ECLI:NL:RBDHA:2015:12600
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verlenging ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige met afwijzing van het verzoek tot benoeming van een bijzonder curator
In deze zaak heeft de kinderrechter op 16 oktober 2015 en 27 oktober 2015 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, geboren in 2001. De moeder van de minderjarige is alleen met het ouderlijk gezag belast en sinds maart 2014 verblijft de minderjarige feitelijk bij pleegouders. De kinderrechter heeft eerder de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing verlengd, maar nu is er een verzoek ingediend voor een verdere verlenging van deze maatregelen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de situatie van de minderjarige nog steeds zorgwekkend is, met een onduidelijk woonperspectief en gebrek aan contact met de moeder. De kinderrechter heeft de verzoeken tot verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing toegewezen, omdat het noodzakelijk is om de ontwikkeling van de minderjarige te waarborgen.
Daarnaast is er een verzoek gedaan tot benoeming van een bijzondere curator voor de minderjarige, omdat er een strijd van belangen is tussen de ouders en de minderjarige. De kinderrechter heeft echter besloten om dit verzoek af te wijzen, omdat er al een onderzoek loopt door de Raad voor de Kinderbescherming naar de hoofdverblijfplaats en de wenselijkheid van contact met de ouders. De kinderrechter achtte het niet in het belang van de minderjarige om nu al een bijzondere curator te benoemen, gezien het lopende onderzoek en de hulp die de minderjarige momenteel ontvangt. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing verlengd tot 28 oktober 2016, met behoud van de betrokken gecertificeerde instelling.