4.6 [werknemer] heeft, naar zijn eigen stelling, tot ongeveer 2007 (punt 1.2 verweerschrift) bij Dales voornamelijk in de buitendienst gewerkt. In elk geval heeft dus, zoals ook Dales stelt, het accent van [werknemer]s werkzaamheden vele jaren op de buitendienst gelegen.
Mede gelet op de omschrijving van zijn functie in de arbeidsovereenkomst is niet aannemelijk dat het gebruik van de auto, zoals [werknemer] meent, van het begin af aan absoluut niet functiegerelateerd was.
[werknemer] had voor zijn werk in de buitendienst eenvoudigweg een auto nodig. Dat hij die daarnaast bij wijze van compensatie kreeg, zoals hij stelt, maar Dales betwist, voor reistijd en –afstand, en de auto privé kon gebruiken, zou, als dat zou vaststaan, nog niet maken dat daarin onder geen voorwaarde wijziging zou kunnen komen.
Toen het gebruik van de auto voor de uitoefening van [werknemer]s functie niet meer nodig was kon Dales in de gewijzigde bedrijfseconomische omstandigheden aanleiding zien een nieuwe afweging te maken. Die afweging is aldus uitgevallen dat aan [werknemer] financiële compensatie is aangeboden voor het feit dat hij de auto zou moeten inleveren. Daarbij is hem, zo staat als onweersproken vast, ook gezegd dat Dales, als hij de compensatie onvoldoende vond, bereid was aan de hand van een concrete opgave van [werknemer] nadere compensatie te bezien, zonodig een overgangsregeling met hem te treffen of de mogelijkheid van overname van de auto en hulp bij financiering daarvan te onderzoeken.
Aldus en onder die omstandigheden is er sprake van een redelijk voorstel, waarop een positieve reactie van [werknemer] zou passen.
[werknemer] heeft echter bij verweerschrift en ter zitting slechts gesteld dat de compensatie onvoldoende is en heeft vastgehouden aan zijn standpunt dat eenzijdige wijziging niet mogelijk is, ook nadat hij en zijn gemachtigde door de kantonrechter uitdrukkelijk, met klem en ruimschoots zijn gewezen op het risico dat aan die stellingname is verbonden.
Door ongemotiveerd te stellen dat de aangeboden compensatie onvoldoende is en vervolgens instemming te weigeren heeft [werknemer] niet redelijk op het voorstel van Dales gereageerd. Dat is niet in overeenstemming met zijn verplichting als goed werknemer.