ECLI:NL:RBBRE:2009:BG9038
Rechtbank Breda
- Voorlopige voorziening
- mr. Leijten
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van vorderingen inzake intellectuele eigendomsrechten en handelsnaamgebruik in kort geding
In deze zaak, die voor de Rechtbank Breda werd behandeld, vorderde The BEAT Factory B.V. (eiseres) een voorlopige voorziening tegen Handyman B.V. (gedaagde) in verband met vermeend onrechtmatig gebruik van haar merk en handelsnaam. De procedure begon met een dagvaarding op 15 december 2008, gevolgd door een mondelinge behandeling op 22 december 2008. The BEAT Factory stelde dat Handyman inbreuk maakte op haar intellectuele eigendomsrechten door wijzigingen aan te brengen in de digitale leeromgeving die zij voor Handyman had ontwikkeld. Dit zou hebben geleid tot een veiligheidslek en ongeoorloofd gebruik van de merknaam 'eBEAT'.
De rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van een spoedeisend belang bij de vorderingen van The BEAT Factory. De voorzieningenrechter concludeerde dat de acties van een werknemer van Handyman, die mogelijk wijzigingen had aangebracht in de digitale leeromgeving, niet als onrechtmatig konden worden aangemerkt. De rechtbank stelde vast dat het gebruik van de naam 'e-beat' in een webadres niet gelijkgesteld kon worden aan het gebruik van het beeldmerk 'eBEAT' of de handelsnaam 'eBEAT'.
Daarom werden de vorderingen van The BEAT Factory afgewezen. Tevens werd The BEAT Factory veroordeeld in de proceskosten van Handyman, die op dat moment waren begroot op €10.349,-. Dit vonnis werd uitgesproken door mr. Leijten op 6 januari 2009, en is uitvoerbaar bij voorraad.