ECLI:NL:RBDHA:2013:9448
Rechtbank Den Haag
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Opheffing van beslag in kort geding met betrekking tot huurachterstand en informatieplicht
In deze zaak, die op 17 juli 2013 door de Rechtbank Den Haag is behandeld, vorderde eiser, eigenaar van twee bedrijfscomplexen, de opheffing van beslag dat door gedaagde Opmeer was gelegd. Gedaagde had op 12 juni 2013 een verzoek tot conservatoir beslag ingediend, omdat zij meende dat zij teveel huur had betaald aan eiser. Eiser stelde echter dat gedaagde in haar beslagrekest niet had gemeld dat er een lopende kort gedingprocedure was bij de voorzieningenrechter te Leeuwarden, waarin de huurachterstand ter discussie stond. De voorzieningenrechter oordeelde dat gedaagde Opmeer haar informatieplicht had geschonden door deze relevante procedure niet te vermelden. Dit had invloed op de beoordeling van het beslagverzoek, aangezien de uitkomst van de procedure in Leeuwarden van belang had kunnen zijn voor de beslissing over het beslag. De voorzieningenrechter concludeerde dat de beslagen niet gerechtvaardigd konden worden geacht en heeft de vordering van eiser tot opheffing van de beslagen toegewezen. Gedaagde werd bovendien veroordeeld in de proceskosten van eiser, die in totaal € 1.182,82 bedroegen. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.