ECLI:NL:RBDHA:2013:CA1199
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot uithuisplaatsing in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag op 9 april 2013 een beschikking gegeven met betrekking tot de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg. De minderjarige, geboren in 1997, vertoont ernstig zelfbepalend gedrag en heeft intensieve behandeling nodig om zijn problematiek aan te pakken. De kinderrechter heeft eerder al verschillende beschikkingen gegeven, waaronder een verlenging van de ondertoezichtstelling en een machtiging tot gesloten jeugdzorg. De minderjarige is sinds januari 2013 gesloten geplaatst, maar zijn gedrag blijft problematisch, wat leidt tot de noodzaak van een nieuwe machtiging.
Tijdens de zitting op 9 april 2013 zijn verschillende partijen gehoord, waaronder een vertegenwoordiger van Bureau Jeugdzorg en de vader van de minderjarige. Bureau Jeugdzorg heeft aangegeven dat de minderjarige in een gesloten setting moet blijven om te voorkomen dat hij zich aan de noodzakelijke zorg onttrekt. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen heeft die zijn ontwikkeling belemmeren. Ondanks de bezwaren van de minderjarige en zijn advocaat, die pleitten voor een kortere machtiging, heeft de kinderrechter besloten de machtiging voor de duur van de ondertoezichtstelling te verlenen, tot 28 maart 2014.
De kinderrechter heeft daarbij benadrukt dat de minderjarige een gestructureerde opvoedingssituatie nodig heeft en dat zijn gedrag niet snel zal veranderen zonder intensieve behandeling. De kinderrechter heeft ook opgemerkt dat de gedragswetenschapper, die de minderjarige eerder heeft onderzocht, instemt met de gesloten plaatsing. De beslissing is genomen in het belang van de minderjarige, om hem de kans te geven de noodzakelijke behandeling te ontvangen en zijn gedrag blijvend te veranderen.