ECLI:NL:RBASS:2001:AA9426

Rechtbank Assen

Datum uitspraak
11 januari 2001
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
31023
Instantie
Rechtbank Assen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • J.A. van Riessen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot verbod gebruik naam WONERIJE door woningstichtingen

In deze zaak hebben de stichting Woonstichting Actium en de stichting Christelijke Woningstichting 'Hoogeveen en Omstreken' (hierna: eiseressen) een kort geding aangespannen tegen de stichting Woonconcept (hierna: gedaagde). De eiseressen vorderen dat de president gedaagde verbiedt de naam 'WONERIJE' te gebruiken voor een woonkrant in de gemeenten Meppel, Hoogeveen, Westerveld en De Wolden. De eiseressen stellen dat zij gezamenlijk auteursrechten hebben op de naam 'WONERIJE', die zij sinds 1998 gebruiken voor een gezamenlijke woonkrant. Gedaagde heeft echter aangekondigd na 31 december 2000 een eigen woonkrant onder dezelfde naam uit te geven, wat volgens eiseressen misleidend is voor het publiek en inbreuk maakt op hun auteursrechten.

Tijdens de zitting op 4 januari 2001 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. Eiseressen betogen dat gedaagde onrechtmatig handelt door de naam 'WONERIJE' te gebruiken, omdat deze naam door hen is bedacht en zij gezamenlijk bekendheid en goodwill hebben opgebouwd. Gedaagde daarentegen stelt dat zij recht heeft op het gebruik van de naam, omdat deze door haar rechtsvoorgangster is bedacht en dat er geen auteursrechtelijke bescherming voor een enkel woord bestaat.

De president heeft in zijn beoordeling overwogen dat de naam 'WONERIJE' niet voldoet aan de eisen voor auteursrechtelijke bescherming, omdat het een bestaand Drents woord is en niet origineel genoeg is. Daarnaast heeft gedaagde een merk gedeponeerd voor de naam 'WONERIJE', wat volgens de president een teken is dat als merk kan worden beschouwd. De president oordeelt dat er geen misleiding van het publiek is, omdat de nieuwe krant duidelijk zal maken dat het uitsluitend om het woningaanbod van gedaagde gaat. Uiteindelijk heeft de president de vorderingen van eiseressen afgewezen en hen veroordeeld in de proceskosten.

