ECLI:NL:RBASS:2007:AZ8199
Rechtbank Assen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.E. Münzebrock
- Rechtspraak.nl
Oordeel over de geldboete voor rijden onder invloed met alcohol na procedurele omissie
In deze zaak heeft de politierechter van de Rechtbank Assen op 12 februari 2007 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het rijden onder invloed van alcohol. De verdachte was niet verschenen tijdens de zitting, waarop verstek werd verleend. De officier van justitie, mr. G. Souër, vorderde een geldboete van 550 euro, subsidiair 11 dagen hechtenis. De tenlastelegging betrof het rijden met een alcoholgehalte van 540 microgram per liter uitgeademde lucht, wat hoger is dan de toegestane norm van 220 microgram.
Tijdens de zitting werd opgemerkt dat er een procedurele omissie was, omdat de bedienaar van het ademanalyseapparaat niet was aangewezen door de korpschef, zoals vereist in het Besluit alcoholonderzoeken, maar door een divisiechef. De politierechter oordeelde echter dat deze omissie niet in de weg stond aan een veroordeling, aangezien de betrouwbaarheid van de meting niet in het geding was. De politierechter concludeerde dat de verdachte het tenlastegelegde feit had begaan en dat er geen strafuitsluitingsgronden aanwezig waren.
Bij de strafoplegging hield de politierechter rekening met de draagkracht van de verdachte en de omstandigheden waaronder het feit was begaan. Uiteindelijk werd de verdachte veroordeeld tot een geldboete van 550 euro, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis indien de boete niet betaald zou worden. De uitspraak benadrukt het belang van de procedurele vereisten, maar ook dat deze niet altijd leiden tot vrijspraak als de betrouwbaarheid van het bewijs niet in twijfel wordt getrokken.