Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 5 juni 2013 in de zaak tussen
en de minister van Buitenlandse zaken, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
De rechtbank overweegt dat in het Byankov-arrest een uitzondering is gemaakt op het hierboven reeds genoemde, ook in het gemeenschapsrecht geldende, uitgangspunt dat een bestuursorgaan in beginsel niet hoeft terug te komen op een -met het Unierecht strijdig- besluit dat definitief is geworden doordat het niet tijdig in rechte is aangevochten. In de zaak Byankov was daarbij van belang dat het ging om een aan Byankov opgelegd uitreisverbod dat absoluut en voor onbeperkte duur gold en dat derhalve voor onbeperkte duur rechtsgevolgen sorteerde ten aanzien van Byankov. De rechtbank is van oordeel dat het niet restitueren van een betaald bedrag aan leges niet kan worden aangemerkt als een duurbesluit vergelijkbaar met een duurbesluit waarop de zaak Byankov betrekking had. Niet kan worden gezegd dat dit besluit om de leges niet te restitueren voor onbeperkte duur geldt en onbeperkt rechtsgevolgen blijft sorteren. Gelet hierop is er geen aanleiding tot analoge toepassing van het Byankov-arrest op de onderhavige zaak.
Beslissing
- verklaart het beroep
- vernietigt het bestreden besluit voor zover dit betrekking heeft op het verzoek om restitutie van teveel betaalde leges met betrekking tot de mvv-aanvraag;
- bepaalt dat verweerder een nieuw besluit neemt voor zover dit betrekking heeft op het verzoek om restitutie van teveel betaalde leges met betrekking tot de mvv-aanvraag met inachtneming van deze uitspraak;
- verklaart het beroep
- veroordeelt verweerder in de proceskosten tot een bedrag van € 1.416,00 te betalen aan eiser;
- bepaalt dat verweerder het betaalde griffierecht van € 156,00 aan eiser vergoedt.