Uitspraak

Vonnis d.d. 11-01-2000.-
Zaaknr. 31023.-
1e blad.-
ARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE ASSEN
Vonnis van de president in het kort geding van:
1. de stichting WOONSTICHTING ACTIUM,
gevestigd te 9405 KD Assen, Eemland 1,
2. stichting CHRISTELIJKE WONINGSTICHTING 'HOOGEVEEN
EN OMSTREKEN',
gevestigd te 7906 BS Hoogeveen, Kortewijkstraat 81,
eiseressen in kort geding bij dagvaarding van
27 december 2000,
advocaat mr. V.J.M. Verlinden-Masson,
procureur mr. J.H. Hemmes,
t e g e n
de stichting STICHTING WOONCONCEPT,
statutair gevestigd te 7903 AS Hoogeveen,
Stephensonstraat 1,
gedaagde in kort geding bij gemelde dagvaarding,
advocaat mr. P.E. Mazel,
procureur mr. H.J. de Ruijter.
OVERWEGINGEN
1. De vordering en het procesverloop
1.1. Eiseressen hebben bij dagvaarding gevorderd dat de
president bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad en op de minuut
voor zover wettelijk toegelaten:
1. gedaagde zal verbieden de naam WONERIJE en iedere daarmee
overeenstemmende naam te gebruiken voor een woonkrant of
een vergelijkbare uitgave, ongeacht het medium, in de
gemeenten Meppel, Hoogeveen, Westerveld en De Wolden op
straffe van verbeurte van een dwangsom van fl 10.000,00
per overtreding en fl 1.000,00 per dag dat de overtreding
voortduurt;
2. met veroordeling van gedaagde in de kosten van de
procedure.
1.2. Ter zitting van 4 januari 2001 hebben eiseressen bij
monde van haar advocaat van eis geconcludeerd overeenkomstig
de dagvaarding.
1.3. Gedaagde heeft de vorderingen bestreden bij monde van
haar advocaat.
1.4. Beide partijen legden pleitaantekeningen over en brachten
stukken in het geding, waarna zij vonnis verzochten.
2. De feiten
2.1. Partijen zijn alle drie woning(bouw)stichtingen.
Gedaagde is voortgekomen uit een fusie tussen Stichting
Woondiensten Hoogeveen en de Meppeler Woningstichting.
2.2. In november 1997 hebben partijen twee overeenkomsten
gesloten op grond waarvan zij met ingang van 1 januari 1998 de
woonruimteverdeling in de regio Zuidwest-Drenthe gezamenlijk
uitvoeren. Onderdeel van de samenwerking is de tweewekelijkse
uitgave van een gezamenlijke woonkrant onder de naam
'WONERIJE' in geheel Zuidwest-Drenthe. Deze is uitgebracht met
ingang van 1 januari 1998 tot en met december 2000.
Zaaknr. 31023.-
2e blad.-
2.3. Bij brief van 15 oktober 1999 heeft gedaagde de
overeenkomsten met eiseressen opgezegd tegen 31 december 2000.
2.4. Gedaagde heeft aangekondigd na 31 december 2000 een eigen
woonkrant onder de naam WONERIJE te gaan uitgeven.
2.5. Eiseressen hebben hiertegen bezwaar gemaakt en gedaagde
verzocht af te zien van dit voornemen, hetgeen gedaagde heeft
geweigerd.
2.6. Gedaagde heeft op 28 februari 2000 op haar naam het
woordmerk WONERIJE gedeponeerd bij het Benelux Merkenbureau.
3. Het standpunt van eiseressen
3.1. Volgens eiseressen is de naam Wonerije door een werkgroep
van de gezamenlijke partijen reeds op 9 september 1997
bedacht.
3.2. Eiseressen stellen dat gedaagde door het gebruik van de
naam WONERIJE enerzijds inbreuk maakt op het gemeenschappelijk
auteursrecht van partijen op deze naam en dat anderzijds het
gebruik van deze naam voor een woonkrant die uitsluitend het
woningaanbod van gedaagde bevat misleidend is voor het publiek
dat gewend is in deze krant het gehele aanbod voor de gehele
regio Zuidwest-Drenthe te vinden.
3.3. Voorts stellen eiseressen dat het gebruik onrechtmatig is
jegens haar, doordat misbruik wordt gemaakt van de door
partijen gezamenlijk onder die naam opgebouwde bekendheid en
goodwill uitsluitend ten gunste van gedaagde zelf.
3.4. Het merkdepot door gedaagde is te kwader trouw geschied
omdat gedaagde geen zelfstandig recht op het woord WONERIJE
heeft en zij ook geen toestemming heeft verkregen van de
medegerechtigden, te weten eiseressen, voor het depot op haar
naam.
4. Het standpunt van gedaagde
4.1. Gedaagde stelt dat zij, althans haar rechtsvoorgangster,
indertijd aan Studio R de opdracht heeft gegeven om een naam
te bedenken voor een nieuwe woonkrant die al dan niet in
samenwerking met eiseressen zou worden uitgegeven. Vervolgens
heeft studio R in november 1997 de naam WONERIJE bedacht.
Gedaagde heeft deze naam ingebracht in de samenwerking en bij
beëindiging daarvan is deze aan haar teruggevallen.
4.2. Uit de tussen partijen gesloten overeenkomst blijkt niet
dat partijen gezamenlijk rechthebbende zijn op het mogen
uitgeven van een krant onder de naam Wonerije.
4.3. Volgens gedaagde leent één woord zich in beginsel niet
voor bescherming door het auteursrecht.
