ECLI:NL:RBBRE:2010:BL3421

Rechtbank Breda

Datum uitspraak
10 februari 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
213824 KG ZA 10/23 en 214479 KG ZA 10/53
Instantie
Rechtbank Breda
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • Mr. Van Hooff
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot afgifte van de hond Nancy in kort geding

In deze zaak, die op 10 februari 2010 door de Rechtbank Breda is behandeld, vorderde eiseres in conventie, [eiseres in conv], de afgifte van haar hond Nancy van gedaagden in conventie, [gedaagde sub 1 in conv] c.s. Eiseres stelde dat zij de eigenaresse van de hond was en dat de hond zonder haar toestemming aan gedaagden was overgedragen door haar zoon, die niet beschikkingsbevoegd was. Gedaagden voerden aan dat zij de hond in goede trouw hadden verkregen en dat de hond als 'res derelicta' was behandeld. De voorzieningenrechter oordeelde dat de eigendom van de hond niet was overgedragen, omdat de zoon van eiseres niet bevoegd was om de hond te verkopen. De vordering van eiseres in conventie om de hond af te geven werd toegewezen, terwijl de vordering in reconventie van gedaagden tot opheffing van een eerder opgelegde dwangsom werd toegewezen. De rechter bepaalde dat gedaagden de hond binnen 72 uur na betekening van het vonnis aan eiseres moesten afgeven, op straffe van een dwangsom. Tevens werden de proceskosten tussen partijen gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten droeg. De uitspraak benadrukt het belang van beschikkingsbevoegdheid bij eigendomsoverdracht en de gevolgen van niet-naleving van rechterlijke uitspraken.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK BREDA
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 213824 / KG ZA 10-23 en 214479 / KG ZA 10-53
Vonnis in kort geding van 10 februari 2010
in de zaak met zaaknummer 213824 /KG ZA 10-23 van
[eiseres in conv] ,
wonende te [plaatsnaam 1] , gemeente [naam gemeente] ,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. drs. E.R. Knoester,
tegen
1. [gedaagde sub 1 in conv] ,
wonende te [plaatsnaam 2] ,
2. [gedaagde sub 2 in conv] ,
wonende te [plaatsnaam 2] ,
gedaagden in conventie,
eisers in reconventie,
advocaat mr. H.A. Stein,
en in de zaak met zaaknummer 214479 /KG ZA 10-53 van
[eiseres in conv] ,
wonende te [plaatsnaam 1] ,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. drs. E.R. Knoester,
tegen
[eiseres in reconventie]
wonende te [plaatsnaam 3] , gemeente [gemeente 2] ,
vrijwillig verschenen in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. H.A. Stein.
Partijen zullen hierna [eiseres in conv] , [gedaagde sub 1 in conv] c.s. en [eiseres in reconventie] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaardingen,
- de brief van 1 februari 2010 van [eiseres in conv] met 7 producties,
- de pleitnota van [gedaagde sub 1 in conv] c.s en [eiseres in reconventie] ,
- de akte wijziging van eis,
- de eis in reconventie,
- de mondelinge behandeling.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. Het geschil in conventie in de zaak met zaaknummer 213824 /KG ZA 10-23
2.1. [eiseres in conv] vordert bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
- [gedaagde sub 1 in conv] c.s. te bevelen c.q. te gebieden binnen 48 uur na betekening van het in dezen te wijzen vonnis de hond Nancy af te geven aan [eiseres in conv] , zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van eur 500,-- per dag of gedeelte van een dag dat [gedaagde sub 1 in conv] c.s. verzuimen het vonnis na betekening daarvan, althans na verloop van genoemde termijn na te leven, zulks met een maximum van eur 10.000,--;
- [gedaagde sub 1 in conv] c.s. te veroordelen in de kosten van deze procedure.
