Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[naam],
[naam],
de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,
Procesverloop
Bij besluit van 5 april 2013 (het bestreden besluit) heeft verweerder de gemaakte bezwaren wederom ongegrond verklaard. Het tegen dit besluit door de vreemdeling bij de rechtbank ingestelde beroep heeft deze rechtbank en zittingsplaats doorgezonden naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling). Bij uitspraak van 10 december 2013 (20130170/1/V1) heeft de Afdeling het hoger beroep tegen de uitspraak van 25 januari 2013 ongegrond verklaard en het beroep tegen het door verweerder genomen besluit van 5 april 2013 verwezen naar deze rechtbank en zittingsplaats. Dit beroep ligt thans bij de rechtbank voor.
Overwegingen
20 april 2011 heeft de dochter van eiseres een aanvraag tot verlenging van de aan haar verleende verblijfsvergunning ingediend. Bij voornemen van 4 augustus 2011 heeft verweerder het voornemen tot intrekking van de verblijfsvergunningen van eiseres en haar dochter kenbaar gemaakt.
fair balancete worden gevonden tussen enerzijds het belang van de vreemdeling bij de uitoefening van zijn privé- en gezinsleven in Nederland en anderzijds het Nederlands algemeen belang. Daarbij moeten alle voor die belangenafweging van betekenis zijnde feiten en omstandigheden kenbaar worden betrokken.
en [naam] zijn eerder ontvoerd door hun moeder naar [land]. Dit was voor hen een traumatische ervaring. In hun huidige gezin hebben zij een veilige basis. Als hun stiefmoeder en -zusje zouden wegvallen, betekent dat voor hen dat een ouder en een zusje zomaar uit hun leven kunnen verdwijnen, zoals ook hun biologische moeder voorheen uit hun leven is verdwenen. Hierdoor zullen [naam] en [naam] kampen met gevoelens van onzekerheid, boosheid en angst en aangetast worden in hun basisveiligheid. Voor [naam] is, gelet op haar leeftijd, een veilige hechting van belang. Als zij wordt uitgezet, brengt dat haar schade toe. Zij zal op school een achterstand oplopen en er is een risico dat zij in de toekomst verlatingsangst krijgt. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder geen (kenbaar) gewicht toegekend aan de bijzondere belangen van [naam], [naam] en [naam].