ECLI:NL:RBBRE:2005:AS8848
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Kok
- J. Janssen
- A. van Gessel
- Rechtspraak.nl
Afwijzing ontnemingsvordering wegens toewijzing schadevergoedingen aan benadeelde partijen
In de zaak met parketnummer 4857-04 heeft de rechtbank Breda op 1 maart 2005 uitspraak gedaan over de vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel door de officier van justitie. De officier van justitie had gevorderd dat de verdachte het wederrechtelijk verkregen voordeel zou terugbetalen. Tijdens de zitting is de verdachte gehoord, bijgestaan door zijn raadsman, mr. Woodrow, advocaat te Tilburg. De rechtbank heeft vastgesteld dat er een groot aantal benadeelde partijen betrokken was in de strafzaak tegen de verdachte. Een aanzienlijk deel van de vorderingen die door deze benadeelde partijen waren ingediend, is door de rechtbank toegewezen. Dit betekent dat de verdachte al is veroordeeld tot betaling van schade aan deze partijen.
Gelet op de toewijzing van de vorderingen van de benadeelde partijen, heeft de rechtbank geconcludeerd dat er geen ruimte meer is voor de toewijzing van de ontnemingsvordering van de officier van justitie. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie, die op 25 januari 2005 was ingediend, in zijn geheel afgewezen. De beslissing is genomen door de rechters M. Kok (voorzitter), J. Janssen en A. van Gessel, in aanwezigheid van griffier Van den Goorbergh. De uitspraak is gedaan tijdens een openbare terechtzitting.