zaaknummer / rolnummer: 240459 / KG ZA 11-535
Vonnis in kort geding van 25 oktober 2011
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
INTERCOMBI BV,
gevestigd te Kaatsheuvel, gemeente Loon op Zand,
eiseres,
advocaat mr. J.C.Th. Papeveld te [woonplaats],
[gedaagde],
wonende te [woonplaats],
gedaagde,
advocaat mr. M.P.M. Meuwese te Waalwijk.
Partijen zullen hierna Intercombi en [gedaagde] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van Intercombi
- de pleitnota van [gedaagde].
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2.1. Intercombi vordert dat de voorzieningenrechter binnen 24 uur na betekening van dit vonnis [gedaagde] beveelt om:
PRIMAIR
1. ieder gebruik van de statutaire en handelsna(a)m(en) van Intercombi, althans enige andere lettercombinatie die refereert aan die na(a)m(en) te staken en gestaakt te houden;
2. ieder gebruik en openbaarmaking, waaronder overdracht, van de domeinnaam intercombikaatsheuvel.nl te staken en gestaakt te houden door de website die aan de domeinnaam intercombikaatsheuvel.nl is gekoppeld te verwijderen of ontoegankelijk te maken;
3. alle medewerking te verlenen aan de overdracht van de domeinnaam intercombikaatsheuvel.nl aan Intercombi;
4. de (internet)-zoekmachines Google, Yahoo, Alta Vista en Lycos op een bewijsbare wijze in de Engelse taal aan te schrijven met het verzoek hun cache/geheugen ten aanzien van de domeinnaam intercombikaatsheuvel.nl en de op die domeinnaam gehoste website te legen op een dusdanige wijze dat gebruikers van die zoekmachines niet meer op -delen van- de domeinnaam www.intercombikaatsheuvel.nl en de daaraan gekoppelde website terecht komen of dit als zoekresultaat vinden en afschriften van deze correspondentie aan de zoekmachines binnen 7 dagen na betekening van dit vonnis aan de advocaat van Intercombi te verstrekken;
5. aan Intercombi te voldoen een direct opeisbare dwangsom van EURO 5.000,00 voor iedere overtreding van hetgeen waartoe [gedaagde] onder 1 tot en met 4 is veroordeeld, te vermeerderen met een dwangsom van EURO 5.000,00 per dag of gedeelte van een dag dat de verboden gedraging voortduurt met een maximum van EURO 100.000,-- , met dien verstande dat indien [gedaagde] het maximale bedrag aan dwangsommen heeft verbeurd en niet heeft voldaan aan de hierboven 1 tot en met 4 genoemde bevelen, het vonnis alsdan in de plaats treedt van en dezelfde kracht heeft als een wettelijk opgemaakte akte waarin [gedaagde] de domeinnaam overdraagt aan Intercombi;
6. aan Intercombi te betalen een voorschot op de door Intercombi geleden schade te betalen ad EURO 10.000,00.
SUBSIDIAIR
enig andere voorziening te treffen die de voorzieningenrechter in goede justitie behaagt te treffen;
ZOWEL PRIMAIR EN SUBSIDIAIR
[gedaagde] te veroordelen in de kosten van dit geding verschenen aan de zijde van Intercombi en deze op grond van artikel 1019h Rv te begroten, althans deze proceskosten te begroten op een andere door de voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen wijze.
2.2. [gedaagde] voert verweer.
2.3. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
3.1. Op grond van de niet of onvoldoende weersproken stellingen en de overgelegde producties wordt uitgegaan van de navolgende feiten:
a. Intercombi is blijkens inschrijving bij de Kamer van Koophandel op 30 mei 2002 opgericht, heeft als handelsnamen ingeschreven: Intercombi BV, Intercombi Vloeren, Intercombi Kaatsheuvel Vloeren, Intercombi Brabant, Intercombi Brabant Vloeren en Intercombi Kaatsheuvel, en is actief als groothandel in fournituren en gereedschappen voor meubel- en meubelmakerijen en groothandel in parketvloeren.
b. Enig bestuurder van Intercombi is Djes BV, waarvan enig bestuurder en aandeelhouder de heer [bestuurder], hierna [bestuurder], is.
c. [bestuurder] was tevens middellijk bestuurder van de besloten vennootschap ’t Vloerenhuys BV, welke vennootschap bij vonnis van deze rechtbank van 23 maart 2010 in staat van faillissement is verklaard.
