ECLI:NL:RBBRE:2012:BY1467
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. de Weert
- A. Kok
- J. van Gessel
- Rechtspraak.nl
Omzetting van voorwaardelijke TBS naar TBS met dwangverpleging
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 18 oktober 2012 uitspraak gedaan over de vordering van de officier van justitie tot omzetting van de voorwaardelijke terbeschikkingstelling (TBS) van de TBS gestelde naar een TBS met dwangverpleging. De rechtbank oordeelt dat, gezien de recente gebeurtenissen en de adviezen van de reclassering, de veiligheid van de maatschappij in het geding is. De rechtbank baseert haar beslissing op het arrest van het gerechtshof te Arnhem van 1 oktober 2012, waarin wordt gesteld dat de rechtbank zich moet uitlaten over de vraag of er sprake is van een gemaximeerde TBS. De rechtbank heeft vastgesteld dat de TBS gestelde zich niet aan de voorwaarden heeft gehouden die aan zijn voorwaardelijke TBS waren verbonden, waaronder het meewerken aan urinecontroles en het zich houden aan de aanwijzingen van de reclassering. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met het advies van Novadic-Kentron, dat aangeeft dat de verslavingsproblematiek van de TBS gestelde ernstiger is dan aanvankelijk gedacht en dat verdere behandeling noodzakelijk is. De rechtbank concludeert dat de TBS gestelde een gevaar vormt voor de samenleving en dat de omzetting naar TBS met dwangverpleging gerechtvaardigd is. De beslissing is genomen in aanwezigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.