ECLI:NL:RBASS:2001:AB0196

Rechtbank Assen

Datum uitspraak
13 februari 2001
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
31413 KG
Instantie
Rechtbank Assen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • P. de Vries
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot nakoming van een overeenkomst in kort geding met betrekking tot een opdracht aan een advocaat

In deze zaak heeft eiseres, vertegenwoordigd door procureur mr. W.R. ten Kate, een kort geding aangespannen tegen gedaagde, een besloten vennootschap, die niet is verschenen. De vordering betreft de nakoming van een overeenkomst tussen partijen, waarbij eiseres gedaagde verzoekt om haar opdracht tot royement van een appelprocedure in te trekken. Eiseres heeft primair gevorderd dat de president gedaagde zal veroordelen tot nakoming van de overeenkomst en subsidiair om gedaagde te veroordelen tot betaling van een schadeloosstelling van € 40.000,00. Tijdens de zitting op 31 januari 2001 is verstek verleend tegen de niet verschenen gedaagde.

De president heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat er een overeenkomst tussen eiseres en gedaagde bestaat, waarin eiseres onder bepaalde voorwaarden de appelprocedure van gedaagde verzorgt. Eiseres wenst echter geen gevolg te geven aan de opdracht van gedaagde om aan het royement van de appelprocedure mee te werken. De president oordeelt dat de overeenkomst in strijd is met de openbare orde, omdat deze leidt tot een situatie waarin eiseres, als advocaat, een procedure wil voortzetten tegen de wil van gedaagde, haar cliënt. Dit is problematisch omdat eiseres zelf belang heeft bij de uitkomst van de procedure.

De president heeft daarom de gevraagde voorzieningen geweigerd en eiseres veroordeeld in de kosten van het geding, die aan de zijde van gedaagde op nihil zijn begroot. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor advocaten om de belangen van hun cliënten te respecteren en niet te handelen tegen hun wil, vooral in situaties waarin er een financieel belang voor de advocaat op het spel staat.

Uitspraak

Vonnis d.d. 13-02-2001.-
Zaaknr. 31413 KG.-
1e blad.-
ARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE ASSEN
Vonnis van de president in het kort geding van:
[eiseres],
gevestigd en kantoorhoudende te [woonplaatsen],
eiseres in kort geding bij dagvaarding van
23 januari 2001,
procureur mr. W.R. ten Kate,
t e g e n
de besloten vennootschap [gedaagde],
gevestigd te {woonplaats],
gedaagde in kort geding bij gemelde dagvaarding,
niet verschenen.
OVERWEGINGEN
1. De vordering en het procesverloop
1.1. Eiseres heeft bij dagvaarding gevorderd, dat de president bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
primair
1. gedaagde zal veroordelen tot nakoming der in het lichaam der dagvaarding omschreven overeenkomst tussen partijen met bevel aan gedaagde haar ver-zoek/opdracht aan eiseres aan royement der te Leeu-warden lopende appelprocedure mede te werken, in te trekken;
2. eiseres zal machtigen het verzoek/de opdracht aan royement der procedure mee te werken naast zich neer te leggen in afwachting van de definitieve afloop van het geding in hoger beroep;
subsidiair
eiseres zal machtigen eerst aan het verzoek/de op-dracht aan royement der appelprocedure mede te wer-ken na betaling vanwege gedaagde aan eiseres van een schadeloosstelling, die naar redelijkheid en bil-lijkheid is begroot op de somma van ¦ 40.000,00;
één en ander met de veroordeling van gedaagde in de kosten van dit geding.
1.2. Ter zitting van 31 januari 2001 is tegen de niet versche-nen gedaagde verstek verleend.
1.3. Eiseres heeft bij monde van haar procureur van eis gecon-cludeerd overeenkomstig de dagvaarding. Eiseres heeft haar stukken overgelegd en vonnis gevraagd.
2. De beoordeling
2.1. Tussen eiseres en gedaagde is een overeenkomst gesloten. Uit de door eiseres overgelegde brief van 1 oktober 1998 aan [de directeur van gedaagde] blijkt dat deze inhoudt dat eiseres onder een aantal voorwaarden de appelprocedure van gedaagde tegen mr. De Haan (als curator in het faillissement van [de directeur van gedaagde]) verzorgt. In deze procedure is bij vonnis van deze rechtbank van 24 februa-ri 1998 een vordering van mr. De Haan tegen gedaagde toegewe-zen tot een bedrag van ¦ 163.126,00 met rente en kos-ten. Gedaagde behoeft als tegenprestatie slechts de helft van de griffierechten en procureurskosten te voldoen. Voorts zal bij winst van de appelprocedure door eiseres aan [de directeur van gedaagde] c.q. gedaagde een bedrag van ¦ 35.000,00 worden betaald.
2.2. De rechtsverhouding tussen een advocaat/procureur en zijn cliënt wordt in het algemeen gekwalificeerd als een overeen-komst van opdracht. Volgens artikel 7:402 BW is de opdrachtne-mer (de advocaat) gehouden gevolg te geven aan aanwijzingen omtrent de uitvoering van de opdracht.
In de onderhavige zaak wenst eiseres geen gevolg te geven aan de door gedaagde aan haar gegeven opdracht om aan het royement van de hiervoor genoemde appelprocedure mede te werken. Inte-gendeel zij wil met het onderhavige geding bewerkstelligen dat haar cliënt bevolen wordt deze opdracht in te trekken, waartoe zij zich beroept op voormelde overeenkomst.
2.3. De president is voorshands van oordeel dat een dergelijke overeenkomst in strijd is met de openbare orde, nu de overeen-komst van opdracht is verweven met een andere overeenkomst en deze er in casu toe leidt dat eiseres (als advocaat) een procedure wil voortzetten tegen de kennelijke wil van gedaagde (haar cliënt) omdat eiseres daarbij zelf belang heeft. Dit belang van eiseres is hierin gelegen, dat bij vernietiging van het genoemde vonnis van deze rechtbank het aan haar door een derde beslagene uitgekeerde bedrag geheel aan haar ten goede komt, terwijl bij onherroepelijk worden van dat vonnis het grootste deel van dat uitgekeerde bedrag aan mr. De Haan als mede-beslaglegger moet worden afgedragen. De gevraagde voor-zieningen zullen dan ook worden geweigerd. Eiseres zal als de in het ongelijk te stellen partij in de kosten van de procedu-re worden veroordeeld.
BESLISSINGEN
De president:
1. Weigert de gevraagde voorzieningen.
2. Veroordeelt eiseres in de kosten van dit geding aan de zijde van gedaagde begroot op nihil.