ECLI:NL:RBBRE:2004:AO3253

Rechtbank Breda

Datum uitspraak
5 februari 2004
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
003417-03
Instantie
Rechtbank Breda
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • M. Schoonen
  • J. van den Heuvel
  • A. van Oijen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake pinpas-fraude met meerdere verdachten

Op 5 februari 2004 heeft de meervoudige kamer van de Rechtbank Breda een vonnis gewezen in een strafzaak tegen de verdachte C.H., die werd beschuldigd van deelname aan een criminele organisatie en het valselijk opmaken van betaalpassen. De rechtbank heeft de zaak onderzocht ter terechtzitting, waarbij de vordering van de officier van justitie en het verweer van de verdachte en zijn raadsman, mr. Bos, aan de orde kwamen. De rechtbank oordeelde dat niet wettig en overtuigend bewezen was wat onder de feiten 2 en 3 was tenlastegelegd, met uitzondering van enkele bewezenverklaarde feiten. De verdachte werd vrijgesproken van deelname aan een criminele organisatie, omdat er geen sprake was van een duurzame samenwerking tussen de betrokkenen.

De rechtbank achtte het bewezen dat de verdachte samen met anderen betrokken was bij het skimmen van betaalpassen, waarbij hij en zijn mededaders op verschillende locaties in Nederland valse betaalpassen hebben vervaardigd en gebruikt. De rechtbank nam in haar overwegingen mee dat de verdachte dit deed uit winstbejag, wat leidde tot aanzienlijke financiële schade voor de banken en een inbreuk op het vertrouwen van consumenten in het betaalnetwerk. De rechtbank hield ook rekening met het strafblad van de verdachte, waaruit bleek dat hij eerder was veroordeeld voor vermogensdelicten.

De rechtbank veroordeelde de verdachte tot een gevangenisstraf van 3 jaar en 6 maanden, waarbij de tijd die hij in voorlopige hechtenis had doorgebracht in mindering werd gebracht. De benadeelde partij, Interpay Nederland B.V., werd niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, maar kon deze alsnog bij de burgerlijke rechter indienen. De rechtbank verklaarde ook dat een in beslag genomen laptop verbeurd werd verklaard, omdat deze was verkregen door middel van de bewezen verklaarde feiten.

Uitspraak

RECHTBANK BREDA
Parketnummer: 003417-03
1 Partijen. Onderzoek van de zaak.
In de zaak onder voormeld parketnummer van de officier van justitie in het arrondissement Breda tegen:
[C.H.],
geboren op [geboortedatum/plaats]
thans gedetineerd in het huis van bewaring Noordsingel, Rotterdam,
heeft de meervoudige kamer van deze rechtbank het volgende vonnis gewezen.
De rechtbank heeft de gedingstukken gezien en de zaak onderzocht ter terechtzitting. Zij heeft de vordering van de officier van justitie gehoord en het verweer dat naar voren is gebracht door de verdachte en de raadsman, mr. Bos, advocaat te Nijmegen.
2 De tenlastelegging.
De tenlastelegging is gewijzigd overeenkomstig artikel 314a van het wetboek van strafvordering. Verdachte staat, met inachtneming hiervan, terecht terzake dat
1
hij in of omstreeks de periode van 18 september 2002 tot en met
24 maart 2003 te Breda en/of Schiedam en/of Rumpt en/of Utrecht en/of Veghel
en/of Rotterdam en/of Doetinchem en/of Ten Boer en/of Roden en/of een/of
meerdere (andere) plaats(en) in Nederland, tezamen en in vereniging met
[M.K.] en/of [H.K.] en/of [W.J.P.] en/of [Z.Y.] en/of
[O.K.] en/of [H.Y.] en/of [[D.] en/of [V.] en/of [[D.]
