ECLI:NL:RBBRE:2008:BC6995
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. van Kralingen
- J. de Graaf
- A. Pick
- Rechtspraak.nl
Belaging van een gedeputeerde door herhaaldelijk ongewenst contact en demonstraties voor haar woning
In deze zaak heeft de rechtbank Breda op 19 maart 2008 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan belaging van een gedeputeerde van de provincie Noord-Brabant. De verdachte heeft herhaaldelijk telefonisch en schriftelijk contact met de gedeputeerde opgenomen en heeft voor haar woning gedemonstreerd. De rechtbank oordeelt dat de verdachte door zijn gedragingen een ernstige inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van het slachtoffer, wat heeft geleid tot gevoelens van angst en onveiligheid bij de gedeputeerde. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, ondanks eerdere waarschuwingen, zijn gedrag niet heeft aangepast en dat hij stelselmatig heeft geprobeerd de gedeputeerde te dwingen tot een gesprek over zijn problemen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden, met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank heeft hierbij rekening gehouden met de ernst van de belaging, de impact op het slachtoffer en het strafblad van de verdachte, waaruit blijkt dat hij eerder soortgelijke feiten heeft gepleegd. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte strafbaar is, omdat er geen omstandigheden zijn die zijn strafbaarheid uitsluiten. De uitspraak is gedaan in het kader van de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 27 en 285b van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.