Artikel 14 lid 9 van de statuten van IKB bepaalt onder meer het volgende:
“Rechtshandelingen van de vennootschap jegens de houder van alle aandelen in haar kapitaal (…), waarbij de vennootschap wordt vertegenwoordigd door deze aandeelhouder of door een van de deelgenoten, worden schriftelijk vastgelegd. (…) Het vorenstaande is niet van toepassing op rechtshandelingen die onder de bedongen voorwaarden tot de gewone bedrijfsuitoefening van de vennootschap behoren.”
3. Het geschil
in conventie
3.1.
De curator vordert dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I voor recht verklaart dat het in de dagvaarding als overnametransactie omschreven geheel van rechtshandelingen en betalingen en alle onderdelen daarvan, in het kader waarvan IKB het project van [A] heeft overgenomen, nietig is en de curator terecht daarvan buitengerechtelijke de vernietiging heeft ingeroepen;
II in het bijzonder te vernietigen de overeenkomsten en uitvoeringshandelingen daarvan, in het kader waarvan [A] de bouwkosten van de woning aan de [adres 3] geheel ten laste van IKB heeft gebracht, zodat [A] terzake jegens de curator schadeplichtig is, het door [A] te betalen schadebedrag nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, dat schadebedrag te vermeerderen met de wettelijke rente daarover, te berekenen vanaf 20 januari 2012, tot de dag van algehele voldoening;
III voor recht verklaart dat [A] , als bestuurder van IKB, de taak van hem niet naar behoren heeft vervuld en daarom jegens de curator ten behoeve van IKB aansprakelijk is voor de financiële gevolgen voor IKB terzake die tekortkoming, het door IKB van [A] te vorderen schadebedrag nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, dat schadebedrag te vermeerderen met de wettelijke rente daarover, te berekenen vanaf 20 januari 2012, tot de dag van algehele voldoening;
IV voor recht verklaart dat [A] aan de curator verschuldigd is een bedrag gelijk aan de som van de faillissementskosten en overige boedelschulden en het bedrag van de schulden van IKB, voor zover die kosten en schulden niet door vereffening van de overige baten kunnen worden voldaan, het totale bedrag nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
V [A] veroordeelt om binnen 14 dagen na betekening van het vonnis aan de curator te betalen een voorschot van € 95.000,- op het uiteindelijk door [A] aan de curator verschuldigde bedrag, dat bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente daarover, te berekenen vanaf 20 januari 2012, tot de dag van algehele voldoening;
VI [A] veroordeelt in de kosten van de procedure, de beslagkosten daaronder begrepen, en de nakosten.