Parketnummer : 05/502592-09, 05/505846-09 en 05/510595-05 (tul)
Data zittingen : 15 december 2009 en 8 juni 2010
Datum uitspraak : 22 juni 2010
de officier van justitie in het arrondissement Arnhem
naam : [verdachte],
geboren op : [geboortedatum] 1980 te Arnhem,
adres : [adres],
plaats : [woonplaats].
Raadsman : mr. P.R.M. Noppen, advocaat te Arnhem.
1. De inhoud van de tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
ten aanzien van parketnummer 05/502592-09:
hij op of omstreeks 23 november 2008 te Arnhem met een ander of anderen, op
een voor het publiek toegankelijke plaats of in een voor het publiek
toegankelijke ruimte, te weten discotheek 'Manhattan', openlijk in vereniging
geweld heeft gepleegd tegen [betrokkene2], welk geweld bestond uit het meermalen,
althans eenmaal, stompen/slaan en/of trappen/schoppen tegen het gezicht/hoofd
en/of het lichaam van die [betrokkene2] en/of het meermalen, althans eenmaal,
met kracht, duwen tegen en/of trekken aan het lichaam van die [betrokkene2];
althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling leidt:
hij op of omstreeks 23 november 2008 te Arnhem tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, opzettelijk een persoon, te weten
[betrokkene2], heeft mishandeld, bestaande die mishandeling van die [betrokkene2]
voornoemd uit het meermalen, althans eenmaal, stompen/slaan en/of
trappen/schoppen tegen het gezicht/hoofd en/of het lichaam van die [betrokkene2]
en/of het meermalen, althans eenmaal, met kracht, duwen tegen en/of trekken
aan het lichaam van die [betrokkene2], waardoor voornoemde [betrokkene2] letsel heeft
bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
ten aanzien van parketnummer 05/505846-09:
hij op één of meerdere tijdstippen op of omstreeks 13 februari 2009 te Arnhem,
(telkens) [betrokkene portier] (werkzaam als portier bij discotheek "Manhattan")
heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht,
althans met zware mishandeling, hierin bestaande dat verdachte (telkens)
opzettelijk voornoemde [betrokkene portier] dreigend de woorden heeft toegevoegd:
"ik schiet je kapot" en/of "ik schiet je dood", althans (telkens) woorden van
gelijke dreigende aard of strekking;
1a. De vordering na voorwaardelijke veroordeling
Bij de stukken bevindt zich een vordering na voorwaardelijke veroordeling met parketnummer 05/510595-05.
2. Het onderzoek ter terechtzitting
De zaak is op 15 december 2009 voor het eerst ter terechtzitting onderzocht. Daarbij zijn verdachte en zijn raadsman verschenen. De zaak is destijds voor onbepaalde tijd aangehouden voor nader onderzoek. Op 8 juni 2010 is de zaak ter terechtzitting verder onderzocht. Daarbij is verdachte verschenen. Verdachte is bijgestaan door mr. P.R.M. Noppen, advocaat te Arnhem.
Ter terechtzitting van 8 juni 2010 zijn de zaken van de officier van justitie in het arrondissement Arnhem, onder bovenstaande parketnummers bij afzonderlijke dagvaardingen aanhangig gemaakt, gevoegd.
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van het onder parketnummers 05/502592-09 primair en 05/505846-09 tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 weken met aftrek van de tijd in verzekering doorgebracht.
Verdachte en zijn raadsman hebben het woord ter verdediging gevoerd.
3. De beslissing inzake het bewijs
ten aanzien van parketnummer 05/502592-09 :
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen. De bewijsmiddelen zijn:
? de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting d.d. 8 juni 2010;
? het proces-verbaal van verhoor van aangever (betrokkene2], p. 34-36;
? het proces-verbaal van bevindingen op ambtsbelofte opgemaakt door [verbalisant3] d.d. 20 januari 2009, p. 48-49;
? het proces-verbaal van bevindingen op ambtsbelofte opgemaakt door. [verbalisant3] d.d. 1 januari 2009, p. 46.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat bewezen wordt geacht dat:
hij op 23 november 2008 te Arnhem met anderen, op een voor het publiek toegankelijke plaats of in een voor het publiek toegankelijke ruimte, te weten discotheek 'Manhattan', openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [[betrokkene2], welk geweld bestond uit het meermalen, stompen/slaan en/of trappen/schoppen tegen het gezicht/hoofd en/of het lichaam van die [betrokkene2]
ten aanzien van parketnummer 05/505846-09 :
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen. De bewijsmiddelen zijn:
? de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting d.d. 8 juni 2010;
? het proces-verbaal van verhoor van aangever [betrokkene portier] d.d. 13 februari 2009;
? het proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige2] d.d. 12 maart 2009.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat bewezen wordt geacht dat:
hij op tijdstippen op 13 februari 2009 te Arnhem, telkens [betrokkene portier] (werkzaam als portier bij discotheek "Manhattan") heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, hierin bestaande dat verdachte telkens opzettelijk voornoemde [betrokkene portier] dreigend de woorden heeft toegevoegd :"ik schiet je kapot" en/of "ik schiet je dood",
Hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd is niet bewezen. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.
4. De kwalificatie van het bewezenverklaarde
Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van parketnummer 05/502592-09 primair:
‘het openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen’
Ten aanzien van parketnummer 05/505846-09:
‘bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, meermalen gepleegd’
De feiten zijn strafbaar.
5. De strafbaarheid van verdachte
Niet is gebleken van feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van verdachte geheel uitsluiten.
