ECLI:NL:RBBRE:2008:BD4382
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- mr. Hermans
- Rechtspraak.nl
Vaststelling van een dwangakkoord in het kader van de schuldsanering
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 28 april 2008 uitspraak gedaan in een verzoek tot vaststelling van een dwangakkoord, ingediend door [verzoeker] tegen de Gemeente Helmond. Het verzoekschrift, dat op 10 april 2008 ter griffie is ingekomen, betreft een schuldregeling waarbij [verzoeker] een betaling van 2,2% aan zijn preferente schuldeiser en 1,1% aan zijn concurrente schuldeisers heeft aangeboden. De Gemeente Helmond, als concurrente schuldeiser, heeft echter geweigerd in te stemmen met deze regeling, omdat de voorgestelde uitkering niet in verhouding zou staan tot de schuld en omdat [verzoeker] niet eerder had gereageerd op incassopogingen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat [verzoeker] één preferente schuldeiser heeft met een vordering van € 56.133,14 en twaalf concurrente schuldeisers met een totale vordering van € 9.692,=. De gemeente heeft een vordering van € 1.240,=. [verzoeker] heeft ter onderbouwing van zijn verzoek aangegeven dat hij geen afloscapaciteit heeft, maar bereid is € 45,= per maand af te dragen. Hij heeft een saneringskrediet van € 1.351,10 netto kunnen verkrijgen om zijn schuldeisers een bedrag ineens aan te bieden.
De rechtbank heeft geoordeeld dat, aangezien de gemeente niet ter zitting is verschenen en geen verweer heeft gevoerd, het verzoek tot vaststelling van het dwangakkoord toewijsbaar is. De rechtbank heeft de gemeente Helmond veroordeeld in de kosten van de procedure, die zijn begroot op nihil, aangezien er geen griffierecht verschuldigd was en [verzoeker] niet door een procureur is bijgestaan. De beslissing van de rechtbank houdt in dat de gemeente moet instemmen met de door [verzoeker] aangeboden schuldregeling en dat het vonnis uitvoerbaar bij voorraad is.