4.4. In de komende Wonerijes zal duidelijk worden aangegeven
dat het uitsluitend en alleen om het woningaanbod van gedaagde
gaat. Er is derhalve geen sprake van misleiding van het
publiek.
4.5. Gedaagde betwist dat zij misbruik maakt van de bekendheid
en goodwill van Wonerije en aldus onrechtmatig handelt.
4.6. Er is geen sprake van een depot te kwader trouw.
5. De beoordeling
5.1. Partijen twisten over de vraag of gedaagde recht heeft op
het gebruik van de naam WONERIJE voor een door haar uit te
geven nieuwe woonkrant. Eiseressen menen van niet waarbij zij
zich baseren op een gemeenschappelijk auteursrecht van
partijen op deze naam. Gedaagde betwist dat voldaan is aan de
vereisten om voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking
te komen.
Zaaknr. 31023.-
3e blad.-
5.2. Volgens de jurisprudentie van de Hoge Raad is het
belangrijkste vereiste voor auteursrechtelijke bescherming van
een werk dat het werk 'een eigen, oorspronkelijk karakter
bezit en het persoonlijk stempel van de maker draagt'. In het
onderhavige geval gaat het volgens eiseressen om een 'werk'
dat bestaat uit een naam van een periodiek. Erkenning van
auteursrecht op een enkel woord als WONERIJE is niet
uitgesloten, maar er moet dan wel sprake zijn van
originaliteit. Dit geldt niet voor het woord WONERIJE dat een
bestaand Drents woord is, zodat dit niet voor
auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komt.
5.3. Gedaagde beroept zich op haar recht op het door haar op
28 februari 2000 gedeponeerde merk WONERIJE. Voor titels van
periodieken, voor zover deze voldoende onderscheidend vermogen
hebben, geldt dat deze veelal als merken worden beschouwd en
beschermd. Naar voorlopig oordeel is de titel WONERIJE een
teken, dat is te beschouwen als een merk in de zin van artikel
1 van de Benelux-Merkenwet. Eiseressen hebben weliswaar
betoogd dat het een depot te kwader trouw betreft, maar zolang
zij hiertegen geen actie hebben ondernomen wordt goede trouw
verondersteld.
5.4. Eiseressen hebben nog gesteld dat gedaagde door het
gebruik van de naam WONERIJE voor een nieuwe woonkrant
onrechtmatig handelt. Zij hebben daartoe aangevoerd dat
gedaagde het publiek misleidt omdat dit zal denken dat het nog
steeds een uitgave betreft van partijen gezamenlijk waarin het
gehele corporatieve woningaanbod van de regio Zuidwest-Drenthe
staat. Voorts zou gedaagde zich schuldig maken aan
ongeoorloofde mededinging.
Gelet op de door gedaagde getoonde 'dummy' is de president van
oordeel dat het voor het publiek duidelijk is dat het hier een
nieuwe krant betreft die qua formaat en lay-out afwijkt van de
'oude' krant, die door partijen gezamenlijk werd uitgegeven.
Weliswaar heeft de nieuwe krant dezelfde naam behouden maar
deze staat verticaal afgedrukt in plaats van horizontaal.
Bovendien heeft gedaagde toegezegd dat in de nieuwe krant
duidelijk zal worden aangegeven dat het uitsluitend en alleen
om het woningaanbod van gedaagde gaat, zodat het voor het
publiek duidelijk moet zijn, dat in de nieuwe krant niet het
gehele corporatieve woningaanbod van de regio Zuidwest-Drenthe
is opgenomen. In het licht van deze omstandigheden acht de
president onvoldoende aannemelijk gemaakt dat er sprake is van
misleiding. Evenmin acht de president aangetoond dat gedaagde
zich schuldig maakt aan ongeoorloofde mededinging. In de
laatste gezamenlijk uitgegeven krant is uitdrukkelijk
vermeld, dat partijen elk hun eigen vrijgekomen woningen
zullen adverteren, waarbij bovendien is aangegeven op welke
wijze dit zal gebeuren. Gedaagde heeft daarin een eigen blad
aangekondigd, dat zoals hiervoor werd overwogen in
aanzienlijke mate afwijkt van de door partijen gezamenlijk
uitgegeven krant. Onder die omstandigheden kan voorshands niet
worden aangenomen, dat sprake is van ongeoorloofde
mededinging.
5.5. De vorderingen zullen derhalve worden afgewezen en
eiseressen zullen als de in het ongelijk te stellen partij in
de proceskosten worden veroordeeld.
Zaaknr. 31023.-
4e blad.-
BESLISSINGEN
1. Weigert de gevraagde voorzieningen.
2. Veroordeelt eiseressen in de kosten van het geding, tot op
heden aan de zijde van gedaagde bepaald op fl 1.550,00 voor
salaris en fl 410,00 voor verschotten.
Gewezen door mr. J.A. van Riessen, fungerend-president,
bijgestaan door mr. N.R. Boonstra, griffier, en uitgesproken
ter openbare terechtzitting van donderdag 11 januari 2001, en
door de fungerend-president en de griffier voornoemd
ondertekend.
Typ. cdj
Coll.
Zaaktypering:
2e niveau: 9
3e niveau: 1
_