ECLI:NL:RBARN:2012:BY2321
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H.C.A. Walda
- Rechtspraak.nl
Verjaring van eigendom door onafgebroken bezit van een strook grond
In deze zaak, uitgesproken door de Rechtbank Arnhem op 24 oktober 2012, staat de verjaring van eigendom centraal. De gemeente Arnhem, eiseres in conventie en verweerster in reconventie, heeft een vordering ingesteld tegen gedaagden in conventie, die eisers in reconventie zijn. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gedaagden in reconventie zijn geslaagd in het bewijs van onafgebroken bezit gedurende twintig jaar van een strook grond. Dit bezit heeft geleid tot de verklaring voor recht dat zij door verjaring eigenaar zijn geworden van het betreffende gedeelte van het perceel.
De procedure omvatte verschillende processtukken, waaronder een tussenvonnis en getuigenverhoren. Tijdens de getuigenverhoren heeft een getuige verklaard dat hij het hekwerk dat de eigendommen scheidt, heeft zien vervangen door de vorige eigenaar. De rechtbank heeft de geloofwaardigheid van deze getuigenverklaring bevestigd en geconcludeerd dat de gedaagden in reconventie voldoende bewijs hebben geleverd voor hun claim van verjaring.
De rechtbank heeft de vordering van de gemeente afgewezen en de vordering van de gedaagden toegewezen. Tevens is de gemeente veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op een totaal van € 2.066,00. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de uitspraak onmiddellijk effect heeft, ongeacht eventuele hoger beroep procedures.