandigheden rechtvaardigen naar het oordeel van de rechtbank de ontbinding, ondanks het feit dat TSB heeft aangevoerd dat zij de werknemer in kwestie direct heeft ontslagen, dat zij de schade heeft vergoed en dat zij al jarenlang zaken doet met Reparco Nijmegen en er nooit problemen zijn geweest.
4.7. De conclusie is dat Reparco Nijmegen de bevoegdheid tot ontbinding heeft en dat zij de overeenkomst met TSB bij brief van 17 september 2008 terecht heeft ontbonden. De vorderingen van TSB ten aanzien van Reparco Nijmegen zullen worden afgewezen.
Ten aanzien van de vordering op Reparco Renkum
4.8. TSB vordert ook nakoming van de overeenkomst met Reparco Renkum, bestaande uit het in acht nemen van de opzegtermijn van zes maanden door Reparco Renkum. Reparco Renkum stelt dat TSB ook in de nakoming van deze overeenkomst is tekortgeschoten en dat zij de overeenkomst daarom terecht per 31 december 2008 heeft ontbonden.
4.9. De diefstal heeft plaatsgevonden in het kantoor van Reparco Nijmegen. Ter comparitie heeft TSB toegelicht dat in Nijmegen en Renkum verschillende schoonmakers werkten. TSB had met Reparco Renkum dus een aparte overeenkomst, die door andere mensen werd uitgevoerd. De rechtbank is daarom van oordeel dat de diefstal te Nijmegen niet per definitie tevens een tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst met Reparco Renkum is. Reparco Renkum heeft aangevoerd dat ook zij geen vertrouwen meer had in TSB, maar heeft niet onderbouwd waarom dat precies het geval was. Gezien het rechtsgevolg dat Reparco Renkum aan haar stelling verbindt, lag het op haar weg om deze onderbouwing wel te geven. Daar komt bij dat Reparco tijdens de comparitie heeft verklaard dat er onrust was ontstaan onder het personeel in Nijmegen. In Renkum was dat niet aan de orde. Hieruit volgt dat Reparco Renkum onvoldoende gemotiveerd heeft gesteld waaruit de tekortkoming van TSB in de nakoming van de overeenkomst met Reparco Renkum heeft bestaan. Ontbinding van de overeenkomst door Reparco is dan ook niet aan de orde.
4.10. Reparco Renkum stelt subsidiair dat zij de overeenkomst met TSB bij brief van 17 september 2008 per 31 december 2008 heeft opgezegd. Nu tussen haar en TSB geen algemene voorwaarden zijn overeengekomen dient als opzegtermijn een redelijke termijn te worden gehanteerd en gezien de omstandigheden is Reparco Renkum van oordeel dat een termijn van drieënhalve maand redelijk is. TSB stelt dat wel algemene voorwaarden zijn overeengekomen en dat deze voorwaarden een opzegtermijn van zes maanden bevatten. Nu Reparco Renkum heeft opgezegd bij brief van 31 december 2008, loopt de opzegtermijn volgens TSB tot en met 30 juni 2009.
4.11. Tussen TSB en Reparco Renkum bestaat al ruim 15 jaar een duurovereenkomst betreffende het verrichten van schoonmaakwerkzaamheden. Voor een duurovereenkomst geldt dat deze kan worden opgezegd, zij het met inachtneming van een naar de omstandigheden redelijke opzegtermijn. Nu TSB en Reparco Renkum al ruim 15 jaar samenwerken en er nooit problemen zijn geweest, is de termijn van drieënhalve maand, zoals gehanteerd door Reparco Renkum, naar het oordeel van de rechtbank te kort. Het is gezien de omstandigheden redelijk om aan te sluiten bij de opzegtermijn van zes maanden die TSB in haar algemene voorwaarden heeft opgenomen en die zij jegens al haar contractpartners hanteert. De stellingen van partijen betreffende de vraag of wel of geen algemene voorwaarden zijn overeengekomen, kunnen gezien het voorgaande buiten behandeling blijven.
4.12. Vervolgens is de vraag aan de orde wanneer Reparco Renkum de overeenkomst met TSB heeft opgezegd. Reparco Renkum stelt dat zij dat heeft gedaan bij brief van 17 september 2008. TSB stelt dat de brief van 31 december 2008 als eerste opzegging moet worden gezien.
