ECLI:NL:RBASS:2011:BQ0149
Rechtbank Assen
- Kort geding
- H. Wolthuis
- K. Wijmenga
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vorderingen PB Hoeve Beheer B.V. inzake beursbeding en non-concurrentiebeding
In deze zaak heeft de Rechtbank Assen op 5 april 2011 uitspraak gedaan in een kort geding tussen PB Hoeve Beheer B.V. en Stichting Prins Bernhard Hoeve. De vorderingen van PB Hoeve Beheer zijn afgewezen. De kern van de zaak betreft de vraag of PB Hoeve Beheer gebonden is aan een kwalitatieve verplichting, het zogenaamde beursbeding, dat is opgenomen in koopovereenkomsten waarbij zij geen partij is. De rechtbank oordeelde dat het beursbeding enkel geldt ten opzichte van de eigenaren of zakelijk gerechtigden en niet voor PB Hoeve Beheer als gebruiker, aangezien dit niet expliciet was overeengekomen in de koopovereenkomsten. PB Hoeve Beheer had een gebruiksovereenkomst met VOF Jaarmarkt Zuidlaren, waarin andere voorwaarden waren opgenomen. De rechtbank concludeerde dat de vorderingen van PB Hoeve Beheer, waaronder de opschorting van het non-concurrentiebeding, niet toewijsbaar waren. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen grond was voor de gevorderde opschorting en dat de vorderingen niet geschikt waren voor een kort geding, omdat ze niet op voorlopige maatregelen waren gebaseerd. PB Hoeve Beheer werd veroordeeld in de proceskosten van de Stichting, die op € 1.384,00 werden begroot.