ECLI:NL:RBASS:2010:BV2528
Rechtbank Assen
- Eerste aanleg - meervoudig
- H.H.A. Fransen
- B.I. Klaassens
- H.R. Bracht
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in overvalzaak door gebrek aan bewijs
In de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte, die beschuldigd werd van een poging tot diefstal met geweld, heeft de rechtbank Assen op 8 oktober 2010 uitspraak gedaan. De verdachte werd vrijgesproken van het tenlastegelegde, omdat de rechtbank niet wettig en overtuigend bewezen achtte dat hij de overval had gepleegd. De rechtbank constateerde dat er onvoldoende bewijs was, met name omdat verklaringen van getuigen niet overtuigend genoeg waren om de betrokkenheid van de verdachte bij de overval aan te tonen. Een getuige, [G1], had verklaard dat hij de verdachte had getipt over een mogelijke overval, maar dit was niet voldoende om de verdachte te verbinden aan de feiten. Een andere getuige, [G2], had twee overvallers gezien, maar kon de verdachte niet identificeren. De rechtbank nam ook in overweging dat de beschrijving van de overvallers door de aangever, [S1], niet specifiek genoeg was om de verdachte te kunnen aanwijzen. De rechtbank oordeelde dat er geen fotoconfrontatie had plaatsgevonden met de aangever, wat de bewijsvoering verder verzwakte. Gezien deze omstandigheden werd de verdachte vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten. Daarnaast werd de benadeelde partij, [S1], niet ontvankelijk verklaard in zijn vordering tot schadevergoeding, omdat het feit waaruit de schade zou zijn ontstaan niet bewezen was. De rechtbank gelastte de teruggave van in beslag genomen goederen aan de verdachte. De zitting vond plaats op meerdere data, waarbij de verdachte werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. S. Urcun. De rechtbank bevestigde dat de dagvaarding geldig was en dat er geen redenen waren voor schorsing van de vervolging.