4.13. Uit de brieven van TSB aan Reparco van 24 september 2008 en 7 januari 2009 volgt naar het oordeel van de rechtbank dat TSB de brief van Reparco Renkum van 17 september 2008 als opzegging heeft beschouwd. TSB schrijft letterlijk dat de opzegtermijn gaat lopen op die datum. Dat de brieven door TSB zijn opgesteld zonder juridische bijstand, zoals TSB ter comparitie heeft toegelicht, is geen reden om tot een ander oordeel te komen. De conclusie is dat Reparco Renkum een opzegtermijn van zes maanden diende te hanteren, ingaande per 17 september 2008 en eindigend per 16 maart 2009. De vordering van TSB zal worden toegewezen, voor zover deze ziet op betaling van de facturen voor de maanden januari en februari 2008 en de halve maand maart. Toewijsbaar is een bedrag van twee keer EUR 3.358,87 (twee keer een maandbedrag) vermeerderd met een bedrag van EUR 1.679,44 (een half maandbedrag) is een bedrag van EUR 8.397,18.
4.14. Er is geen reden om dit bedrag te verminderen met de door TSB bespaarde kosten, zoals Reparco Renkum stelt. Het gaat immers om nakoming door Reparco Renkum van een redelijke opzegtermijn, en niet om een vordering tot schadevergoeding, in welk geval bespaarde kosten bij het berekenen van de schade wel van belang kunnen zijn. De wettelijke rente zal worden toegewezen, telkens te rekenen vanaf de verstreken betalingstermijn van elke factuur, tot aan de dag der algehele voldoening.
4.15. TSB vordert ook vergoeding van de schade die zij heeft geleden, doordat haar vaste medewerkster mevrouw [betrokkene] geen schoonmaakwerkzaamheden meer kon verrichten, terwijl TSB haar wel loon verschuldigd was. Reparco Renkum is, zoals volgt uit het voorgaande, gehouden aan een opzegtermijn van 6 maanden, waarna de overeenkomst rechtsgeldig is opgezegd. Van een tekortkoming aan de zijde van Reparco Renkum, waardoor TSB schade heeft geleden, is, na inachtneming van deze termijn, geen sprake meer. Het is vervolgens aan TSB om voor mevrouw [betrokkene] andere werkzaamheden te zoeken. De vordering tot schadevergoeding zal dan ook worden afgewezen.
4.16. De vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten zal worden afgewezen. TSB heeft niet (voldoende onderbouwd) gesteld dat zij deze kosten daadwerkelijk heeft gemaakt en dat die kosten betrekking hebben op verrichtingen die meer omvatten dan een enkele aanmaning, het enkel doen van een schikkingsvoorstel, het inwinnen van eenvoudige inlichtingen of het op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier.
4.17. Reparco Renkum zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. Omdat een aanzienlijk deel van het gevorderde bedrag wordt afgewezen, begroot de rechtbank de proceskosten aan de zijde van TSB op basis van het toegewezen bedrag op:
- dagvaarding EUR 72,25
- vast recht 805,00
- salaris advocaat 768,00 (2,0 punten × tarief EUR 384,00)
Totaal EUR 1.645,25
4.18. Nu de vorderingen van TSB ten aanzien van Reparco Nederland geheel zullen worden afgewezen, zal TSB worden veroordeeld in de kosten van Reparco Nederland. De kosten aan de zijde van Reparco Nederland worden begroot op:
- vast recht 805,00
- salaris advocaat 904,00 (2,0 punten × tarief EUR 452,00)
Totaal EUR 1.709,00
5. De beslissing
De rechtbank
5.1. veroordeelt Reparco Renkum om aan TSB te betalen een bedrag van EUR 8.397,18 (achtduizenddriehonderdzevenennegentig euro en achttien eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6: 119 BW over het nog niet betaalde deel van het toegewezen bedrag telkens vanaf 30 dagen na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de schuldenaar de factuur heeft ontvangen, tot de dag van volledige betaling,
5.2. veroordeelt Reparco Renkum in de proceskosten, aan de zijde van TSB tot op heden begroot op EUR 1.645,25,te vermeerderen met een bedrag van EUR 131,00 voor nasalaris advocaat en een bedrag van EUR 68,00 voor het geval betekening van dit vonnis heeft plaatsgevonden en nodig is geweest,
5.3. veroordeelt TSB in de proceskosten van Reparco Nederland, tot op heden begroot op EUR 1.709,00,
5.4. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.5. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr.drs. J.M. Klep en in het openbaar uitgesproken op 21 oktober 2009.