2.2. [gedaagde sub 1 in conv] c.s. voeren verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
3. Het geschil in reconventie in de zaak met zaaknummer 213824 /KG ZA 10-23
3.1. [gedaagde sub 1 in conv] c.s. vorderen in reconventie bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
- opheffing van de dwangsom opgelegd bij vonnis van de voorzieningenrechter van de rechtbank Breda van 11 december 2009 onder rolnummer 210936 / KG ZA 09-652 ten laste van [gedaagde sub 1 in conv] c.s., althans de looptijd op te schorten gedurende een in goede justitie te bepalen termijn;
- veroordeling van [eiseres in conv] in de proceskosten vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de veertiende dag na de datum van het in dezen te wijzen vonnis tot aan de dag der algehele voldoening;
- veroordeling van [eiseres in conv] aan [gedaagde sub 1 in conv] c.s. te betalen binnen twee weken na het in dezen te wijzen vonnis een bedrag aan nasalaris van € 131,00 ingeval van niet-betekening van het vonnis en eur 205,00 aan nasalaris ingeval van betekening van het vonnis te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de veertiende dag na de datum van het in dezen te wijzen vonnis tot aan de dag der algehele voldoening.
3.2. [eiseres in conv] voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. Het geschil in conventie in de zaak met zaaknummer 214479 /KG ZA 10-53
4.1. [eiseres in conv] vordert bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, na wijziging van eis:
- [eiseres in reconventie] c.s. te bevelen c.q. te gebieden binnen 48 uur na betekening van het in dezen te wijzen vonnis de hond Nancy af te geven aan [eiseres in conv] , zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van eur 500,-- per dag of gedeelte van een dag dat [gedaagde sub 1 in conv] c.s. verzuimen het vonnis na betekening daarvan, althans na verloop van genoemde termijn na te leven, zulks met een maximum van eur 10.000,--;
- [eiseres in conv] danwel een nader door [eiseres in conv] aan te wijzen gerechtsdeurwaarder te machtigen om – ingeval [eiseres in reconventie] niet binnen genoemde termijn aan de hiervoor bedoelde veroordeling voldoen – de afgifte zelf (dat wil zeggen door een gerechtsdeurwaarder) en op kosten van [eiseres in reconventie] te doen bewerkstelligen, desnoods met behulp van de sterke arm van justitie en politie.
- [eiseres in reconventie] te veroordelen in de kosten van deze procedure.
4.2. [eiseres in reconventie] voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
5. Het geschil in reconventie in de zaak met zaaknummer 214479 /KG ZA 10-53
5.1. [eiseres in reconventie] vordert voorwaardelijk, te weten bij gehele of gedeeltelijke toewijzing van de vordering in conventie, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
- veroordeling van [eiseres in conv] te betalen aan [eiseres in reconventie] , bij wijze van voorschot op de door haar geleden schade, een bedrag van eur 10,-- per dag met ingang van 11 april 2009, althans een in goede justitie te bepalen termijn, tot de datum van het in dezen te wijzen vonnis, te voldoen binnen één week na het in dezen te wijzen vonnis;
- veroordeling van [eiseres in conv] in de proceskosten vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de veertiende dag na de datum van het in dezen te wijzen vonnis tot aan de dag der algehele voldoening;
- veroordeling van [eiseres in conv] aan [eiseres in reconventie] te betalen binnen twee weken na het in dezen te wijzen vonnis een bedrag aan nasalaris van eur 131,00 ingeval van niet-betekening van het vonnis en eur 205,00 aan nasalaris ingeval van betekening van het vonnis te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de veertiende dag na de datum van het in dezen te wijzen vonnis tot aan de dag der algehele voldoening.
5.2. [eiseres in conv] voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
6. De beoordeling in conventie en in reconventie in beide zaken
6.1. Gezien de onderlinge samenhang van de vorderingen zal de voorzieningenrechter de vorderingen in beide zaken, zowel in conventie als in reconventie, gezamenlijk behandelen.
6.2. Op grond van de niet of onvoldoende weersproken stellingen van partijen en de overgelegde produkties wordt uitgegaan van de volgende feiten:
- [eiseres in conv] had in ieder geval tot omstreeks maart 2009 de eigendom en het bezit van een hond, een poedel genaamd ‘Nancy’.
- Begin maart 2009 is [eiseres in conv] na een lichte hersenbloeding opgenomen in het ziekenhuis. [eiseres in conv] heeft aan haar zoon, de heer [naam 1] , gevraagd om gedurende haar ziekenhuisopname voor haar hond te zorgen.
- Eind maart/begin april 20009 heeft de heer [naam 1] de hond na bemiddeling door dierenartspraktijk Steenbergen aan [gedaagde sub 1 in conv] c.s. afgestaan.
