Uitspraak
Rechtbank den haag
,
1.De feiten
Under Dutch law, a convicted person may be conditionally released after having served two third of the sentence imposed, on condition that te convicted person does not commit any criminal offence before the end of the operational period. Moreover, special conditions may be stipulated with respect tot the conditional release.
2.Het geschil
3.De beoordeling van het geschil
“Ik (…) [eiser] (…) wil u hierbij eerbiedig verzoeken om mijn verzoek in behandeling te nemen, aangezien het mijn wens is om op grond van het geldende Verdrag van Straatsburg inzake de overbrenging van gevonniste personen een repatriëringsprocedure in te stellen”.Zoals [eiser] terecht stelt dient op grond van de systematiek van het VOGP en de WOTS instemming van de veroordeelde verkregen te zijn om tot voortgezette tenuitvoerlegging te kunnen overgaan. Dit ziet echter op de situatie dat een staat en niet de veroordeelde zelf om overname of overdracht van tenuitvoerlegging verzoekt, terwijl in het onderhavige geval [eiser] om overbrenging heeft verzocht en daarmee geacht wordt te hebben ingestemd met overbrenging. In een geval als het onderhavige behoeft naar het oordeel van de voorzieningenrechter voor de overbrenging dan ook niet expliciet om toestemming van de veroordeelde te worden gevraagd. Dat de Staat uiteindelijk voor een andere procedure heeft gekozen dan [eiser] kennelijk voor ogen stond, maakt dit niet anders, nu een veroordeelde geen invloed kan uitoefenen op de wijze van tenuitvoerlegging van buitenlandse veroordelingen tot vrijheidsstraffen in Nederland.