ECLI:NL:RBBRE:2008:BD6817
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Bakx
- A. van Gameren
- J. van de Wetering
- Rechtspraak.nl
Moord met voorbedachten rade op slachtoffer met bijl in Roosendaal
In de strafzaak tegen de verdachte, die op 8 september 2007 in Roosendaal het slachtoffer met een bijl heeft vermoord, heeft de Rechtbank Breda op 10 juli 2008 uitspraak gedaan. De rechtbank oordeelde dat de verdachte opzettelijk en met voorbedachten rade het leven van het slachtoffer heeft beëindigd. De verdachte heeft het slachtoffer meermalen met een bijl op het hoofd geslagen, wat leidde tot de dood van het slachtoffer. De rechtbank achtte niet bewezen wat meer of anders was ten laste gelegd en sprak de verdachte daarvan vrij. De verdachte werd als strafbaar beschouwd, omdat er geen omstandigheden waren die zijn strafbaarheid uitsloten.
De rechtbank legde een gevangenisstraf van 15 jaar op, waarbij rekening werd gehouden met de ernst van het feit en de impact op de samenleving. De rechtbank oordeelde dat de door de officier van justitie gevorderde gevangenisstraf van 12 jaar niet voldeed aan de ernst van de daad. De verdachte had een psychotische stoornis, maar was in staat om zijn wil te bepalen, zij het in verminderde mate. De rechtbank volgde het advies van deskundigen om de verdachte ter beschikking te stellen met verpleging van overheidswege, gezien het gevaar voor recidive.
Daarnaast werd de verdachte veroordeeld tot betaling van € 3.891,22 aan de benadeelde partij voor de begrafeniskosten. De rechtbank oordeelde dat de schade een rechtstreeks gevolg was van het bewezen verklaarde feit. De beslissing berustte op verschillende artikelen van het Wetboek van Strafrecht, en de rechtbank sprak de verdachte vrij van wat meer of anders was ten laste gelegd. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.