en/of (een) ander(en), althans alleen, heeft deelgenomen aan een organisatie,
die tot oogmerk had het plegen van misdrijven, namelijk:
- het opmaken of vervalsen ('skimmen') van betaalpassen en/of waardekaarten
(art 232 lid 1 Wetboek van Strafrecht) en/of
- het gebruik maken van en/of voorhanden hebben van valse en/of vervalste
waardekaarten en/of betaalpassen (art 232 lid 2 Wetboek van Strafrecht);
(art 140 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
art 140 lid 1 Wetboek van Strafrecht
2
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van
18 september 2002 tot en met 10 oktober 2002, (telkens) te Veghel en/of te
Utrecht en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, (telkens) opzettelijk 125, althans meerdere, in elk geval een,
betaalpas(sen) en/of waardekaart(en), (telkens) bedoeld voor het verrichten
van betalingen langs geautomatiseerde weg, (telkens) valselijk heeft opgemaakt
of vervalst, immers hebben/heeft hij, verdachte, en/of zijn mededader(s)
(telkens) valselijk de oorspronkelijke (magneetstrip)gegevens van een of meer,
originele betaalpas(sen) en/of (een) originele waardekaart(en) [die zijn/is
aangeboden ter betaling bij een betaalautomaat van het Tamoil tankstation te
Veghel in de periode 18 september 2002 t/m 28 september 2002]
gekopieerd/geladen naar/op (een) (betaal)pas(sen)/kaart(en) welke waren/was
voorzien van een magneetstrip (tengevolge waarvan met die laatstgenoemde
[valse of vervalste] [betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische
betalingen ten laste van de rechtmatig[e] eigena[a]r[en] van die originele
betaalpas[sen] en/of waardekaart[en] mogelijk waren/was geworden), zulks
(telkens) met het oogmerk zichzelf of een ander te bevoordelen;
(ZD-03 Veghel)
art 232 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/ond 1 Wetboek van Strafrecht
EN/OF
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van
03 oktober 2002 tot en met 10 oktober 2002 te Tiel en/of Wijchen en/of
Nijmegen en/of Rhenen en/of Veenendaal en/of Leerdam en/of Culemborg en/of
De Meern en/of Utrecht en/of Vianen, in elk geval in Nederland en/of Belgie,
(telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
(telkens) opzettelijk gebruik heeft gemaakt van (een) (groot aantal) valse of
vervalste betaalpas(sen) en/of waardekaart(en), bedoeld voor het verrichten
van betalingen langs geautomatiseerde weg, als ware die betaalpas(sen) en/of
betaalkaart(en) echt en onvervalst, bestaande dat gebruikmaken (telkens)
hierin dat hij, verdachte en/of zijn mededader(s) toen en daar (telkens):
met behulp van die valse of vervalste betaalpas(sen) en/of betaalkaart(en)
(een) (groot aantal) geldopname(s) en/of pintransactie(s) hebben/heeft
gedaan/verricht bij (een) geldautoma(a)t(en) en/of (een) winkelbedrij(f)/
bedrijven ten bedrage van (respectievelijk) Euro 20.200,00 (route 5) en/of
Euro 10.500,00 (route 6) en/of Euro 23.996,50 (route 7) en/of en/of Euro
6.150,00 Euro (route 11) en/of 6.707,60 (route 12), althans (telkens) enig
geldbedrag,
en bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat (telkens) valselijk:
de oorspronkelijke (magneetstrip)gegevens van 125, althans een of meer,
originele betaalpas(sen) en/of (een) originele waardekaart(en) waren/was
gekopieerd/geladen naar/op (een) (betaal)pas(sen)/kaart(en) welke waren/was
voorzien van een magneetstrip (tengevolge waarvan met die laatstgenoemde
[valse of vervalste] [betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische
betalingen ten laste van de rechtmatig[e] eigena[a]r[en] van die originele
betaalpas[sen] en/of waardekaart[en] mogelijk waren/was geworden),
in elk geval (telkens) opzettelijk (een) zodanige valse en/of vervalste
betaalpas(sen) of waardekaart(en) (telkens) hebben/heeft afgeleverd of
voorhanden heeft/hebben gehad, zulks (telkens) terwijl hij, verdachte en/of
zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moesten/moest vermoeden dat
die betaalpas(sen) of waardekaart(en) (telkens) bestemd waren/was voor zodanig
gebruik;
(ZD-03 Veghel:
route 5 [pagina 49/671], route 6 [pagina 51/672], route 7 [pagina 53/672],
route 11 [pagina 62/677 en route 12 [pagina 63/677])
art 232 lid 1 Wetboek van Strafrecht
3
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van
31 oktober 2002 tot en met 05 november 2002 (telkens) te Breda en/of Utrecht
en/of in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen (telkens) opzettelijk 69, althans een of meer,
betaalpas(sen) en/of waardekaart(en), (telkens) bedoeld voor het verrichten
van betalingen langs geautomatiseerde weg, (telkens) valselijk heeft opgemaakt
of vervalst, immers hebben/heeft hij, verdachte, en/of zijn mededader(s)
(telkens) valselijk de oorspronkelijke (magneetstrip)gegevens van 69, althans
een of meer, originele betaalpas(sen) en/of (een) originele waardekaart(en)
[die zijn/is aangeboden ter betaling bij een betaalautomaat van het
benzinestation van de Makro te Breda in de periode van 31 oktober 2002 tot en
