ECLI:NL:RBBRE:2008:BG5082
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- C.A.F.M. Stassen
- A.A. den Hartog
- M.L. Weerkamp
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de hoogte van de zekerheidsstelling voor accijnsgoederenplaats
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 9 oktober 2008 uitspraak gedaan in een geschil over de hoogte van de doorlopende zekerheid die een groothandel in minerale oliën moest stellen voor haar accijnsgoederenplaats. De belanghebbende had een vergunning voor een accijnsgoederenplaats verkregen, maar de inspecteur verhoogde de vereiste zekerheid van € 407.500 naar € 2.559.500. De rechtbank oordeelde dat de inspecteur verantwoordelijk is voor het vaststellen van het bedrag van de zekerheid, terwijl de ontvanger enkel een beslissingsbevoegdheid heeft over de vorm van de zekerheid. De rechtbank stelde vast dat de inspecteur de hoogte van de zekerheid niet voldoende had onderbouwd en dat de vaststelling in strijd was met de wet en onzorgvuldig tot stand was gekomen. De rechtbank legde de bewijslast voor de hoogte van de zekerheid bij de inspecteur en concludeerde dat deze geen hogere zekerheidstelling aannemelijk had gemaakt dan € 500.000. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraak op bezwaar en verlaagde de beschikking tot € 500.000. Tevens werd de inspecteur veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbende, vastgesteld op € 966, en werd de Staat gelast het griffierecht van € 285 te vergoeden. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen kunnen binnen zes weken hoger beroep instellen bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.