ECLI:NL:RBASS:2012:BY3519
Rechtbank Assen
- Eerste aanleg - meervoudig
- O.J. Bosker
- M.C. Fuhler
- H. de Wit
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige bewijsvoering bij ontnemingsvordering in hennepkwekerij
In deze zaak heeft de Rechtbank Assen op 13 november 2012 uitspraak gedaan in een ontnemingsprocedure tegen een verdachte die betrokken was bij een hennepkwekerij. De officier van justitie had een ontnemingsvordering ingediend, waarin werd verzocht om het bedrag vast te stellen dat de verdachte wederrechtelijk had verkregen. De vordering was gebaseerd op artikel 36e, lid 4 van het Wetboek van Strafrecht, waarbij de officier van justitie een bedrag van € 904.721,00 eiste. Tijdens de openbare terechtzitting op 30 oktober 2012 werd de vordering bijgesteld tot een bedrag van € 23.558,00.
De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het bewijs dat door de officier van justitie was aangedragen, met name de MMA-melding, onrechtmatig was. Hierdoor was het niet mogelijk om vast te stellen hoeveel planten er in de hennepkwekerij aanwezig waren en of er daadwerkelijk oogsten hebben plaatsgevonden. Dit leidde tot de conclusie dat het wederrechtelijk verkregen voordeel niet in redelijkheid kon worden vastgesteld. De rechtbank heeft daarom de vordering van de officier van justitie afgewezen.
De beslissing werd genomen door de meervoudige strafkamer, bestaande uit voorzitter mr. O.J. Bosker en de rechters mrs. M.C. Fuhler en H. de Wit. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van griffier mr. A.D. Vermeer. Het vonnis werd uitgesproken op 13 november 2012, waarbij mr. De Wit buiten staat was om het vonnis binnen de wettelijke termijn mede te ondertekenen.