ECLI:NL:RBASS:2010:BO4694
Rechtbank Assen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.G. Kiewiet-de Klerk
- A.L.J.M.A. Janssens
- Rechtspraak.nl
Verlening van een voorwaardelijke machtiging op basis van de Wet Bopz
In deze zaak heeft de Rechtbank Assen op 26 augustus 2010 een beschikking gegeven inzake de verlening van een voorwaardelijke machtiging op basis van artikel 14a van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz). De officier van justitie had verzocht om een voorwaardelijke machtiging voor de duur van zes maanden voor betrokkene, die niet ter zitting was verschenen. Betrokkene had pas de avond voor de zitting vernomen dat deze zou plaatsvinden en voelde zich overvallen. De rechtbank heeft de behandeling aangehouden om betrokkene de gelegenheid te geven zijn aanwezigheidsrecht te effectueren.
Tijdens de zitting op 26 augustus 2010 zijn betrokkene, zijn ouders en zijn advocaat, mr. D.C. van de Kwaak-Wamelink, gehoord. De rechtbank heeft zich laten voorlichten door L.A.J. van Iersel, een kinder- en jeugdpsychiater. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene lijdt aan een ziekelijke stoornis van de geestvermogens, die gevaar kan veroorzaken voor zichzelf en/of anderen. De rechtbank oordeelde dat het noodzakelijk is om voorwaarden te stellen die betrokkene moet naleven om het gevaar af te wenden zonder opname in een psychiatrisch ziekenhuis.
De rechtbank heeft vastgesteld dat aan de vereisten van de Wet Bopz is voldaan, waaronder de noodzaak van een behandelingsplan dat in overleg met betrokkene is opgesteld. Betrokkene heeft verklaard zich aan de voorwaarden te zullen houden, waaronder deelname aan therapieën en het gebruik van medicatie. De rechtbank heeft het verzoek van de officier van justitie toegewezen en een voorwaardelijke machtiging verleend voor de duur van zes maanden, met de mogelijkheid tot verlenging indien de officier van justitie voor het verstrijken van deze termijn een verzoek indient voor een aansluitende rechterlijke machtiging.