6. De motivering van de sanctie(s)
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van onder het parketnummer 05/502592-09 primair en 05/505846-09 tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 weken met aftrek van de tijd in verzekering doorgebracht.
Standpunt verdediging
De verdediging heeft de rechtbank gevraagd een werkstraf op te leggen. Het betreffen oude feiten en verdachte heeft sindsdien een goede ontwikkeling doorgemaakt. Hij volgt de opleiding SPW en werkt. Daarnaast heeft verdachte er voor gekozen buiten de stad te gaan wonen teneinde afstand te kunnen nemen van het verleden en mijdt hij het uitgaanscircuit.
Beoordeling
Bij de beslissing over de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan alsmede met de persoon en de persoonlijke en financiële omstandigheden van verdachte, waarbij onder meer is gelet op de justitiële documentatie betreffende verdachte, gedateerd 28 april 2010 en een voorlichtingsrapport van Justitiële verslavingszorg Arnhem-Nijmegen, gedateerd 4 november 2009, betreffende verdachte.
De rechtbank overweegt in het bijzonder het navolgende.
Verdachte heeft een portier bedreigd met de dood en heeft daarnaast openlijk in vereniging geweld gepleegd in het uitgaanscircuit. Dergelijk gewelddadig gedrag is zeer bedreigend en versterkt de gevoelens van angst en onveiligheid in de samenleving en bij de slachtoffers in het bijzonder. Daarnaast kunnen de slachtoffers van dergelijk geweld daarvan nog langdurig psychische klachten ondervinden. De rechtbank rekent verdachte dit zwaar aan, te meer nu hij in het verleden een reeds meerdere malen veroordeeld is voor geweldsmisdrijven.
De oriëntatiepunten van het LOVS gaan bij openlijk geweld tegen personen uit van een gevangenisstraf voor de duur van 8 weken. Daarnaast heeft verdachte een portier met de dood bedreigd. In beginsel zou een gevangenisstraf derhalve passend zijn.
De rechtbank houdt er echter rekening mee dat het incident in de Manhattan reeds 1,5 jaar geleden heeft plaats gevonden en dat het op dit moment goed lijkt te gaan met verdachte.
De rechtbank zal daarom volstaan met een werkstraf van hierna te melden duur. Om de ernst van de feiten tot uitdrukking te brengen en te voorkomen dat verdachte opnieuw de fout in gaat legt de rechtbank tevens een voorwaardelijke gevangenisstraf op. Verdachte moet er van doordrongen zijn dat het de laatste keer is dat hij voor dergelijke feiten wegkomt met een werkstraf.
6a. De beoordeling van de vordering na voorwaardelijke veroordeling
Op grond van het verhandelde ter terechtzitting acht de rechtbank de feitelijke grondslag van de vordering van de officier van justitie juist.
Zij zal derhalve de tenuitvoerlegging gelasten van de voorwaardelijke gevangenisstraf die aan verdachte is opgelegd bij vonnis van de politierechter te Arnhem d.d. 20 december 2006.
Gelet op het hiervoor overwogene zal de rechtbank de destijds opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf echter omzetten naar een werkstraf.
7. De toegepaste wettelijke bepalingen
De beslissing is gegrond op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 14g, 14h, 14i, 14j, 22c, 22d, 57, 141, 285 van het Wetboek van Strafrecht.
De rechtbank, rechtdoende:
Verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4.
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot
een gevangenisstraf voor de duur van 1 (één) maand.
Bepaalt dat deze gevangenisstraf niet tenuitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd van 2 (twee) jaren heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit.
het verrichten van een werkstraf gedurende 120 (honderdtwintig) uren.
Bepaalt dat deze werkstraf binnen één (1) jaar na het onherroepelijk worden van dit vonnis moet worden voltooid.
De termijn binnen welke de werkstraf moet worden verricht, wordt verlengd met de tijd dat de veroordeelde rechtens zijn vrijheid is ontnomen alsmede met de tijd dat hij ongeoorloofd afwezig is.
Beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de werkstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast.
Stelt deze vervangende hechtenis vast op 60 (zestig) dagen.
Beveelt overeenkomstig het bepaalde in artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht dat de tijd, door de veroordeelde in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht geheel in mindering wordt gebracht, te weten 2 (twee) uren, zijnde 1 (één) dag hechtenis.
De beslissing op de vordering na voorwaardelijke veroordeling onder parketnummer 05/510595-05.
Gelast de tenuitvoerlegging van de voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) weken opgelegd bij vonnis van de politierechter te Arnhem d.d. 20 december 2006, onder parketnummer 05/510595-05.
Gelast in plaats van de tenuitvoerlegging van voornoemde voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf dat veroordeelde een werkstraf voor de duur van 42 (tweeënveertig) uren zal verrichten.
Bepaalt dat deze werkstraf binnen 1 (één) jaar na het onherroepelijk worden van dit vonnis moet worden voltooid.
De termijn binnen welke de werkstraf moet worden verricht, wordt verlengd met de tijd dat de veroordeelde rechtens zijn vrijheid is ontnomen alsmede met de tijd dat hij ongeoorloofd afwezig is.
Beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de werkstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast.
Stelt deze vervangende hechtenis vast op 21 (éénentwintig) dagen.
Aldus gewezen door mrs. E.J.M. van Engelen (voorzitter), T.P.E.E. van Groeningen en J.F. Beens (rechters), in tegenwoordigheid van mr. Y. Rikken, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 22 juni 2010.