- De heer [naam 2] , dierenarts, heeft de hond op 7 april 2009, op verzoek van [gedaagde sub 1 in conv] c.s. tegen kostprijs gesteriliseerd. [gedaagde sub 1 in conv] c.s. hebben de kosten van de sterilisatie aan de heer [naam 3] betaald.
- [eiseres in conv] is uit het ziekenhuis ontslagen en zij wil graag weer zelf voor de hond zorgen en daartoe weer het bezit ervan krijgen.
- Tussen partijen [eiseres in conv] en [gedaagde sub 1 in conv] c.s. heeft reeds een kort geding-procedure plaatsgevonden. Bij vonnis van 11 december 2009 van de rechtbank te Breda met zaaknummer 210936 / KG ZA 09-652 (hierna te noemen: het vonnis) is [gedaagde sub 1 in conv] c.s. veroordeeld om binnen 48 uur na betekening van het vonnis de hond Nancy af te geven aan [eiseres in conv] met bepaling dat [gedaagde sub 1 in conv] c.s. voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij hiermee in strijd handelen een dwangsom verbeuren van € 100,-- per dag tot een maximum van eur 1.000,--.
- Op 16 december 2009 is het vonnis betekend aan [gedaagde sub 1 in conv] c.s..
- Tot op heden verblijft de hond Nancy bij [eiseres in reconventie] .
6.3. [eiseres in conv] legt – samengevat - aan haar vordering in conventie ten grondslag dat zij nog steeds de eigenaresse is van de hond. Voor eigendomsoverdracht van de hond is op grond van artikel 3:84 BW onder andere vereist dat deze wordt overgedragen door een beschikkingsbevoegde. Nu niet aan dit vereiste is voldaan – de zoon van [eiseres in conv] was niet beschikkingbevoegd - is de eigendom volgens [eiseres in conv] niet overgegaan op [gedaagde sub 1 in conv] c.s. of op [eiseres in reconventie] . [gedaagde sub 1 in conv] c.s. en [eiseres in reconventie] kunnen zich niet beroepen op artikel 3:86 BW aangezien [gedaagde sub 1 in conv] c.s. en [eiseres in reconventie] niets hebben betaald voor de hond, althans geen koopprijs hebben betaald, aldus [eiseres in conv] .
Nu [gedaagde sub 1 in conv] c.s. niet aan het eerdergenoemde vonnis hebben voldaan, het vonnis op 16 december 2009 is betekend en de dwangsommen zijn verbeurd, stelt [eiseres in conv] belang te hebben bij een nieuw vonnis tegen [gedaagde sub 1 in conv] c.s. waarin een hogere dwangsom is opgenomen.
6.4. [gedaagde sub 1 in conv] c.s. en [eiseres in reconventie] voeren als verweer in conventie dat de hond is gemaakt tot een res derelicta – de zoon [eiseres in conv] wilde de hond laten inslapen - en dat [gedaagde sub 1 in conv] c.s. de eigendom hebben verworven door zich over de hond te ontfermen. [gedaagde sub 1 in conv] c.s. stellen dat indien al aangenomen zou kunnen worden dat de hond geen res derelicta was, zij te goeder trouw waren ten aanzien van de beschikkingsbevoegdheid van de zoon van [eiseres in conv] . Nu voor de hond feitelijk geen koopprijs is betaald, leidt dit niet tot eigendom maar tot bezit te goeder trouw, aldus [gedaagde sub 1 in conv] c.s.. Ook als aangenomen moet worden dat [gedaagde sub 1 in conv] c.s. geen eigenaar waren maar slechts bezitter te goeder trouw, is [eiseres in reconventie] volgens [gedaagde sub 1 in conv] c.s. wel eigenaar geworden van de hond aangezien zij te goeder trouw was ten aanzien van de eventuele beschikkingsonbevoegdheid van [gedaagde sub 1 in conv] en daarvoor – mede gezien de familieverhoudingen - een redelijke prijs heeft betaald, namelijk een prijs gelijk aan de kosten van de sterilisatie.
