ECLI:NL:RBASS:2010:BN4826
Rechtbank Assen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van proceskosten door incassobureau na onjuiste processtukken
In deze zaak vorderde Intrum Justitia Nederland B.V. betaling van proceskosten na een procedure tegen een gedaagde die een overeenkomst had gesloten met Vodafone voor telecommunicatiediensten. De kantonrechter van de Rechtbank Assen wees de vordering af, omdat Intrum volhardend een onjuiste stand van zaken in de processtukken had weergegeven, in strijd met artikel 21 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De procedure begon met een dagvaarding op 13 april 2010, waarin Intrum een bedrag van € 4.815,60 vorderde, inclusief rente en incassokosten. Echter, de gedaagde had al substantiële betalingen gedaan voordat de dagvaarding plaatsvond, wat leidde tot de conclusie dat de vordering onterecht was.
De kantonrechter stelde vast dat de gedaagde vóór de dagvaarding al € 4.000,00 had betaald, en dat Intrum ten onrechte had gesteld dat er nog een openstaand bedrag was. De kantonrechter benadrukte dat Intrum, als professioneel incassobureau, extra verantwoordelijk was om de waarheidsplicht in acht te nemen. De rechter oordeelde dat Intrum geen recht had op vergoeding van de proceskosten, omdat zij niet correct had gehandeld en de waarheid niet had gerespecteerd in haar processtukken. Uiteindelijk werd de vordering van Intrum afgewezen en werden de proceskosten gecompenseerd, zodat ieder van de partijen zijn eigen kosten droeg.