d. In opdracht van [gedaagde] heeft ’t Vloerenhuys in 2009 een houten vloer voorzien van een grijs getinte laag. [gedaagde] was niet tevreden over het resultaat.
e. [gedaagde] heeft op 8 juni 2010 de domeinnaam www.intercombikaatsheuvel.nl op zijn naam geregistreerd, waaraan een website is gekoppeld. Sinds enige tijd is de beginpagina van deze website op zwart gezet. Via Google kan toegang worden verkregen tot de navolgende deelpagina’s van de website: “Waarschuwing, lees dit goed”, “Mijn (persoonlijke) verhaal”, “Andere gevallen”, “Kunt u ons helpen?” en “Foto’s”. Afdrukken van genoemde pagina’s zijn als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De strekking hiervan is dat de mensen achter ’t Vloerenhuys en thans eiseres structureel beneden de standaard kwaliteit werk(t)en en dat publiek hiervoor gewaarschuwd moet worden.
4. De beoordeling
4.1. Intercombi grondt haar vorderingen op de stelling dat zij door het handelen van [gedaagde] ernstige hinder ervaart omdat haar reputatie op het spel staat nu zij rechtstreeks in haar zakelijke belangen getroffen wordt doordat leveranciers en klanten afhaken. Intercombi stelt dat zij, zonder resultaat, [gedaagde] meerdere malen heeft gesommeerd om de exploitatie van de website te staken en gestaakt te houden en de website aan Intercombi over te dragen.
4.2. [gedaagde] stelt zich op het standpunt dat hij recht heeft op vrijheid van meningsuiting en dat hij niet onrechtmatig jegens Intercombi handelt. Hij voert hiertoe aan dat het voor consumenten niet verboden is om zich, op internet of daarbuiten, uit te laten over bedrijven en stelt dat er legio sites zijn waarop consumenten hun mening over bedrijven kunnen uiten.
4.3. Als uitgangspunt geldt dat een ieder op grond van artikel 10 van het EVRM recht heeft op vrijheid van meningsui¬ting. Ingevolge het tweede lid vindt dit recht zijn beperking onder meer indien door de uitoefening daarvan de goede naam of de rechten van anderen worden geschaad. In het onderhavige geval moet het grondrecht van de vrijheid van meningsuiting, waarop [gedaagde] zich beroept, worden afgewogen tegen het aan Intercombi toekomend recht om in het kader van de maatschappelijke zorgvuldigheidseisen gevrijwaard te blijven van een aantasting van haar eer en goede naam.
4.4. De belangen van [gedaagde] zijn terug te voeren op de klacht over zijn door ’t Vloerenhuys behandelde vloer. Ter zitting heeft [gedaagde] medegedeeld dat een algehele oplossing voor zijn vloer zou bestaan uit het schuren van de vloer van zijn huiskamer en keuken als geheel, en het opnieuw lakken daarvan, waarvan de kosten [EURO] 1.800,00 bedragen. Of [gedaagde] ter zake een aanspraak op vergoeding zou hebben gehad op ‘t Vloerenhuys is niet in te schatten. [gedaagde] heeft niet gesteld dat hij een vordering heeft ingediend in het faillissement van ‘t Vloerenhuys. Of de vordering van [gedaagde] door de curator op de lijst van erkende crediteuren is geplaatst wordt evenmin gesteld. Duidelijk is, uit de eigen stellingname van [gedaagde], dat ‘t Vloerenhuys de aanspraak betwistte.
4.5. Een redelijke grond om enig algemeen belang aan dit conflict te hechten is niet aannemelijk: Het faillissement van ’t Vloerenhuys loopt nog en [gedaagde] weet niet of de curator enige actie op grond van bestuurdersaansprakelijkheid voorneemt of heeft ingesteld. Kennelijk heeft [gedaagde] geen kennis genomen van de openbare verslagen van de curator waarin daarover informatie standaard is opgenomen. Dat zou toch het eerste aanknopingspunt moeten zijn geweest. Dat er, zoals [gedaagde] stelt meerdere crediteuren onvoldaan en teleurgesteld zijn is eigen aan een faillissement. Naar eigen stelling van [gedaagde] heeft de website na anderhalf jaar slechts twee andere klachten over vloeren opgeleverd, waarvan één klacht bij rechterlijke uitspraak terecht is bevonden. Klachten over drie vloeren rechtvaardigen niet de conclusie dat de bestuurder, dan wel “mensen achter” ‘t Vloerenhuys structureel beneden de standaardkwaliteit werkten en dat met een beroep op het algemeen belang een waarschuwing aan het brede internetpubliek op zijn plaats is voor het bedrijf waarin zij hun werk hebben voortgezet. Bij elke bedrijfsuitoefening gaan er zaken mis en kan er zakelijk meningsverschil ontstaan.
