ECLI:NL:RBARN:2010:BN4409
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- P.A. Huidekoper
- Rechtspraak.nl
Weigering van machtiging tot verwerping van erfdelen in nalatenschap met beschermingsbewind en curatele
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Arnhem op 27 juli 2010 uitspraak gedaan over de verzoeken tot machtiging tot verwerping van erfdelen in de nalatenschap van een overleden zuster. De verzoeker, die als bewindvoerder en curator optreedt voor zijn broers, vraagt om toestemming om afstand te doen van de erfdeel van zijn beide broers. De zuster heeft geen testament achtergelaten, waardoor de wettelijke verdeling van toepassing is. Dit betekent dat alle broers en zusters in beginsel gelijke aanspraak hebben op de nalatenschap.
De kantonrechter overweegt dat de broer die onder beschermingsbewind staat, geboren in 1944, een spaarsaldo heeft van meer dan € 26.000. Gezien de aanbevelingen van het Landelijk Overleg Kantonsectorvoorzitters (LOK) voor schenkingen ten laste van het vermogen van 65-plussers, wordt er een minimum liquide vermogen van € 20.000 geadviseerd. Aangezien het spaarsaldo van deze broer hoger is dan dit bedrag, verleent de kantonrechter toestemming om de erfenis te verwerpen.
Voor de tweede broer, geboren in 1949, is de situatie anders. Zijn spaargeld bedraagt € 10.400, wat onder de aanbeveling van het LOK valt voor mensen onder de 65 jaar die onder curatele staan, waarbij een minimum liquide vermogen van € 40.000 vereist is. Om deze reden wordt de machtiging tot verwerping van de erfenis voor deze broer geweigerd. De kantonrechter wijst de bewindvoerder op de procedure voor verwerping van de erfenis en de termijn waarbinnen dit moet gebeuren.