Het standpunt van de verdediging
De raadsman van verdachte heeft aangevoerd dat verdachte van het tenlastegelegde dient te worden vrijgesproken nu sprake is van onvoldoende wettig en overtuigend bewijs.
Daartoe heeft hij betoogd dat onder verdachte nooit verdovende middelen zijn aangetroffen en niemand dit bij verdachte heeft waargenomen. De medeverdachten verklaren tegenstrijdig en inconsistent.
Uit de bewoordingen van de telefoongesprekken en sms-berichten en het vele lachen dat men tijdens die gesprekken doet, moet worden afgeleid dat er slechts in een lacherige brallerige sfeer stoer wordt gedaan naar elkaar toe om erbij te willen horen. Niet gezegd kan worden dat uit de tekst van de gesprekken en berichten in redelijkheid geen andere betekenis kan worden toegekend dan dat verdachte daadwerkelijk verdovende middelen aanwezig heeft gehad. Volgens verdachte en verschillende getuigen wordt met de aanduiding ‘G’ het alcoholische drankje ‘Goldstrike’ bedoeld.
Dat verdachte misschien ook gedacht heeft dat medeverdachten het wel over drugs hadden en hij daarover meepraatte, en zelfs als verdachte gevraagd heeft aan anderen om drugs mee te brengen, maakt dit nog niet dat bewezen kan worden dat hij dat ook ontvangen of gebruikt heeft of onder zich heeft gehad.
Beoordeling van de standpunten
Op 29 oktober 2010 stuurt verdachte een sms-bericht naar [getuige1] waarin hij vraagt of [getuige1] nog soep heeft. [getuige1] antwoordt dat hij dat meeneemt.
Diezelfde avond belt verdachte uit naar [getuige4] . Het gesprek gaat over het feestje waar verdachte en [getuige1] naar toe gaan. Verdachte zegt dat hij dadelijk lekker aan de soep gaat, een lekker G.A.G. soepje, een gehaktballetje. Verdachte zegt dat je van de soep niet zo verkankerd raakt en je dan alleen maar geil bent.
Veertig minuten later belt [getuige2] met verdachte. Verdachte zegt dat hij lekker aan de soep zit en dat hij met [getuige1]je zit. Verdachte zegt dat ze naar de Frankborrel gaan in de cruiseterminal. [getuige1] had nog een beetje G bij zich dus verdachte is al een beetje licht in zijn bol.
Weer later die avond belt [betrokkene2] met verdachte. Verdachte zegt dat hij in een tent staat met [getuige1] en dat ze zwaar zijn van de gehaktballen.
De volgende ochtend belt verdachte met [getuige1]. Verdachte zegt dat hij 160 naar huis reed en toen een klein beetje ‘G’ nog begon te werken. Hij zegt ook dat hij in zijn nest lag te spacen. Ze hebben het erover dat ze beiden seks met een meisje hebben gehad. [getuige1] zegt dat hij, toen ze ‘out’ was, nog een filmpje van haar heeft gemaakt. De 26e is er weer een Frankborrel waar ze heen willen. De avond van het gesprek vindt Thrillogy plaats.
Op 5 november 2010 belt [ge[getuige4] met verdachte. Verdachte zegt dat hij gisteren die ‘G’ aan het uittesten is geweest en een dopje heeft genomen. Daarna is hij meegegaan naar Zinniz en bijna ‘out’ gegaan. Hij zegt dat daaruit blijkt dat je maar één keer in de twee uur een dopje moet nemen omdat je anders ‘out’ gaat. Vorige week op de Frankborrel dacht hij ook dat het net even teveel was. Vanavond gaan hij, [getuige4] en anderen ergens heen. Verdachte zegt dat als ze een ballonnetje nemen, ze niet binnen twee uur er nog één moeten nemen want dan gaat het fout. Hij zegt: ‘dit is een goeie hoor. Je wordt er gewoon een beetje licht van in je bol, je wordt er gewoon wat geiler van’.
