[bewindvoerder] vordert samengevat – dat de rechtbank:
Primair:
I. voor recht verklaart dat De Goudse niet eenzijdig tot verlaging van de verzekerde som van de arbeidsongeschiktheidsverzekering mocht over gaan;
II. De Goudse veroordeelt om binnen 1 week na betekening van het vonnis de eenzijdige verlaging van de verzekerde som van de arbeidsongeschiktheidsverzekering ongedaan te maken en om deze met terugwerkende kracht te herstellen op € 40.000,00 per jaar en hiervan aan [X] een polisblad af te geven, zulks op straffe van een dwangsom;
III. De Goudse veroordeelt om aan [X] te betalen een bedrag van € 19.373,00, zijnde de achterstallige uitkering over de periode van 8 oktober 2011 tot 8 oktober 2012, vermeerderd met wettelijke rente;
IV. De Goudse veroordeelt om vanaf 8 oktober 2012 aan [X] te betalen een uitkering van 100% van de verzekerde som van € 40.000,00, vermeerderd met wettelijke rente;
Subsidiair:
I. De Goudse veroordeelt om binnen 1 week na betekening van het vonnis de eenzijdig verlaging van de verzekerde som van de arbeidsongeschiktheidsverzekering ongedaan te maken en om de verzekerde som met terugwerkende kracht te stellen op € 38.527,00, althans € 33.427,00, per jaar en hiervan aan [X] een polisblad af te geven, zulks op straffe van een dwangsom;
II. De Goudse veroordeelt om aan [X] te betalen een bedrag van € 10.195,00, althans € 6.115,00, wegens achterstallige uitkering over de periode van 8 oktober 2011 tot 8 oktober 2012, vermeerderd met wettelijke rente;
III. De Goudse veroordeelt om vanaf 8 oktober 2012 aan [X] te betalen een uitkering van 100%, althans 80%, van de verzekerde som van € 40.000,00, althans € 38.527,00, althans € 32.607,00, vermeerderd met wettelijke rente;
IV. Het beding uit art. 20.2. polisvoorwaarden, luidende
“Indien De Goudse van dit recht gebruik maakt, bestaat geen recht op restitutie van de premie over de achteraf te hoog verzekerde jaarrente”, vernietigt en voor recht verklaart dat [X] vanaf 11 december 2006, althans 8 oktober 2010, recht heeft premierestitutie over de door hem onverschuldigd betaalde premies;
V. De Goudse veroordeelt om aan [X] terug te betalen de sedert 11 december 2006, althans 8 oktober 2010, door hem onverschuldigd betaalde premies, telkens vermeerderd met wettelijke rente;
VI. De Goudse te veroordelen om binnen 14 dagen na betekening van het vonnis aan [X] te geven een deugdelijke en onderbouwde specificatie van de berekening van de onverschuldigd betaalde premies, zulks op straffe van een dwangsom;
Zowel primair als subsidiair:
I. voor recht verklaart dat [X] met ingang van 8 oktober 2011 recht heeft op volledige premievrijstelling;
II. De Goudse veroordeelt om rechtstreeks aan de bewindvoerder de buitengerechtelijke kosten, vermeerderd met wettelijke rente, te betalen;
III. De Goudse veroordeelt in de proceskosten.