4.6. Terecht stelt Intercombi dat de site van [gedaagde] niet te vergelijken is met een internetforum voor ontevreden klanten. Op een internetforum zakt een posting al snel naar beneden, en verliest deze de aandacht, terwijl de site van [gedaagde] een permanent karakter draagt. Onweersproken is gesteld dat de website www.intercomibkaatsheuvel.nl prominent opduikt als men googelt op de naam van eiseres.
4.7. Gelet op de inhoud van de site en het ontbreken van enig algemeen belang was en is de site www.intercombikaatsheuvel.nl evident gericht op het stelselmatig in een kwaad daglicht stellen van Intercombi en de mensen achter Intercombi, terwijl een deugdelijke grondslag daarvoor ontbreekt. Voldoende aannemelijk is dat Intercombi hierdoor wordt geschaad in haar belang. De conclusie luidt dat de site onrechtmatig handelen van [gedaagde] oplevert en het beroep door [gedaagde] op vrijheid van meningsuiting faalt.
4.8. Een verbod om de website www.intercombikaatsheuvel.nl te gebruiken voor deze en soortgelijke uitingen is op zijn plaats en dus toewijsbaar. De vordering tot overdracht van de website is reeds uit hoofde van passende schadevergoeding in natura op zijn plaats en zal eveneens worden toegewezen. Andere grondslagen daarvoor behoeven geen bespreking.
De vordering sub 4 is toewijsbaar als passend ter voorkoming van verdere schade.
De gevorderde dwangsom zal worden toegewezen en worden gemaximeerd tot een bedrag van EURO 25.000,00. De schadevergoeding, waarop een voorschot wordt gevorderd, is onvoldoende duidelijk om in kort geding te kunnen worden toegewezen.
5. De kostenveroordeling
[gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld.
Nu de vorderingen worden toegewezen op de grondslag van onrechtmatige daad algemeen en rechten van intellectuele eigendom geen onderwerp van debat zijn geweest is er geen plaats voor een kostenveroordeling conform artikel 1019h Rv.
De kosten aan de zijde van Intercombi worden begroot op:
- dagvaarding EUR 76,31
- griffierecht 560,00
- salaris advocaat 816,00
Totaal EUR 1.452,31
6. De beslissing
De voorzieningenrechter
6.1. veroordeelt [gedaagde] ieder onrechtmatig gebruik van de statutaire en handelsna(a)m(en) van Intercombi, althans enige andere lettercombinatie die refereert aan die na(a)m(en) te staken en gestaakt te houden;
6.2. veroordeelt [gedaagde] om alle medewerking te verlenen aan de overdracht van de domeinnaam www.intercombikaatsheuvel.nl aan Intercombi;
6.3. veroordeelt [gedaagde] de (internet)-zoekmachines Google, Yahoo, Alta Vista en Lycos op een bewijsbare wijze in de Engelse taal aan te schrijven met het verzoek hun cache/geheugen ten aanzien van de domeinnaam www.intercombikaatsheuvel.nl en de op die domeinnaam gehoste website te legen op een dusdanige wijze dat gebruikers van die zoekmachines niet meer op -delen van- de domeinnaam www.intercombikaatsheuvel.nl en de daaraan thans gekoppelde website terecht komen of dit als zoekresultaat vinden en afschriften van deze correspondentie aan de zoekmachines binnen 7 dagen na betekening van dit vonnis aan de advocaat van Intercombi te verstrekken;
6.4. veroordeelt [gedaagde] om aan Intercombi een dwangsom te betalen van EURO 5.000,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat hij niet aan een van de in 6.1 tot en met 6.3 uitgesproken veroordelingen voldoet, tot een maximum van EURO 25.000,00 is bereikt,
6.5. veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van Intercombi tot op heden begroot op EURO 1.452,31,
6.6. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
6.7. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Leijten en bij vervroeging in het openbaar uitgesproken op 25 oktober 2011 in aanwezigheid van de griffier mr. van de Kreeke-Schütz..