ECLI:NL:RBARN:2012:2291
Rechtbank Arnhem
- Mondelinge uitspraak
- Rechtspraak.nl
Verrekening van dwangsom met bijstandsuitkering in het bestuursrecht
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 17 september 2012 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, die bijstand ontvangt op basis van de Wet werk en bijstand (Wwb), en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijmegen. De eiser had een dwangsom ontvangen van € 1.260, die door verweerder als inkomen werd aangemerkt en verrekend met de bijstandsuitkering over de maand maart 2012. Eiser was het hier niet mee eens en heeft beroep ingesteld tegen het besluit van verweerder van 16 mei 2012, waarin het bezwaar van eiser ongegrond werd verklaard.
De rechtbank oordeelde dat de ongedateerde uitkeringsspecificatie, die eiser op 29 maart 2012 had ontvangen, moet worden aangemerkt als een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank stelde vast dat de dwangsom niet als inkomen kan worden gekwalificeerd, maar als vermogen, en dat de verrekening door verweerder in strijd was met de Wwb. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit en herstelde de uitkeringsspecificatie, waarbij het griffierecht aan eiser werd vergoed.
De rechtbank benadrukte dat de toekenning van een dwangsom niet kan worden beschouwd als inkomsten in de zin van de Wwb en dat de dwangsom moet worden aangemerkt als vermogen. De rechtbank besloot zelf in de zaak te voorzien en het besluit van verweerder te herroepen, omdat de dwangsom niet tot de uitgezonderde middelen behoort. De uitspraak is gedaan in een openbare zitting en is ondertekend door de voorzitter en de rechters.