ECLI:NL:RBBRE:2012:BY2553
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- D. Hund
- Rechtspraak.nl
Waardering onroerende zaak en taxatierapporten in WOZ-zaak
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Breda, stond de waardering van een onroerende zaak centraal. De belanghebbende, eigenaar van een vrijstaande woning te [plaats x], had bezwaar aangetekend tegen de beschikking van de heffingsambtenaar, die de waarde van de woning op 1 januari 2010 had vastgesteld op € 922.000 voor het kalenderjaar 2011. De belanghebbende stelde dat de woning een waarde had van € 825.000, onderbouwd door twee taxatierapporten van taxateur [taxateur]. De heffingsambtenaar had echter een taxatierapport overgelegd waarin de woning op € 930.000 werd gewaardeerd, gebaseerd op vergelijkingsobjecten en verkoopprijzen van vergelijkbare woningen.
Tijdens de zitting op 19 april 2012 in Tilburg, werd de belanghebbende bijgestaan door zijn gemachtigde en taxateur. De rechtbank oordeelde dat de taxatierapporten van de belanghebbende niet bruikbaar waren, omdat essentiële gegevens over de referentieobjecten ontbraken, zoals ligging, inhoud en perceelsoppervlakte. De rechtbank concludeerde dat de heffingsambtenaar voldoende aannemelijk had gemaakt dat de waarde van de woning op de waardepeildatum € 922.000 was. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak werd gedaan op 3 mei 2012 door mr. D. Hund en op dezelfde dag openbaar uitgesproken in aanwezigheid van mr. B.W. van Eeken-Liu, griffier. De partijen werden geïnformeerd dat zij binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep konden instellen bij het gerechtshof te ‘s-Hertogenbosch.