met 02 november 2002] gekopieerd/geladen naar/op (een)
(betaal)pas(sen)/kaart(en) welke waren/was voorzien van een magneetstrip
(tengevolge waarvan met die laatstgenoemde [valse of vervalste]
[betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische betalingen ten laste van de
rechtmatig[e] eigena[a]r[en] van die originele betaalpas[sen] en/of
waardekaart[en] mogelijk waren/was geworden), zulks (telkens) met het oogmerk
zichzelf of een ander te bevoordelen;
(ZD-04 Breda)
art 232 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/ond 1 Wetboek van Strafrecht
EN/OF
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van
04 november 2002 tot en met 06 november 2002 te Oss en/of en/of Nuland en/of
's-Hertogenbosch en/of Rosmalen en/of Herpen en/of Heerlen en/of Tiel en/of
Elst en/of Geldermalsen en/of Beuningen en/of Nijmegen en/of Kranenburg
(Duitsland), in elk geval in Nederland en/of Duitsland, (telkens) tezamen en
in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk
gebruik heeft gemaakt van (een) (groot aantal) valse of vervalste
betaalpas(sen) en/of waardekaart(en), bedoeld voor het verrichten van
betalingen langs geautomatiseerde weg, als ware die betaalpas(sen) en/of
betaalkaart(en) echt en onvervalst, bestaande dat gebruikmaken (telkens)
hierin dat hij, verdachte en/of zijn mededader(s) toen en daar (telkens):
met behulp van die valse of vervalste betaalpas(sen) en/of betaalkaart(en)
(een) (groot aantal) geldopname(s) en/of pintransactie(s) hebben/heeft
gedaan/verricht bij (een) geldautoma(a)t(en) en/of (een) winkelbedrijf/
bedrijven ten bedrage van (respectievelijk) Euro 27.170,00 (route 3) en/of
Euro 18.000,00 (route 4), althans (telkens) enig geldbedrag,
en bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat (telkens) valselijk:
de oorspronkelijke (magneetstrip)gegevens van 69, althans een of meer,
originele betaalpas(sen) en/of (een) originele waardekaart(en) waren/was
gekopieerd/geladen naar/op (een) (betaal)pas(sen)/kaart(en) welke waren/was
voorzien van een magneetstrip (tengevolge waarvan met die laatstgenoemde
[valse of vervalste] [betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische
betalingen ten laste van de rechtmatig[e] eigena[a]r[en] van die originele
betaalpas[sen] en/of waardekaart[en] mogelijk waren/was geworden),
in elk geval (telkens) opzettelijk (een) zodanige valse en/of vervalste
betaalpas(sen) en/of waardekaart(en) (telkens) hebben/heeft afgeleverd of
voorhanden heeft/hebben gehad, zulks (telkens) terwijl hij, verdachte en/of
zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moesten/moest vermoeden dat
die betaalpas(sen) of waardekaart(en) (telkens) bestemd waren/was voor zodanig
gebruik;
(ZD-04 Breda:
route 3 [pagina 26/233] en route 4 [pagina 28/234])
art 232 lid 2 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/ond 1 Wetboek van Strafrecht)
art 232 lid 1 Wetboek van Strafrecht
4
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van
18 december 2002 tot en met 24 december 2002 (telkens) te Utrecht en/of elders
in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, (telkens) opzettelijk 48, althans meerdere, in elk geval een,
betaalpas(sen) en/of waardekaart(en), (telkens) bedoeld voor het verrichten
van betalingen langs geautomatiseerde weg, (telkens) valselijk heeft opgemaakt
of vervalst, immers hebben/heeft hij, verdachte, en/of zijn mededader(s)
(telkens) valselijk de oorspronkelijke (magneetstrip)gegevens van die 48,
althans een of meer, originele betaalpas(sen) en/of (een) originele
waardekaart(en) [die zijn/is aangeboden ter betaling bij een betaalautomaat
van het Benzinestation Goedhart Q8 gelegen aan de Vleutenseweg te Utrecht in
de periode 18 december 2002 t/m 20 december 2002] gekopieerd/geladen naar/op
(een) (betaal)pas(sen)/kaart(en) welke waren/was voorzien van een magneetstrip
(tengevolge waarvan met die laatstgenoemde [valse of vervalste]
[betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische betalingen ten laste van de
rechtmatig[e] eigena[a]r[en] van die originele betaalpas[sen] en/of
waardekaart[en] mogelijk waren/was geworden), zulks (telkens) met het oogmerk
zichzelf of een ander te bevoordelen;
(ZD-06 Utrecht)
art 232 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/ond 1 Wetboek van Strafrecht
EN/OF
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van
22 december 2002 t/m 24 december 2003 te Tiel en/of Leerdam en/of Culemborg
en/of Utrecht en/of Vianen en/of Driebergen en/of Lelystad en/of Amsterdam
en/of Geldermalsen en/of Amersfoort en/of De Bilt en/of Huizen en/of Dinslaken
(D) en/of Hamminkeln (D) en/of Oberhausen (D), in elk geval in Nederland en/of
Duitsland, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, (telkens) opzettelijk gebruik heeft gemaakt van (een) (groot
aantal) valse of vervalste betaalpas(sen) en/of waardekaart(en), bedoeld voor
het verrichten van betalingen langs geautomatiseerde weg, als ware die