6.5. [gedaagde sub 1 in conv] c.s. leggen aan hun vordering in reconventie ten grondslag dat gelet op het voorgaande [eiseres in reconventie] het bezit van de hond heeft en dat zij als eigenaar heeft te gelden. Nu de hond zich bevindt in het bezit van [eiseres in reconventie] , is volgens [gedaagde sub 1 in conv] c.s. niet in te zien dat zij gehouden kunnen zijn de hond aan [eiseres in conv] af te geven aangezien [eiseres in reconventie] weigert de hond aan hen af te geven. [gedaagde sub 1 in conv] c.s. beroepen zich op de onmogelijkheid om aan de veroordeling te voldoen en vorderen ex artikel 611d Rv opheffing althans opschorting van de dwangsom.
6.6. [eiseres in reconventie] legt aan haar voorwaardelijke vordering in reconventie ten grondslag dat indien geoordeeld wordt dat zij geen eigenaar is geworden van de hond en zij de hond weer ter beschikking van [naam 1] moet stellen, het in de rede ligt dat de aan de verzorging van de hond verbonden kosten, waaronder de medische kosten, bij wijze van voorschot op een schadevergoeding aan haar worden vergoed door [eiseres in conv] . [eiseres in reconventie] stelt ter toelichting dat zij zich over de hond heeft ontfermd en aldus aan [eiseres in conv] kosten bespaard, waardoor deze is verrijkt. Zij acht een bedrag van eur 10,-- per dag redelijk aangezien de kosten van plaatsing in een dierenpension eur 15,-- per dag bedragen.
6.7. [eiseres in conv] voert als verweer in reconventie dat ofwel [gedaagde sub 1 in conv] c.s ofwel [eiseres in reconventie] gehouden is de hond ter beschikking te stellen aan [eiseres in conv] . Ten aanzien van de kosten van verzorging van de hond stelt [eiseres in conv] dat deze veel te hoog zijn en dat de hond ook nimmer in een pension zou zijn ondergebracht maar van meet af aan bij [eiseres in conv] had behoren te verblijven. Van een ongerechtvaardigde verrijking aan haar zijde is volgens [eiseres in conv] dan ook geen sprake.
6.8. Dat de hond zou zijn geworden tot een ‘res derelicta’ zoals door [gedaagde sub 1 in conv] c.s. en [eiseres in reconventie] gesteld, is onvoldoende aannemelijk. [eiseres in conv] heeft het bezit van de hond immers niet prijsgegeven met het oogmerk om zich van de eigendom te ontdoen. Integendeel, zij heeft de hond aan haar zoon gegeven in de verwachting dat deze goed voor de hond zou zorgen zolang zij in het ziekenhuis verbleef.
6.9. De voorzieningenrechter is met [eiseres in conv] van oordeel dat haar zoon niet beschikkingsbevoegd was. [eiseres in conv] stelt dat haar zoon de hond ofwel aan [gedaagde sub 1 in conv] ofwel aan [eiseres in reconventie] heeft geleverd. [gedaagde sub 1 in conv] en [eiseres in reconventie] stellen dat de zoon de hond eerst aan [gedaagde sub 1 in conv] heeft geleverd en dat [gedaagde sub 1 in conv] vervolgens de hond aan [eiseres in reconventie] heeft geleverd. De vraag is of aan [gedaagde sub 1 in conv] dan wel aan [eiseres in reconventie] een beroep op derdenbescherming ingevolge artikel 3:86 BW toekomt.
6.10. Vaststaat dat [eiseres in reconventie] de hond in haar bezit heeft. Ter zitting heeft [eiseres in reconventie] dit bevestigd. [gedaagde sub 1 in conv] de hond in april 2009 – ter zitting heeft [gedaagde sub 1 in conv] aangegeven dat dit 7 april 2009 was- ontvangen van de dierenarts tegen vergoeding van de kosten voor de sterilisatie. [gedaagde sub 1 in conv] c.s. stellen dat zij de eigendom van de hond op 11 april 2009 ten titel van verkoop hebben overgedragen aan [eiseres in reconventie] . Ten aanzien van de beweerdelijke koop door [eiseres in reconventie] is reeds in het vonnis van 11 december 2009 overwogen dat geen sprake is van koop door [eiseres in reconventie] nu de vergoeding van de sterilisatiekosten niet als een ‘koopprijs’ wordt aangemerkt. Dit oordeel neemt de voorzieningenrechter hier over. Nu gesteld noch gebleken is dat [eiseres in reconventie] voor de hond – naast vergoeding van de sterilisatiekosten - voor de hond een bedrag aan koopprijs heeft betaald, komt haar geen recht op derdenbescherming toe. Daarbij maakt het geen verschil of [eiseres in reconventie] de hond van de zoon van [eiseres in conv] danwel van [gedaagde sub 1 in conv] c.s. geleverd heeft gekregen; immers in beide gevallen heeft een beschikkingsonbevoegde de hond geleverd om niet. [eiseres in conv] is derhalve nog steeds eigenaresse van de hond en eist de hond terecht op.
