ECLI:NL:RBBRE:2011:BO9572
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Kok
- M. Dekker
- M. Koch
- Rechtspraak.nl
Veroordeling tot gevangenisstraf wegens uitvoer van heroïne en cocaïne met inzet van Franse verbalisant in Joint Hit Team
Op 3 januari 2011 heeft de Rechtbank Breda uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van de uitvoer van harddrugs, specifiek 3512 gram heroïne en 97 gram cocaïne, naar Frankrijk. De zaak kwam aan het licht toen verbalisanten van het Joint Hit Team op 11 september 2010 een Nederlandse auto volgden, die werd bestuurd door de verdachte, en een auto met Frans kenteken. De verdachte werd gezien terwijl hij met een goudkleurige tas naar de auto met het Franse kenteken liep, wat leidde tot een observatie en uiteindelijk een aanhouding. Tijdens de aanhouding werd in de speciaal geprepareerde benzinetank van de auto vermoedelijke heroïne en cocaïne aangetroffen. De verdachte en zijn medeverdachte gaven aan op weg te zijn naar Frankrijk en dat zij wisten dat zij drugs vervoerden.
De verdediging voerde aan dat de inzet van een Franse verbalisant in het Joint Hit Team onrechtmatig was en dat dit leidde tot niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie. De rechtbank verwierp dit verweer, oordelend dat de Franse verbalisant geen dwangmiddelen had toegepast en dat de verdachte niet in zijn belangen was geschaad. De rechtbank achtte het wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte opzettelijk handelde in strijd met de Opiumwet.
Bij de strafoplegging hield de rechtbank rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, maar oordeelde dat de ernst van het feit een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 12 maanden rechtvaardigde. De rechtbank concludeerde dat de verdachte als een 'pakezel' kon worden beschouwd, omdat hij een beperkte rol had gespeeld in de drugshandel. De rechtbank sprak de verdachte vrij van andere tenlastegelegde feiten, maar legde hem wel een gevangenisstraf op voor het bewezen verklaarde feit.