Een dag later belt verdachte met [getuige1] en zegt hem dat hij weer lekker aan de soep zit en dat hij en [getuige4] ballonnen aan het vullen zijn. [getuige1] zegt over dit gesprek dat hij denkt dat ‘ballonnen vullen’ betekent GHB in een ballon doen. Dat wordt gedaan om ze mee te nemen naar een feestje. De hoeveelheid is dan makkelijker af te meten.
Diezelfde avond belt verdachte met [betrokkene3]. Ze hebben het over een feest waar ze die avond heen gaan. Verdachte zegt dat [betrokkene3] hem een sms’je moet doen als hij binnen is want dan doen ze even gezellig een G-tje want verdachte heeft dat bij zich. Verdachte heeft 15 ballonnetjes. [betrokkene3] zegt dat zij dat nooit met z’n tweeën op kunnen. Verdachte zegt dat ze met z’n drieën zijn en dat [betrokkene3] ook wel een ballonnetje van hem kan krijgen. Op 6 november 2010 vond het dance-evenement Alice in Crazyland plaats in Zaandam.
Op 12 november 2010 belt verdachte met [getuige3]. Verdachte zegt: ‘wat dacht je van die Frankborrel? Gaan we dan een beetje aan de soep en de gehaktballen (…) En dan daarna gaan we gelijk door naar ‘back to the 80’s and 90’s, een discotheek bij mij in de buurt (…) Ik heb net ff wat gehaktballen gehaald’.
Over dit gesprek heeft [getuige3] verklaard dat ‘aan de soep gaan’ en ‘aan de gehaktballen gaan’, aan de GHB gaan betekent.
Op 13 november 2010 belt verdachte met [getuige4]. Verdachte zegt dat hij bij [betrokkene1] nog een beetje G heeft gehaald.
Op 17 november 2010 belt [getuige1] met verdachte. Ze hebben het over dat ze volgende week eerst naar de Frankborrel gaan en dan naar de 80’s en 90’s. Verdachte zegt dat hij denkt dat hij alleen aan de gehaktballen gaat. Verdachte vraagt of [getuige1] voor volgende week een halve liter kan regelen. [getuige1] zegt dat hij al een hele besteld heeft bij iemand en het mee zal nemen. Verdachte zegt dat hij er fucking geil van wordt. Hij zegt: ‘met die [betrokkene1] ook jonge, echt ziek. Dat meisje had het nog nooit gedaan. Ik haar ook een beetje gegeven’.
[getuige1] heeft over dit gesprek verklaard dat verdachte aan hem vroeg of hij een halve liter GHB kon regelen. [getuige1] heeft bij een ander een hele liter GHB besteld en die halve liter heeft hij na de Frankborrel op 26 november aan verdachte gegeven.
Op 18 november 2010 stuurt verdachte een sms [getuige4]. Daarin staat: ‘ik heb trouwens gehaktballen geregeld hoopjes’.
Op 20 november 2010 belt verdachte met [getuige3]. Verdachte zegt dat hij vrijdag naar de frankborrel en daarna naar back to the 80’s and 90’s gaat en de dag daarna misschien toch naar Climax. Verdachte zegt dat hij dan alleen maar aan de gehaktballen gaat want dat scheelt veel geld. Hij zuipt dan niet, hij is geil en kan eten en slapen. Verdachte zegt dat hij volgende week een halve liter krijg via [getuige1]. Over vrijdag zegt verdachte: ‘dan neem ik wel, dan zorg ik wel voor de gehaktballen’.
Op 24 november 2010 belt verdachte met [getuige1]. Verdachte zegt dat hij vrijdag helemaal los gaat en dat hij zaterdag nog naar Climax wil. [getuige1] zegt dat ze anders bij een vriendin van [getuige1] die (betrokkene8) heet en op 200 meter van Climax woont kan komen afteren. Dat vindt verdachte goed. Verdachte zegt dat ze af moeten spreken dat hij [getuige1] ergens oppikt. [getuige1] zegt dat ze afspreken in Den Bosch en vanaf daar rijden. Verdachte zegt dat dat ook goed is maar dat ze elkaar even zien vanwege de gehaktballen. [getuige1] zegt dat hij die in de auto kan pleuren bij [getuige3] of (betrokkene9). [getuige1] zal een extra ding voor verdachte vullen.