6.11. Het vorenstaande leidt tot de conclusie dat de vordering in conventie om [gedaagde sub 1 in conv] c.s. te bevelen de hond af te geven aan [eiseres in conv] , wordt afgewezen. [gedaagde sub 1 in conv] c.s. hebben de hond immers niet feitelijk in hun macht en kunnen er niet over beschikken. De vordering in conventie om [eiseres in reconventie] te bevelen dan wel te gebieden om de hond Nancy af te geven aan [eiseres in conv] , wordt toegewezen.
6.12. De gevorderde dwangsom zal worden beperkt en aan een maximum worden gebonden, een en ander als hierna vermeld. De termijn voor afgifte zal de voorzieningenrechter stellen op 72 uur na betekening van dit vonnis. De gevorderde machtiging van [eiseres in conv] de afgifte te bewerkstelligen door een deurwaarder met de sterke arm van politie en justitie zal de voorzieningenrechter afwijzen. Voorshands moet immers worden aangenomen dat [eiseres in reconventie] uitvoering zal geven aan het hierna te geven bevel.
6.13. De vordering in reconventie van [gedaagde sub 1 in conv] c.s. tot opheffing van de dwangsom wordt toegewezen. Voldoende is immers komen vast te staan dat - nadat het vonnis op 11 december 2009 is gewezen- [eiseres in reconventie] zich op het standpunt stelt dat zij eigenaresse is en dat zij weigert de hond af te geven aan [gedaagde sub 1 in conv] c.s.. Als gevolg daarvan verkeerden [gedaagde sub 1 in conv] c.s. in ieder geval vanaf de datum van het vonnis in de onmogelijkheid om aan de veroordeling van het vonnis te voldoen.
6.14. De vordering van [eiseres in reconventie] tot betaling van een voorschot op het bedrag van de volgens haar te vergoeden schade, moet worden afgewezen. Allereerst valt niet in te zien dat [eiseres in reconventie] – behoudens het hierna vermelde bedrag aan kosten sterilisatie – schade heeft geleden als gevolg van de gebruikelijke verzorging van de hond. De omstandigheid dat zij de hond wilde hebben, brengt immers mee dat zij de daarop vallende kosten van verzorging voor lief neemt en die kosten draagt. In dit verband heeft zij bij monde van haar advocaat zelf erop gewezen dat de kosten van verzorging voor een deel worden vergoed door de warmte en genegenheid die zij van de hond heeft ervaren.
Bovendien geldt dat, voor zover de betrokken kosten al als schade kunnen worden aangemerkt, niet duidelijk is op welke rechtsgrond [eiseres in conv] als eigenaar van de hond gehouden is tot vergoeding daarvan.
De door [eiseres in reconventie] aan [gedaagde sub 1 in conv] terugbetaalde kosten van de sterilisatie van de hond, dienen door [eiseres in conv] als eigenaar van de hond aan eerstgenoemde te worden vergoed. De betrokken ingreep moet immers worden beschouwd als te zijn verricht in het belang van de hond en strekken aldus ten voordele van de eigenaar ervan. Deze heeft de kosten van die ingreep bespaard en is in zoverre verrijkt door de betaling daarvan door – uiteindelijk – [eiseres in reconventie] . Nu partijen niet eenduidig en duidelijk zijn geweest ten aanzien van de kostprijs van de sterilisatie, stelt de voorzieningenrechter deze in redelijkheid op een bedrag van eur 175,00.