betaalpas(sen) en/of betaalkaart(en) echt en onvervalst, bestaande dat
gebruikmaken (telkens) hierin dat hij, verdachte en/of zijn mededader(s) toen
en daar (telkens):
met behulp van die valse of vervalste betaalpas(sen) en/of betaalkaart(en)
(een) (groot aantal) geldopname(s) en/of pintransactie(s) hebben/heeft
gedaan/verricht bij (een) geldautoma(a)t(en) en/of (en) bedrijf/ bedrijven
ten bedrage van (totaal) 94.539,00 Euro, althans (telkens) enig geldbedrag,
en bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat (telkens) valselijk:
de oorspronkelijke (magneetstrip)gegevens van 48, althans een of meer,
originele betaalpas(sen) en/of (een) originele waardekaart(en) waren/was
gekopieerd/geladen naar/op (een) (betaal)pas(sen)/kaart(en) welke waren/was
voorzien van een magneetstrip (tengevolge waarvan met die laatstgenoemde
[valse of vervalste] [betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische
betalingen ten laste van de rechtmatig[e] eigena[a]r[en] van die originele
betaalpas[sen] en/of waardekaart[en] mogelijk waren/was geworden),
in elk geval (telkens) opzettelijk (een) zodanige valse en/of vervalste
betaalpas(sen) en/of waardekaart(en) (telkens) hebben/heeft afgeleverd of
voorhanden heeft/hebben gehad, zulks (telkens) terwijl hij, verdachte en/of
zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moesten/moest vermoeden dat
die betaalpas(sen) of waardekaart(en) (telkens) bestemd waren/was voor zodanig
gebruik;
(ZD-06 Utrecht]
art 232 lid 1 Wetboek van Strafrecht
5
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van
05 februari 2003 tot en met 12 februari 2003 (telkens) te Utrecht en/of elders
in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, (telkens) opzettelijk 62, althans meerdere, in elk geval een,
betaalpas(sen) en/of waardekaart(en), (telkens) bedoeld voor het verrichten
van betalingen langs geautomatiseerde weg, (telkens) valselijk heeft opgemaakt
of vervalst, immers hebben/heeft hij, verdachte, en/of zijn mededader(s)
(telkens) valselijk de oorspronkelijke (magneetstrip)gegevens van die 62,
althans een of meer, originele betaalpas(sen) en/of (een) originele
waardekaart(en) [die zijn/is aangeboden ter betaling bij een betaalautomaat
van het Benzinestation Tamoil gelegen aan de Keppelseweg te Doetinchem in de
periode 05 februari 2003 tot en met 06 februari 2003] gekopieerd/geladen
naar/op (een) (betaal)pas(sen)/kaart(en) welke waren/was voorzien van een
magneetstrip (tengevolge waarvan met die laatstgenoemde [valse of vervalste]
[betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische betalingen ten laste van de
rechtmatig[e] eigena[a]r[en] van die originele betaalpas[sen] en/of
waardekaart[en] mogelijk waren/was geworden), zulks (telkens) met het oogmerk
zichzelf of een ander te bevoordelen;
(ZD-14 Doetinchem)
art 232 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/ond 1 Wetboek van Strafrecht
EN/OF
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van
08 februari 2003 t/m 11 februari 24 2003 te Tiel en/of Leerdam en/of Culemborg
en/of Utrecht en/of Nieuwegein en/of Schaijk en/of Buren en/of Vianen en/of
Geldermalsen en/of Rees (D) en/of Emmerich (D) en/of Wesel (D) en/of, in elk
geval in Nederland en/of Duitsland, (telkens) tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk gebruik heeft gemaakt
van (een) (groot aantal) valse of vervalste betaalpas(sen) en/of
waardekaart(en), bedoeld voor het verrichten van betalingen langs
geautomatiseerde weg, als ware die betaalpas(sen) en/of betaalkaart(en) echt
en onvervalst, bestaande dat gebruikmaken (telkens) hierin dat hij, verdachte
en/of zijn mededader(s) toen en daar (telkens):
met behulp van die valse of vervalste betaalpas(sen) en/of betaalkaart(en)
(een) (groot aantal) geldopname(s) en/of pintransactie(s) hebben/heeft
gedaan/verricht bij (een) geldautoma(a)t(en) en/of (een) bedrijf/bedrijven
ten bedrage van (totaal) 108.831,13 Euro, althans (telkens) enig
geldbedrag,
en bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat (telkens) valselijk:
de oorspronkelijke (magneetstrip)gegevens van 62, althans een of meer,
originele betaalpas(sen) en/of (een) originele waardekaart(en) waren/was
gekopieerd/geladen naar/op (een) (betaal)pas(sen)/kaart(en) welke waren/was
voorzien van een magneetstrip (tengevolge waarvan met die laatstgenoemde
[valse of vervalste] [betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische
betalingen ten laste van de rechtmatig[e] eigena[a]r[en] van die originele
betaalpas[sen] en/of waardekaart[en] mogelijk waren/was geworden),
in elk geval (telkens) opzettelijk (een) zodanige valse en/of vervalste
betaalpas(sen) en/of waardekaart(en) (telkens) hebben/heeft afgeleverd of
voorhanden heeft/hebben gehad, zulks (telkens) terwijl hij, verdachte en/of
zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moesten/moest vermoeden dat
die betaalpas(sen) of waardekaart(en) (telkens) bestemd waren/was voor zodanig
gebruik;
(ZD-14 Doetinchem]
