ECLI:NL:RBASS:2012:BX1641
Rechtbank Assen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onvoldoende nakoming van redelijkheid en billijkheid door Achmea in incassoprocedure
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Assen op 15 mei 2012, stond de naamloze vennootschap Zilveren Kruis Achmea Zorgverzekeringen N.V. (hierna: Achmea) tegenover een gedaagde partij die in persoon procedeerde. Achmea had een vordering ingesteld voor een bedrag van € 555,76, inclusief rente en incassokosten, maar de kantonrechter oordeelde dat Achmea niet had voldaan aan de eisen van redelijkheid en billijkheid. Dit oordeel was gebaseerd op het feit dat er een schuldregeling liep via de GKB, waarbij Achmea op de hoogte was van een betaling die had plaatsgevonden. De kantonrechter merkte op dat Achmea had moeten begrijpen dat er geen sprake was van betalingsonwil, maar van onduidelijkheid over de schuld. De kantonrechter wees de gevorderde proceskostenveroordeling af, omdat Achmea niet had aangetoond dat het aanhangig maken van de procedure gerechtvaardigd was, gezien de omstandigheden van de zaak. De kantonrechter oordeelde echter dat de gevorderde incassokosten wel toewijsbaar waren, en veroordeelde de gedaagde om aan Achmea te betalen, vermeerderd met wettelijke rente. Het vonnis benadrukt het belang van de redelijkheid en billijkheid in de verhouding tussen schuldeiser en schuldenaar, vooral in het kader van incassoprocedures.