ECLI:NL:RBBRE:2008:BC3426
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Scheffers
- A. Alferink
- J. Schoenmakers
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van mensensmokkel en valsheid in geschrift in huurcontracten en aanvraagformulieren verblijfsvergunning
Op 30 januari 2008 heeft de Rechtbank Breda uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van het medeplegen van mensensmokkel en valsheid in geschrift. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van beide tenlastegelegde feiten. De rechtbank overwoog dat uit het onderzoek bleek dat de verdachte en zijn mededaders vreemdelingen hielpen bij het indienen van zogenoemde M50-aanvragen. Deze aanvragen stelden vreemdelingen in staat om in Nederland te verblijven terwijl hun aanvraag werd behandeld. De rechtbank concludeerde dat de verdachte niet had meegewerkt aan het wederrechtelijk verblijf van de vreemdelingen, omdat zijn handelingen juist gericht waren op het verkrijgen van rechtmatig verblijf voor hen. De rechtbank oordeelde dat het irrelevant was of de aanvragen kansloos waren of dat er onjuiste verblijfadressen waren opgegeven, aangezien deze omstandigheden het verblijf van de vreemdelingen op het moment van de aanvraag niet wederrechtelijk maakten.
Met betrekking tot de valsheid in geschrift, oordeelde de rechtbank dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte wist dat de huurcontracten en aanvraagformulieren vervalst waren. De eigenaren van de woningen bevestigden dat de vreemdelingen op de opgegeven adressen mochten verblijven, waardoor de verdachte niet kon worden aangerekend voor valsheid in geschrift. De rechtbank besloot daarom dat de verdachte ook van dit feit moest worden vrijgesproken. Tot slot werd het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven, en de rechtbank verklaarde dat de in beslag genomen voorwerpen onttrokken aan het verkeer moesten worden verklaard, met uitzondering van enkele voorwerpen die aan de verdachte werden teruggegeven.