art 232 lid 1 Wetboek van Strafrecht
3 De geldigheid van de dagvaarding.
Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, dat de dagvaarding aan alle wettelijke eisen voldoet en dus geldig is.
4 De bevoegdheid van de rechtbank.
Krachtens de wettelijke bepalingen is de rechtbank bevoegd van het ten laste gelegde kennis te nemen.
5 De ontvankelijkheid van de officier van justitie.
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen omstandigheden gebleken die aan de ontvankelijkheid van de officier van justitie in de weg staan. Zij kan dus in haar vordering worden ontvangen.
6 Schorsing der vervolging.
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen gronden voor schorsing der vervolging gebleken.
7 De bewezenverklaring.
7.1 Vrijspraak en de gronden daarvoor.
Door het onderzoek ter terechtzitting is naar het oordeel van de rechtbank niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan de verdachte onder feit 1, te weten deelname aan een criminele organisatie, is ten laste gelegd, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
Meer in het bijzonder overweegt de rechtbank daartoe dat door het telkens opereren in wisselende samenstellingen er naar het oordeel van de rechtbank niet gesproken kan worden van een duurzame onderlinge samenwerking en een gestructureerd samenwerkingsverband.
Voorts is de rechtbank van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen is hetgeen onder de feiten 2 en 3 is tenlastegelegd, voor zover het betreft het valselijk opmaken van betaalpassen.
7.2 Hetgeen bewezen is.
Door het onderzoek ter terechtzitting is evenwel naar het oordeel van de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte
2
op tijdstippen in de periode van
03 oktober 2002 tot en met 10 oktober 2002 te Tiel en Wijchen en
Nijmegen en Rhenen en Veenendaal en Leerdam en Culemborg en
De Meern en Utrecht en Vianen,
tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk gebruik heeft gemaakt van een aantal valse
betaalpassen en/of waardekaarten, bedoeld voor het verrichten
van betalingen langs geautomatiseerde weg, als ware die betaalpassen en/of
waardekaarten echt en onvervalst, bestaande dat gebruikmaken
hierin dat hij, verdachte en zijn mededaders toen en daar :
met behulp van die valse betaalpassen en/of waardekaarten
eengroot aantal geldopnames en/of pintransactiesheeft
gedaan/verricht bij geldautomaten en/of winkel
bedrijven ten bedrage van enig
geldbedrag,
en bestaande die valsheid hierin dat valselijk:
de oorspronkelijke magneetstripgegevens van
originele betaalpassen waren
gekopieerd/geladen naar/op (betaal)passen/kaarten welke waren
voorzien van een magneetstrip (tengevolge waarvan met die laatstgenoemde
valse betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische
betalingen ten laste van de rechtmatige eigenaren van die originele
betaalpassen mogelijk waren geworden)
;
3
;
op tijdstippen in de periode van
04 november 2002 tot en met 06 november 2002 te Oss en en Nuland en
's-Hertogenbosch en Rosmalen en Herpen en Heerlen en Tiel en
Elst en Geldermalsen en Beuningen en Nijmegen en Kranenburg
(Duitsland), tezamen en
in vereniging met een ander , opzettelijk
gebruik heeft gemaakt van een aantal valse
betaalpassen en/of waardekaarten, bedoeld voor het verrichten van
betalingen langs geautomatiseerde weg, als ware die betaalpassen en/of
waardekaarten echt en onvervalst, bestaande dat gebruikmaken
hierin dat hij, verdachte en zijn mededaders toen en daar :
met behulp van die valse betaalpassen en/of betaalkaarten
eengroot aantal geldopnames en/of pintransactiesheeft
gedaan/verricht bij geldautomaten en/of winkel
bedrijven ten bedrage van enig geldbedrag,
en bestaande die valsheid hierin dat valselijk:
de oorspronkelijke magneetstripgegevens van
originele betaalpassen waren
gekopieerd/geladen naar/op (betaal)passen/kaarten welke waren
voorzien van een magneetstrip (tengevolge waarvan met die laatstgenoemde
valse betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische
betalingen ten laste van de rechtmatige eigenaren van die originele
betaalpassen mogelijk waren geworden)
;
4
op tijdstippen gelegen in de periode van
18 december 2002 tot en met 24 december 2002 te Utrecht en/of elders
in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen,
opzettelijk
betaalpassen , bedoeld voor het verrichten
