Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiseres],
beiden van onbekende nationaliteit,
gezamenlijk te noemen eisers,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
mr. M.M. van Duren, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 18 juli 2014.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 18 juli 2014 uitspraak gedaan in een geschil tussen eisers, een moeder en haar minderjarige zoon, en de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie. De eisers, beiden van onbekende nationaliteit, hadden een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning op basis van de kinderpardonregeling. De staatssecretaris had deze aanvraag afgewezen, met als argument dat eisers zich aan het toezicht van de IND hadden onttrokken en niet voldeden aan de voorwaarden van de regeling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eisers in het verleden verblijfsvergunningen voor bepaalde tijd hadden gekregen, maar dat deze inmiddels waren verlopen zonder verlenging. De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris onvoldoende had gemotiveerd waarom in dit specifieke geval niet van het beleid kon worden afgeweken, ondanks de bijzondere omstandigheden van de zaak, waaronder de ondertoezichtstelling van de minderjarige.