ECLI:NL:RBBRE:2009:BJ5950
Rechtbank Breda
- Voorlopige voorziening
- J.E.J.M. Vincent
- Rechtspraak.nl
Merkenrechtelijke geschil over het depot van het merk MIRACLE ANIMAL
In deze zaak, die voor de Rechtbank Breda werd behandeld, heeft de eiseres, Takazumi B.V., een voorlopige voorziening gevraagd in verband met een merkinbreuk door de gedaagden, Aquadistri B.V. en Colombo B.V. Takazumi, die een groothandel in visproducten exploiteert, heeft het woordmerk MIRACLE ANIMAL gedeponeerd bij het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom. De eiseres vorderde onder andere dat de gedaagden zouden worden verboden om het merk MIRACLE ANIMAL te gebruiken en dat zij een schadevergoeding zouden betalen.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat Takazumi niet in staat was om bewijs te leveren van haar bevoegdheid om het merk MIRACLE ANIMAL op haar naam te deponeren. De rechter oordeelde dat het depot van het merk door Takazumi te kwader trouw was, omdat zij geen rechtsgeldige toestemming had van de fabrikant van het product, Tamon, om het merk te registreren. De rechter concludeerde dat de vorderingen van Takazumi moesten worden afgewezen, omdat aan haar inschrijving geen merkrecht toekwam.
Daarnaast werd Takazumi veroordeeld in de proceskosten van de gedaagden, die tot een bedrag van € 3.689,20 werden begroot. De uitspraak werd gedaan op 21 augustus 2009, waarbij de voorzieningenrechter de vorderingen van Takazumi afwees en de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad verklaarde.