van betalingen langs geautomatiseerde weg, valselijk heeft opgemaakt
, immers hebben hij, verdachte, en zijn mededaders
valselijk de oorspronkelijke magneetstripgegevens van die originele betaalpassen [die zijn aangeboden ter betaling bij een betaalautomaat
van het Benzinestation Goedhart Q8 gelegen aan de Vleutenseweg te Utrecht in
de periode 18 december 2002 t/m 20 december 2002] gekopieerd/geladen naar/op
(betaal)pas(sen)/kaart(en) welke waren voorzien van een magneetstrip
(tengevolge waarvan met die laatstgenoemde valse
[betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische betalingen ten laste van de
rechtmatige eigenaren van die originele betaalpassen mogelijk waren geworden), zulks met het oogmerk
zichzelf of een ander te bevoordelen;
EN
op tijdstippen in de periode van
22 december 2002 t/m 24 december 2003 te Tiel en Leerdam en Culemborg
en Utrecht en Vianen en Driebergen en Lelystad en Amsterdam
en Geldermalsen en Amersfoort en De Bilt en Huizen en Dinslaken
(D) en Hamminkeln (D) en Oberhausen (D), tezamen en in vereniging met anderen,
opzettelijk gebruik heeft gemaakt van een
aantal valse betaalpassen en/of waardekaarten, bedoeld voor
het verrichten van betalingen langs geautomatiseerde weg, als ware die
betaalpassen en/of betaalkaarten echt en onvervalst, bestaande dat
gebruikmaken hierin dat hij, verdachte en zijn mededaders toen
en daar :
met behulp van die valse betaalpassen en/of betaalkaarten
eengroot aantal geldopnames en/of pintransactiesheeft
gedaan/verricht bij geldautomaten en/of bedrijven
ten bedrage van enig geldbedrag,
en bestaande die valsheid hierin dat valselijk:
de oorspronkelijke magneetstripgegevens van
originele betaalpassen waren
gekopieerd/geladen naar/op (betaal)passen/kaarten welke waren
voorzien van een magneetstrip (tengevolge waarvan met die laatstgenoemde
valse betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische
betalingen ten laste van de rechtmatige eigenaren van die originele
betaalpassen mogelijk waren geworden)
;
5
op tijdstippen in de periode van
05 februari 2003 tot en met 12 februari 2003
in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen,
opzettelijk
betaalpassen, bedoeld voor het verrichten
van betalingen langs geautomatiseerde weg, valselijk heeft opgemaakt
, immers hebben hij, verdachte, en zijn mededaders
valselijk de oorspronkelijke magneetstripgegevens van die originele betaalpassen [die zijn aangeboden ter betaling bij een betaalautomaat
van het Benzinestation Tamoil gelegen aan de Keppelseweg te Doetinchem in de
periode 05 februari 2003 tot en met 06 februari 2003] gekopieerd/geladen
naar/op (betaal)pas(sen)/kaart(en) welke waren voorzien van een
magneetstrip (tengevolge waarvan met die laatstgenoemde valse
[betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische betalingen ten laste van de
rechtmatige eigena[a]ren van die originele betaalpassen
mogelijk waren geworden), zulks met het oogmerk
zichzelf of een ander te bevoordelen;
EN
op tijdstippen in de periode van
08 februari 2003 t/m 11 februari 2003 te Tiel en Leerdam en Culemborg
en Utrecht en Nieuwegein en Schaijk en Buren en Vianen en
Geldermalsen en Rees (D) en Emmerich (D) en Wesel (D) tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk gebruik heeft gemaakt
van een aantal valse betaalpassen en/of
waardekaarten, bedoeld voor het verrichten van betalingen langs
geautomatiseerde weg, als ware die betaalpassen en/of betaalkaarten echt
en onvervalst, bestaande dat gebruikmaken hierin dat hij, verdachte
en zijn mededaders toen en daar :
met behulp van die valse betaalpassen en/of betaalkaarten
eengroot aantal geldopnames en/of pintransactiesheeft
gedaan/verricht bij geldautomaten en/of bedrijven
ten bedrage van enig
geldbedrag,
en bestaande die valsheid hierin dat valselijk:
de oorspronkelijke magneetstripgegevens van
originele betaalpassen waren
gekopieerd/geladen naar/op (betaal)passen/kaarten welke waren
voorzien van een magneetstrip (tengevolge waarvan met die laatstgenoemde
valse betaal/waarde]pas[sen]/kaart[en] elektronische
betalingen ten laste van de rechtmatige eigenaren van die originele
betaalpassen mogelijk waren geworden)
;
Hetgeen onder de feiten 2, 3, 4 en 5 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. Verdachte zal hiervan worden vrijgesproken.
