ECLI:NL:RBBRE:2010:BN5051
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.A.C. Vermunt
- J.J. Minnaar
- Rechtspraak.nl
Opheffing van de vereffening van een nalatenschap wegens geringe waarde van de baten
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Breda op 25 augustus 2010 uitspraak gedaan in een verzoek tot opheffing van de vereffening van de nalatenschap van Johannes Drop, die op 12 januari 2008 is overleden. De verzoeker, mr. M.A.C. Vermunt, trad op als gevolmachtigde van de erfgenaam en verzoekt op grond van artikel 4:209 van het Burgerlijk Wetboek (BW) de opheffing van de vereffening. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de waarde van de baten van de nalatenschap zo gering is dat, gelet op de schulden, er aanleiding is om de opheffing te bevelen. De procesgang omvatte een verzoekschrift dat op 14 juli 2010 is ingediend, met een aanvulling op 16 juli 2010.
De kantonrechter oordeelt dat de kosten van publicatie van de opheffing niet noodzakelijk zijn, gezien de geringe baten en de mogelijkheid om belanghebbenden via internet te informeren. Hierdoor wordt verzoeker ontheven van de wettelijke publicatieplicht. De griffier zal zorgdragen voor de inschrijving van de opheffing in het boedelregister. De kantonrechter heeft de vereffeningskosten vastgesteld op € 9.350,25, welke kosten ten laste van de boedel komen. De beschikking is bekendgemaakt door plaatsing op rechtspraak.nl/uitspraken.
Tegen deze beschikking kan binnen drie maanden hoger beroep worden ingesteld door de verzoeker en andere belanghebbenden, waarbij het beroepschrift via een advocaat bij het gerechtshof te 's Hertogenbosch moet worden ingediend. De beslissing van de kantonrechter is als volgt: de opheffing van de vereffening van de nalatenschap wordt bevolen, de vereffeningskosten worden vastgesteld, en de beschikking wordt bekendgemaakt op de website van de rechtspraak.