Op 25 november 2010 belt [getuige1] met verdachte. [getuige1] zegt dat ze morgen om half zes daar zijn. Hij zegt: ‘als jij dan effe gewoon naar dat restaurantje om half zes ofzo komt’. Verdachte zegt dat hij dan al naar binnen is en zegt: ‘leg het effe in de wagen en neem dan effe een klein flesje mee of zo..zodat ik effe daar…’. [getuige1] zegt dat hij dat zal doen.
Op 26 november 2010 rond half 7 ’s avonds belt verdachte met [getuige3] en met [getuige1]. Eerst vraagt hij aan [getuige3] of [getuige1] nog flesjes bij zich heeft. [getuige3] zegt dat [getuige1] er eentje heeft. Verdachte vraagt: ‘maar wel voor binnen voor mij ook of niet?’. [getuige3] zegt dat hij het nog achter in de auto heeft liggen. Verdachte zegt dat hij [getuige1] gevraagd heeft om wat naar binnen mee te nemen. [getuige1] komt aan de telefoon en zegt dat hij het flesje voor verdachte bij zich heeft en dat ze wel even moeten delen. De rest heeft hij in de auto. Verdachte zegt: ‘rij dan die garage in of zo. Dan spreken we daar af en gooien we het gelijk over. [getuige1] zegt dat dat goed is.
Over dit gesprek heeft [getuige3] verklaard dat met ‘flesjes’ flugelflesjes met GHB erin bedoelt wordt. Hij heeft ook verklaard dat hij op 26 november 2010 naar de Frankborrel is geweest in de Terminal Cruise in Rotterdam. Daar was ook verdachte. Daarna zijn ze naar de discotheek Alcazar vlakbij verdachtes huis gegaan.
Op 29 november 2010 belt verdachte met (betrokkene10). Verdachte zegt: ‘toen we eenmaal binnen waren. Ik had geen geld bij me. Hij zegt, nee joh, jij had de vorige dat andere betaald, dat ‘G’ weet je wel. Ik betaal dit wel’.
Op 3 december 2010 belt verdachte [getuige4]. Verdachte zegt dat hij vanavond sowieso gaat en dat (betrokkene11), die ook komt afteren, er vanavond ook is. Verdachte vraagt hoe laat [ge[getuige4] er naartoe gaat. Hij pakt om half negen de taxi en gaat naar de VIP. Verdachte gaat eerst naar dat wijf toe. Verdachte zegt: ‘ik heb twee hele kleine flesjes net gekocht met zooi erin die ga ik ff omspoelen, daar ga ik ff wat in doen (…) lekker Gtje, ik zorg daar wel voor jongen’.
Diezelfde avond belt verdachte met [betrokkene2]. Verdachte zegt dat hij alweer lekker aan de gehaktballen zit. Hij gaat Rotterdam in.
Op 4 december 2010 belt verdachte met [betrokkene5]. Verdachte zegt dat hij en [getuige4] wakker zijn geworden in het ziekenhuis. Ze zijn out gegaan van de G.
Diezelfde nacht belt verdachte ook met [betrokkene2]. Verdachte zegt dat hij en [getuige4] wakker zijn geworden in het ziekenhuis van de G. Verdachte zegt dat hij een dopje teveel hebben ingenomen. Verdachte zegt dat hij een flesje vol had meegenomen en dat hij teveel te snel achter elkaar had genomen.
Even later belt verdachte met [betrokkene4] Hij vertelt over het out gaan van de G samen met [getuige4]. [betrokkene4] vraagt hoe hij aan de G komt. Verdachte zegt dat hij thuis een halve liter heeft staan.
De middag van 4 december 2010 belt hij met [getuige2]. Verdachte vertelt dat hij in Dijkzicht wakker is geworden met[getuige4]. Het was van de G en ze hadden iets teveel doppies genomen. Verdachte zegt dat hij gisteravond ‘G’ bij zich had en hij aan de bar out is gegaan.