8 Het bewijs.
De overtuiging van de rechtbank, dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en de omstandigheden die zijn vervat in de volgende bewijsmiddelen.
De bewijsmiddelen worden slechts gebezigd met betrekking tot het feit, waarop zij in het bijzonder betrekking hebben.
8.1 De bewijsmiddelen.
8.2 De bijzondere overwegingen omtrent het bewijs.
Ten aanzien van het bewijs voor het zogenaamde skimmen van betaalpassen zoals is tenlastegelegd onder 5 overweegt de rechtbank het volgende.
Verdachte heeft bekend samen met de medeverdachten [[D.] en [V.] geld te hebben opgenomen met bankpassen die gekopieerd waren in Doetinchem.
Uit de verklaringen van [D.] en [V.] voornoemd, volgt voorts dat verdachte tezamen met hen zowel betaalpassen te Doetinchem heeft gekopieerd als ook tezamen met hen met deze valse betaalpassen pintransacties heeft verricht.
Verder blijkt dat er ten aanzien van feit 5 sprake is van dezelfde modus operandi terzake het skimmen van betaalpassen als bewezenverklaard onder feit 4, welk feit door verdachte in zijn geheel is bekend.
Op grond van deze omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat verdachte het onder feit 5 telastgelegde feit, ook voor wat betreft het skimmen van betaalpassen, heeft gepleegd.
9 De strafbaarheid van het bewezene.
Het ten laste van verdachte bewezen verklaarde levert de volgende misdrijven op:
Feiten 2 en 3, telkens:
Medeplegen van het opzettelijk gebruik maken van een valse betaalpas als ware deze echt en onvervalst, meermalen gepleegd.
Feiten 4 en 5, telkens:
Medeplegen van het opzettelijk valselijk opmaken van een betaalpas of waardekaart bedoeld voor het verrichten van betalingen langs geautomatiseerde weg, met het oogmerk zichzelf of een ander te bevoordelen, meermalen gepleegd
en
medeplegen van het opzettelijk gebruik maken van een valse betaalpas als ware deze echt en onvervalst, meermalen gepleegd.
10 De strafbaarheid van verdachte.
Verdachte is strafbaar voor hetgeen te zijnen laste bewezen is verklaard, nu niet is gebleken van enige omstandigheid die zijn strafbaarheid zou opheffen.
11 De straffen en maatregelen.
11.1 De algemene overwegingen omtrent de straf.
Op grond van de aard van het bewezene alsmede op grond van de omstandigheden waaronder dit is gepleegd en de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, is de rechtbank van oordeel dat aan verdachte de straf behoort te worden opgelegd, die zij hierna zal bepalen.
11.2 De bijzondere overwegingen omtrent de straf.
Verdachte heeft zich in oktober 2002 schuldig gemaakt aan het pinnen met een groot aantal valse betaalpasjes, waarbij door hem en een grote groep mededaders in één weekend omvangrijke geldbedragen werden buitgemaakt. Dit gebeurde bij diverse betaalautomaten in Nederland. Tevens heeft verdachte met twee mededaders in voornoemd weekend met behulp van een aantal van de valse betaalpasjes in diverse winkels kleding, laptops, GSM's, computerspellen en dergelijke gekocht.
In november 2002 heeft verdachte zich wederom schuldig gemaakt aan het pinnen met valse betaalpasjes, waarbij verdachte opereerde met één mededader. Wederom werden aanzienlijke geldbedragen ten onrechte verkregen.
In december 2002 en februari 2003 heeft verdachte zich met anderen schuldig gemaakt aan het skimmen/valselijk opmaken van betaalpassen. Hierbij werden door verdachte en zijn mededaders tot tweemaal toe betaalautomaten bij onbemande tankstations in Nederland voorzien van gemanipuleerde kaartlezers, waarmee magneetstripinformatie van een groot aantal betaalpassen werd gedupliceerd. Met de verkregen informatie zijn vervolgens valse bankpasjes vervaardigd, waarna zonder toestemming geld van de bankrekeningen van de oorspronkelijke pashouders werd opgenomen door verdachte en zijn mededaders.
