ECLI:NL:RBBRE:2008:BC8964
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Bakx
- A. Kok
- J. Pick
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in moordzaak met onvoldoende bewijs
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Breda, stond de verdachte terecht voor de moord op zijn echtgenote, die op 6 april 2007 met negen messteken om het leven was gebracht. De rechtbank oordeelde dat, hoewel er ernstige verdenkingen waren, het bewijs onvoldoende was om de verdachte wettig en overtuigend schuldig te verklaren. De rechtbank constateerde dat de verklaring van de verdachte over een bloedveeg op zijn enkel niet geloofwaardig was, maar dat er onvoldoende aanwijzingen waren om te concluderen dat hij de dader was. De getuigenverklaringen boden geen sluitend bewijs en de omstandigheden rondom het tijdstip van overlijden bleven onduidelijk. De rechtbank wees op de inconsistenties in de verklaringen van de getuigen en de verdachte, maar concludeerde dat de bewijsvoering niet voldeed aan de eisen voor een veroordeling. De rechtbank sprak de verdachte vrij van zowel moord als doodslag, en hefte het bevel tot voorlopige hechtenis op. De uitspraak werd gedaan op 8 april 2008 door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en de zaak werd behandeld in het openbaar.