ECLI:NL:RBASS:2012:BX0084

Rechtbank Assen

Datum uitspraak
29 juni 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
19/830164-12
Instantie
Rechtbank Assen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van de vordering tot voorlopige tenuitvoerlegging van een voorwaardelijke gevangenisstraf

In deze zaak heeft de rechter-commissaris van de Rechtbank Assen op 29 juni 2012 uitspraak gedaan over de vordering tot voorlopige tenuitvoerlegging van een voorwaardelijke gevangenisstraf van 150 dagen, opgelegd door de enkelvoudige kamer van de arrondissementsrechtbank te Rotterdam op 24 juni 2011. De vordering was ingediend door de officier van justitie en werd beschouwd als een subsidiaire vordering, die alleen behandeld zou worden indien de primaire vordering tot bewaring zou worden afgewezen. Aangezien de primaire vordering tot bewaring werd toegewezen, werd de subsidiaire vordering tot voorlopige tenuitvoerlegging afgewezen.

De rechter-commissaris overwoog dat er ernstige redenen waren om te vermoeden dat de veroordeelde de voorwaarden van de voorwaardelijke straf niet zou naleven. Echter, de rechter-commissaris oordeelde dat de vordering onvoldoende onderbouwd was. Er was onduidelijkheid over welke specifieke voorwaarden niet nageleefd zouden zijn, wanneer deze overtredingen plaatsvonden en onder welke omstandigheden. Dit gebrek aan duidelijkheid leidde tot de afwijzing van de vordering.

De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de veroordeelde, die werd bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. C.Th. Schouwenburg. De rechter-commissaris concludeerde dat de vordering van de officier van justitie niet kon worden toegewezen, en besloot de vordering tot voorlopige tenuitvoerlegging af te wijzen.

Uitspraak

RECHTBANK ASSEN
Sector strafrecht
Parketnummer : 19/830164-12
RC-nummer : 12/267
BEVEL VOORLOPIGE TENUITVOERLEGGING
De rechter commissaris belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank;
Overweegt:
Gezien de vordering van de officier van justitie in dit arrondissement , strekkende tot het verlenen van een bevel tot voorlopige tenuitvoerlegging van een door de enkelvoudige kamer van de arrondissementsrechtbank te Rotterdam d.d. 24 juni 2011 opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf van 150 dagen, jegens:
[veroordeelde],
geboren op [geboortedatum] 1977 te [geboorteplaats],
wonende te [adres],
Thans verblijvende [plaats van detentie].
Gehoord de veroordeelde, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. C.Th. Schouwenburg te Beilen.
De rechter-commissaris overweegt met betrekking tot de vordering voorlopige tenuitvoerlegging op dat de officier van justitie heeft bedoeld de onderhavige vordering als een subsidiaire vordering te beschouwen die behandeld wordt indien en voor zover de primaire vordering tot bewaring zal worden afgewezen. Nu de primaire vordering tot bewaring zal worden toegewezen, zal reeds om die reden de subsidiaire vordering worden afgewezen. Ten overvloede wordt door de rechter-commissaris overwogen dat er weliswaar ernstige redenen bestaan voor het vermoeden dat veroordeelde de algemene of bijzondere voorwaarde(n), niet nakomt, zoals omschreven in de aangehechte vordering tot voorlopige tenuitvoerlegging, maar dat de
vordering naar het oordeel van de rechter-commissaris onvoldoende onderbouwd is, nu niet duidelijk is welke voorwaarde niet nageleefd is, wanneer die zou zijn overtreden en onder welke omstandigheden dit gebeurd is.
Beslist als volgt:
De rechter-commissaris wijst de vordering van de officier van justitie af.
Assen, 29 juni 2012
(mr. A.L.J.M.A. Janssens)