ECLI:NL:RBARN:2012:BW4728
Rechtbank Arnhem
- Wraking
- P.J. Wiegman
- T.P.E.E. van Groeningen
- C. van Linschoten
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechter in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 24 april 2012 uitspraak gedaan over een wrakingsverzoek van verzoeker, ingediend tijdens een zitting op 6 december 2011. Verzoeker stelde dat er sprake was van vooringenomenheid en partijdigheid van de rechter, omdat deze niet de bevoegdheid en/of het mandaat van de gemachtigde van de verweerder had gecontroleerd, niet beschikte over een compleet dossier, en niet binnen de gestelde termijn een voorlopige voorziening had behandeld. Daarnaast werd aangevoerd dat de rechter na het wrakingsverzoek overleg had gehad met de gemachtigde van de verweerder in afwezigheid van verzoeker.
De wrakingskamer heeft de gronden van verzoeker beoordeeld en geconcludeerd dat er geen feiten of omstandigheden zijn die wijzen op een gerechtvaardigde twijfel aan de onpartijdigheid van de rechter. De rechtbank benadrukte dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit vermoeden ondermijnen. De wrakingskamer oordeelde dat verzoeker onvoldoende onderbouwing had gegeven voor zijn claims van vooringenomenheid.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het verzoek tot wraking afgewezen. De beslissing werd genomen door de rechters P.J. Wiegman, T.P.E.E. van Groeningen en C. van Linschoten, in aanwezigheid van griffier S. Westerdijk. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.