De officier van justitie heeft ter terechtzitting gevorderd dat verdachte terzake de feiten
2, 3, 4 en 5 wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 5 jaar.
Nu de rechtbank verdachte zal vrijspreken van het valselijk opmaken van betaalpassen zoals onder de feiten 2 en 3 is tenlastegelegd, zal een en ander ook in de strafoplegging tot uiting worden gebracht.
De rechtbank acht de bewezenverklaarde feiten zeer ernstig van aard. Zij heeft bij het bepalen van de strafmaat in aanmerking genomen dat verdachte deze feiten puur uit winstbejag heeft gepleegd. Door zijn handelwijze heeft verdachte een ernstige inbreuk gemaakt op het vertrouwen van de consument en de acceptant in zowel het betaalnetwerk als de pinpas. Daarnaast heeft de handelwijze geleid tot financiële schade voor de Nederlandse banken.
Bij de straftoemeting heeft de rechtbank voorts rekening gehouden met de omstandigheid dat uit het strafblad van verdachte blijkt dat hij in het verleden terzake het plegen van vermogensdelicten reeds eerder is veroordeeld.
De rechtbank heeft tevens kennis genomen van het omtrent verdachte uitgebrachte rapport van de reclassering d.d. 25 september 2003. Hierin is onder meer vermeld dat verdachte door zijn gokverslaving en cocaïne- en alcoholgebruik in financiële problemen is gekomen, waarvoor verdachte oplossingen zocht in het criminele circuit.
Alles tegen elkaar afwegende kan naar het oordeel van de rechtbank niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf welke onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming voor de hierna te melden duur met zich medebrengt.
De rechtbank ziet, anders dan is voorgesteld in voornoemd reclasseringsrapport, geen aanleiding een gedeelte van deze straf voorwaardelijk op te leggen, nu dit naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende recht doet aan de ernst van de door verdachte gepleegde feiten.
12 De overwegingen omtrent de vordering van de benadeelde partij.
De benadeelde partij Interpay Nederland B.V. heeft schadevergoeding gevorderd tot een bedrag van €. 654.568,08 terzake van hetgeen hierboven bewezen is verklaard.
Aangezien Interpay Nederland B.V. optreedt namens de gezamenlijke banken die de rekeninghouders schadeloos hebben gesteld, kan zij evenwel niet worden aangemerkt als degene die rechtstreeks schade heeft geleden door een strafbaar feit, als bedoeld in artikel 51a van het Wetboek van Strafvordering. Interpay Nederland B.V. is derhalve niet bevoegd zich als benadeelde partij in dit strafproces te voegen. De rechtbank zal Interpay Nederland B.V. niet ontvankelijk verklaren in haar vordering. Interpay Nederland B.V. kan haar vordering alsnog bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
13 De overwegingen omtrent het beslag.
13.1 De overwegingen omtrent de verbeurdverklaring.
Het volgende in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerp, een laptop (merk Packard Bell) is vatbaar voor verbeurdverklaring.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is immers gebleken dat verdachte dit voorwerp ten eigen bate kan aanwenden en dat dit voorwerp door middel van het bewezen verklaarde feit 2 is verkregen.
14 De toepasselijke wetsartikelen.
De beslissing berust op de artikelen 10, 27, 33, 33a, 47, 57 en 232 van het wetboek van strafrecht.
15 De beslissing.
RECHTDOENDE beslist de rechtbank als volgt.
Zij verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte onder feit 1 is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij.
Zij verklaart het ten laste gelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 7.2 is omschreven.
Zij verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder de feiten 2, 3, 4 en 5 meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij.
Zij verstaat dat het aldus bewezen verklaarde oplevert de onder 9 vermelde strafbare feiten.
Zij verklaart de verdachte deswege strafbaar.
Zij veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 jaar en 6 maanden.
Zij bepaalt dat de tijd door de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis doorgebracht in mindering zal worden gebracht bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf.
Zij verklaart verbeurd het onder 13.1 omschreven voorwerp.
Zij bepaalt dat de benadeelde partij Interpay Nederland B.V. niet-ontvankelijk is in haar vordering en dat die vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
Zij veroordeelt de benadeelde partij in de kosten, begroot op nihil.(BP.16)
Dit vonnis is gewezen door mr. Schoonen, voorzitter, mr. Van den Heuvel en mr. Van Oijen, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier mr. Roelandt en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 5 februari 2004.