ECLI:NL:RBARN:2010:BO2053
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.H. van Empel
- Rechtspraak.nl
Huurzaak: afwijzing van boetes wegens betalingsonmacht van huurster
In deze huurzaak heeft de Rechtbank Arnhem op 30 augustus 2010 uitspraak gedaan over de door de verhuurder gevorderde boetes wegens niet-betaling van de huur. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de boetes moeten worden afgewezen, omdat er sprake was van betalingsonmacht van de huurster. De overeengekomen boetes hebben niet kunnen fungeren als prikkel om de huurster te bewegen tot betaling. De procedure begon met een gedeeltelijk eindvonnis op 22 maart 2010, waarna een comparitie van partijen volgde op 3 mei 2010. Tijdens deze comparitie hebben partijen overeenstemming bereikt over de huurachterstand, die tot en met mei 2010 op € 7.330,40 werd vastgesteld. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurster haar verplichtingen niet is nagekomen, maar heeft ook rekening gehouden met de omstandigheden waaronder de huurster opereerde als startende ondernemer.
De kantonrechter heeft de boete gematigd tot nihil en in plaats daarvan de wettelijke rente toegewezen. Daarnaast is de gedaagde partij veroordeeld tot betaling van schadevergoeding, nader op te maken bij staat, en tot betaling van de proceskosten, die aan de zijde van de eisende partij zijn begroot op € 1.293,98. De uitspraak is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De kantonrechter heeft het meer of anders gevorderde afgewezen. Dit vonnis benadrukt het belang van de omstandigheden van de huurder en de noodzaak voor verhuurders om tijdig in gesprek te gaan met huurders die in betalingsproblemen verkeren.