ECLI:NL:RBARN:2009:BK4025

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
5 november 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
BM3706
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • P.A. Huidekoper
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot verstrekking van een lening ten laste van onder bewind gesteld vermogen

In deze zaak verzoekt de vader van de heer [rechthebbende] om machtiging voor het verstrekken van een geldlening van € 12.000,- ten laste van het onder bewind gestelde vermogen van zijn zoon. De vader verkeert in financiële problemen als gevolg van een ongeval en heeft momenteel geen of onvoldoende inkomsten. De kantonrechter, mr. P.A. Huidekoper, overweegt de aanvraag en de bijzondere omstandigheden van de zaak. De heer [rechthebbende] heeft een vermogen van ruim € 19.000,-, wat de mogelijkheid biedt om een lening te verstrekken. De kantonrechter wijst op de onzekerheid omtrent de terugbetaling van de lening, aangezien het niet zeker is of de vader enige schadevergoeding zal ontvangen. Desondanks zijn er twee belangrijke aspecten die in overweging moeten worden genomen: de familiale band en de noodzaak van financiële ondersteuning in deze situatie. De rechter concludeert dat het niet ongebruikelijk is dat familieleden elkaar bijstaan in tijden van nood, vooral wanneer er geen andere financiële hulp te verwachten is. De zoon heeft bovendien enige financiële ruimte om aan het verzoek om hulp te voldoen. Uiteindelijk verleent de kantonrechter machtiging voor het verstrekken van een lening van € 9.000,- aan de vader, onder voorwaarden van een terugbetalingsclausule en schriftelijke vastlegging van de lening.

Uitspraak

Geachte mevrouw,
In uw brief van 3 november 2009 verzoekt u machtiging voor het verstrekken van een geldlening van € 12.000 ten laste van het onder bewind gestelde vermogen van de heer [rechthebbende] aan zijn vader, de heer [naam vader]. De vader heeft ten gevolge van een ongeval thans geen of onvoldoende inkomsten.
Uit de stukken - de brief van mr De Haan - begrijp ik dat het allerminst zeker is dat de vader überhaupt enige uitkering in verband met zijn schade zal ontvangen en - indien dat wel het geval zal zijn - wat de hoogte van de uitkering zal zijn. Dat betekent dat de terugbetaling van de lening twijfelachtig is.
Niettemin dienen in deze kwestie twee andere aspecten mee te wegen, namelijk de omstandigheid dat de vader door een ongeval in deze situatie is gekomen. Dat is een situatie waarin het niet ongebruikelijk is dat familieleden elkaar bijstaan, wanneer op korte termijn geen (financiële) hulp van de kant van de overheid of derden te verwachten is. Dit klemt te meer als het - zoals hier - gaat om een kind en zijn hulpbehoevende ouders.
Het tweede aspect is dat de zoon enige financiële ruimte heeft om aan het verzoek om hulp te voldoen.
In verband met de omvang van het vermogen van de heer [rechthebbende] (ruim € 19.000), zal ik daarom in dit geval machtiging verlenen voor het verstrekken van een lening aan de vader van de heer [rechthebbende] tegen een rente gelijk aan het rentepercentage van een normale spaarrekening en voorzien van een terugbetalingsclausule in verband met de ontvangst van een schade-uitkering op grond van de procedure waar mr De Haan op doelt. Een en ander dient schriftelijk te worden vastgelegd en aan mij ter machtiging te worden voorgelegd. Het totaal van deze lening zal - gelet op de omvang van het vermogen van de heer [rechthebbende] - € 9.000,- bedragen.
Indien de heer [rechthebbende] of u het niet eens is met deze beslissing kan hij / kunt u gedurende drie maanden na de datum van deze brief door tussenkomst van een advocaat hoger beroep instellen bij het gerechtshof in Arnhem.
Naar ik vertrouw, heb ik u hiermee voldoende geinformeerd.
Met vriendelijke groet,
mr. P.A. Huidekoper,
kantonrechter