Ten aanzien van de proceskosten en de nakosten
in de zaak met zaaknummer 213824 / KG ZA 10-23
6.15. [eiseres in conv] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten in conventie worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [gedaagde sub 1 in conv] c.s. worden begroot op:
- vast recht EUR 263,00
- overige kosten 0,00
- salaris advocaat 816,00
Totaal EUR 1.079,00
Deze kosten worden vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de veertiende dag na de datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling.
6.16. [eiseres in conv] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten in reconventie worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [gedaagde sub 1 in conv] c.s. worden begroot op nihil, aangezien de reconventie nauw samenhangt met de conventie en daarvoor in redelijkheid niet afzonderlijk kosten hoefden te worden gemaakt.
6.17. De gevorderde nakosten worden afgewezen, omdat de wet hiervoor een bijzondere rechtsgang voorschrijft.
Ten aanzien van de proceskosten en de nakosten
in de zaak met zaaknummer 214479 / KG ZA 10-53
6.18. [eiseres in reconventie] zal als de in het ongelijk gestelde partij in conventie in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiseres in conv] worden begroot op:
- dagvaarding EUR 0,00
- betaald vast recht 65,75
- in debet gesteld vast recht 197,25
- overige kosten 0,00
- salaris advocaat 816,00
Totaal EUR 1.079,00
6.19. Aangezien in reconventie elk van partijen als op enig punt in het ongelijk gesteld is te beschouwen - gezien de hoogte van het gevorderde bedrag en het uiteindelijk toegewezen bedrag -zullen de proceskosten in reconventie worden gecompenseerd op de hierna te vermelden wijze.
6.20. De gevorderde nakosten worden afgewezen, omdat de wet hiervoor een bijzondere rechtsgang voorschrijft.
7. De beslissing
De voorzieningenrechter
in de zaak met zaaknummer 213824 / KG ZA 10-23
in conventie
7.1. wijst de vordering af,
7.2. veroordeelt [eiseres in conv] in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde sub 1 in conv] c.s. tot op heden begroot op EUR 1.079,00 te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de veertiende dag na de datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
7.3. verklaart dit vonnis in conventie ten aanzien van de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad,
in reconventie
7.4. heft op de dwangsom opgelegd door de voorzieningenrechter te Breda bij vonnis van 11 december 2009 met zaaknummer 210936 / KG ZA 09-652 ten laste van [gedaagde sub 1 in conv] c.s.,
7.5. veroordeelt [eiseres in conv] in de proceskosten, tot op heden aan de zijde van [gedaagde sub 1 in conv] c.s. begroot op nihil,
7.6. verklaart dit vonnis in reconventie tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
7.7. wijst het meer of anders gevorderde af,
in de zaak met zaaknummer 214479 / KG ZA 10-53
in conventie
7.8. beveelt [eiseres in reconventie] binnen 72 uur na betekening van dit vonnis de hond Nancy af te geven aan [eiseres in conv] ,
7.9. bepaalt dat [eiseres in reconventie] voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij in strijd handelt met het onder 7.8 bepaalde, aan [eiseres in conv] een dwangsom verbeurt van EUR 100,00 per dag, tot een maximum van EUR 5.000,00,
7.10. veroordeelt [eiseres in reconventie] in de proceskosten, en bepaalt, nu [eiseres in conv] met een toevoeging procedeert, dat die kostenbetaling dient te geschieden door voldoening
A. aan de griffier van deze rechtbank door middel van overschrijving op rekeningnummer 569990564 ten name van MvJ 535 te Breda, onder vermelding van "proceskostenveroordeling" en het zaak- en rolnummer, wegens:
het in debet gesteld vastrecht € 197,25
salaris advocaat € 816,00
met welke bedragen de griffier zal dienen te handelen overeenkomstig het bepaalde bij art. 243 Rv;
B. aan de eisende partij het voor haar rekening gekomen
vastrecht ad € 65,75
7.11. verklaart dit vonnis in conventie tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
7.12. wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
7.13. veroordeelt [eiseres in conv] tot betaling van een bedrag van EUR 175,00 aan [eiseres in reconventie] ,
7.14. verklaart dit vonnis in reconventie tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
7.15. compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
7.16. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Van Hooff en bij vervroeging in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier mr. Nijhof op 10 februari 2010. [.]